Wintertijd: de klok mag een uurtje terug, nog geen duidelijkheid over een mogelijke afschaffing

In de nacht van zaterdag op zondag mogen we de klok een uur terugdraaien. Drie uur wordt twee uur. Het wordt een uurtje vroeger donker en ’s morgens is het vroeger licht. Over vijf maanden schakelen we dan weer terug naar de zomertijd. De Europese Commissie wou al een tijdje af van dat geschakel, maar de lidstaten geraken het niet eens.

In maart vorig jaar besliste het Europees Parlement om het voorstel van de Europese Commissie te volgen. Dat betekende geen halfjaarlijkse switch meer tussen zomer-en wintertijd vanaf 2021. Maar de keuze voor de tijdzone is een materie voor de lidstaten, niet voor Europa. En die lidstaten reageren verdeeld.

De ene wil de wintertijd, de andere kiest voor de zomertijd en iedereen heeft wel goede redenen om die keuze te verantwoorden. Zolang er geen eensgezindheid is, kan er ook geen sprake zijn van een afschaffing van de regeling. Wat we in Europa zien, zien we ook in ons land. 

Patstelling

Het grootste deel van de Belgen is vóór een afschaffing van de dubbele switch. Zo blijkt uit een bevraging van de FOD Kanselarij van de Eerste Minister. Maar, de helft van de bevraagden kiest voor een permanente wintertijd. Vijfenveertig procent is voorstander van een permanente zomertijd.

Ik heb het gevoel dat het er nooit van gaat komen

Hendrik Vos, Europakenner UGent over de afschaffing van de switch zomer-en wintertijd

In principe zou de federale regering de knoop moeten doorhakken, maar met de coronacrisis heeft die wel andere katten te geselen. Wellicht geldt dat ook voor de andere lidstaten. "Ik heb het gevoel dat het er nooit van gaat komen," zegt Europakenner Hendrik Vos (UGent), "De lidstaten zitten nu met andere dingen aan hun hoofd... Zelfs als ze geen andere dingen aan hun hoofd hebben, vrees ik dat ze nooit tot een helder standpunt gaan komen. En dan blijft alles gewoon bij het oude."

Meest gelezen