Direct naar artikelinhoud
AchtergrondWork-life

Geslaagd experiment bij vrouwenbeweging: van 36 uur naar 30 uur werken voor zelfde loon

Meriem Saissi, medewerkster van Femma in Brussel, gebruikte de vrijgekomen tijd om te studeren en meer met haar jongste dochtertje te spelen. Projectcoördinator Ellen Desloovere gebruikte de vrijgekomen tijd dan weer om meer kilometers op haar koersfiets te maken.Beeld Photonews

Minder uren werken voor hetzelfde loon en toch de baas content houden: het kan perfect. Dat blijkt uit een experiment van de vzw Femma waarin de werknemers een jaar lang 30 uur in plaats van 36 uur gingen werken. ‘Dit ‘nieuwe voltijds’ zorgt voor een rijker, rustiger leven.’

Tot 17 uur op kantoor, dan snel-snel de kinderen ophalen in de opvang, een potje koken, de was en de plas organiseren en vervolgens compleet uitgeteld in de zetel ploffen: het is het dagelijkse scenario in veel huishoudens. Om de work-life balance opnieuw in evenwicht te brengen, moeten we volgens sommigen in de eerste plaats minder uren gaan werken. Vrouwenbeweging en -vereniging Femma besliste om het uit te vissen met een ruim en gedetailleerd actie-onderzoek. In 2019 mochten alle voltijdse werknemers van de vzw 30 uur per week werken in plaats van de gebruikelijke 36 uur, mét behoud van loon. De VUB monitorde het hele experiment en de resultaten die vandaag tijdens een webinar bekendgemaakt worden, zijn ronduit positief. Niet alleen de werknemers, maar ook de werkgever én de kinderen van de werknemers blijken gewonnen voor de dertigurenweek, of zoals Femma het noemt: 'het nieuwe voltijds'.

Wat vinden de werknemers?

De personeelsleden van Femma (58 in totaal, van wie 39 fulltime) konden kiezen hoe ze hun 30 werkuren verdeelden over de week. De meesten kozen voor vier dagen van 7,5 uur, wat in de praktijk neerkwam op een dag minder naar het werk, vaak de woensdag of de vrijdag. “De combinatie werken, zorgen en vrije tijd verliep daardoor evenwichtiger”, zegt Brenda Deny van vzw Femma. “De tevredenheid erover verbeterde significant, er waren minder conflicten tussen werk en privé. De algemene werklast (de optelsom van betaalde arbeid, huishoudelijke arbeid en zorgarbeid, red.) daalde.”

Opvallend: de daling van de algemene tijdsdruk toont aan dat de werknemers de ‘drukte door het werk’ niet inwisselden voor 'een drukke agenda in de vrije tijd'. “Er zijn niet spectaculair veel nieuwe hobby's ontdekt, de dertigurenweek zorgde vooral voor meer rust. Het betere evenwicht tussen werken, zorgen en vrije tijd leidde tot minder huishoudstress en minder druk op de vrije tijd. De kwaliteit van die huishoudtijd en vrije tijd steeg ook, én er kwam meer tijd voor persoonlijke vrije tijd, een wens die bovenaan veel verlanglijstjes stond.”

Dat die extra momenten ‘persoonlijke vrije tijd’ in de praktijk een pak schaarser bleken dan wat de deelnemers op voorhand hadden gehoopt, werd bovendien niet als negatief ervaren. “Hoewel ze er meer van hadden verwacht, leidde dit toch niet tot ontevredenheid, integendeel. Een onderzoek geeft gemiddeldes weer, maar uit de individuele gesprekken weten we dat niemand, geen enkele deelnemer, dit experiment als negatief heeft ervaren.”

Wel pijnlijk: de dag dat het gedaan was. “Sinds 1 januari werken we weer in 'het oude voltijds‘”, zegt Brenda Deny. “Dat was voor velen van ons serieus aanpassen. Toen de scholen dichtgingen tijdens de lockdown, zijn we een tijdje opnieuw overgeschakeld op de 30-urenwerkweek: dat gaf direct meer ademruimte. Trouwens, in tegenstelling tot de 36-urenwerkweek meent het personeel dat de 30-urenwerkweek hen in staat stelt om tot aan hun pensioenleeftijd te werken. Toch ook geen onbelangrijk gegeven.”

Wat vindt de werkgever?

Dat werknemers blij zijn als ze minder uren moeten kloppen voor hetzelfde loon, lijkt evident. Maar wat vinden de bazen? Bij Femma alvast geen klachten. “Er is in 2019, het jaar van het experiment, niet minder resultaat geboekt”, zegt Brenda Deny. “Wij moeten ieder jaar voortgangsrapporten opstellen: alle belangrijke doelen zijn behaald.”

Dat Femma haar werkorganisatie aanpaste en inzette op vervangende tewerkstelling (aanwerven van personeel en outsourcen van taken, red.) is daar niet vreemd aan, maar verklaart ook niet alles. “We hebben slechts 70 procent van de minuren op die manier opgevangen, een deel van de verklaring ligt bij de grotere focus van onze werknemers. Dit moet verder onderzocht worden, maar het is duidelijk dat die beduidend hoger lag in een 30-urenweek. Wie minder uren werkt, denkt veel meer na over wat ertoe doet en wat minder noodzakelijk is. De efficiëntie lag dus hoger. Dat lijkt me zeer belangrijke info voor eventueel geïnteresseerde werkgevers.”

Wat vinden de kinderen?

In het onderzoek werd ook gepeild naar de effecten van een arbeidsduurverkorting op de relatie ouders-kinderen. “Werknemers met kinderen gaven aan dat de band met hun kroost verbeterde en ervaarden de tijd die ze met hun kinderen doorbrachten als kwalitatiever.”

Ook de kinderen zelf werden gehoord. “Niet alle kinderen hebben het verschil heel duidelijk gemerkt, al gaven ze wel aan dat de avonden en ochtenden rustiger verliepen en dat er meer ruimte was om dingen samen te doen: spelletjes spelen, samen huiswerk maken...”

Conclusie?

Femma wil graag zo snel mogelijk een kortere werkweek invoeren voor het eigen personeel. “De gesprekken daarover lopen”, zegt Brenda Deny. “Het vergt wel wat organisatie, je kunt dit niet van vandaag op morgen doen.”

De vrouwenbeweging is ervan overtuigd dat ook andere bedrijven en organisaties kunnen leren uit dit experiment. “De resultaten zouden nog positiever zijn als ook de partners van onze werknemers minder uren zouden moeten kloppen. We dromen van een trendbreuk in de manier waarop onze samenleving arbeid organiseert.”

De vraag is natuurlijk hoe betaalbaar dit allemaal is. “We hebben dit een jaar kunnen doen met een extra budget van 233.000 euro. Dat zijn niet onaanzienlijke, bijkomende kosten, maar we zien die eigenlijk meer als een investering: een kortere werkweek zou kunnen leiden tot minder burnouts. Of ook: sommige personeelsleden deden meer aan mantelzorg. Om maar te zeggen: dit systeem werkt ook kostenbesparend omdat het leidt tot een gezondere, evenwichtigere maatschappij.”

Ellen Desloovere (35), projectcoördinator ‘Tijd Voor Mij’, alleenstaande mama van 2 kinderen: ‘Fysiek én mentaal enorme boost gekregen’

Ellen Desloovere.Beeld Florian Van Eenoo Photo News

“Ik heb de vrijgekomen tijd niet aan het huishouden besteed, maar aan mijn koersfiets. In een normale werkweek had ik daar nooit de tijd voor. Om wat resultaat te halen, moet je tochtjes van minstens 40 kilometer maken. Met omkleden en douchen erbij gerekend, ben je dan algauw drie uur kwijt. Binnen de 30-urenwerkweek, waarin ik één dag minder naar het werk moest, lukte dat allemaal zonder probleem. Mijn conditie verbeterde aanzienlijk en ook mentaal kreeg ik een enorme boost: beter in mijn vel, beter gezind. Doordat ik altijd vrij was op woensdag, werkte ik nooit meer dan twee dagen na elkaar: dat gaf veel rust, ik voelde me minder opgejaagd. Momenteel werk ik nog steeds 4/5 door ouderschapsverlof op te nemen en ik weet niet of ik nog ooit fulltime aan de slag ga. Als het financieel enigszins haalbaar is, wil ik dit ritme liever niet kwijt.”

Meriem Saissi (46), medewerkster Femma in Brussel, mama van 4 kinderen: ‘Sneller mijn diploma én meer tijd voor jongste dochter’

Meriem Saissi en haar dochtertje Noor Hanna (5).Beeld Photo News

“Ik kan de arbeidsduurverkorting alleen maar toejuichen. Ik volg al enkele jaren een professionele bacheloropleiding gezinswetenschappen. Met een voltijdse werkweek kon ik enkel op zaterdag lessen volgen, waardoor mijn weekends altijd erg kort leken en ik weinig tijd had voor mijn gezin. Door de 30-urenwerkweek heb ik een jaar lang les kunnen volgen op maandag, een wereld van verschil. Plotseling had ik normale weekends zoals iedereen. Vooral mijn jongste dochtertje, Noor Hanna (5), vond het geweldig dat ik meer met haar kon spelen. Bovendien bleek ik ‘s maandags ook gewoon beter te kunnen focussen op mijn leerstof, waardoor ik meer studiepunten kon verzamelen. Dat heeft ervoor gezorgd dat ik mijn diploma niet op 5, maar op 4,5 jaar zal kunnen behalen.”