Direct naar artikelinhoud
Hoe ver wil de Republikeinse partij Trump volgen in zijn tactiek van de verschroeide aarde? Ver, zo valt te vrezen
StandpuntBart Eeckhout

Hoe ver wil de Republikeinse partij Trump volgen in zijn tactiek van de verschroeide aarde? Ver, zo valt te vrezen

Bart Eeckhout is hoofdredacteur van De Morgen.

De stresstest voor de Amerikaanse democratie is nog niet voorbij. Na urenlang nagelbijtend stembusresultaten optellen, lijkt de Democratische uitdager Joe Biden dan toch op weg naar het Witte Huis.

Zekerheid is er nog niet. Nu al is duidelijk dat uittredend president Donald Trump het vacuüm maximaal wil uitbuiten. In zijn eerste toespraak na de stembusgang claimde hij, volstrekt ten onrechte, de zege en eiste hij, volstrekt ten onrechte, dat het tellen van de stemmen gestaakt zou worden. Voor een regerend politicus is dat in een democratie een onwaardige reactie. Het is, in het geval van Trump, helaas ook een volkomen voorspelbare en voorspelde reactie.

Ook als Joe Biden straks langs het piepgaatje de presidentsverkiezing in de wacht sleept, is de Amerikaanse liberale democratie nog niet uit de nood. Hoe ver wil de Republikeinse partij haar kandidaat volgen in zijn tactiek van de verschroeide aarde? Ver, zo valt te vrezen. Hoeveel impact kunnen rechters nog hebben? Niets is uitgesloten.

En misschien wel de meest verontrustende vraag: hoe reageert de Trump-achterban? In de verkiezingsnacht nog werden aanhangers per mail opgejut om “terug te vechten” tegen de Democraten, die “de verkiezingen proberen te stelen”. In een overspannen én overbewapend land met een bloederige geschiedenis van massageweld is dat een explosieve boodschap. Het is spelen met lucifers in de kruitkamer.

Een democratie is een georganiseerd meningsverschil. In de VS heeft het meningsverschil evenwel de vorm aangenomen van een onoverbrugbare kloof tussen twee samenlevingen. De komende president – we gaan er nu maar even van uit dat die Joseph Biden zal heten – staat voor de taak om dat ten diepste verscheurde land toch weer enigszins aan elkaar te naaien. Een bijna onmogelijke opdracht. Wat deze lange verkiezingsdag immers ook leert, is dat het ‘trumpisme’ geen bevlieging is. Het radicale rechts-populisme van Trump is een blijvende politieke factor.

Een van de belangrijkste statistieken uit de kiescampagne toont hoe de waardering voor Trump voor een president weliswaar relatief laag lag, maar wel op een stabiel, onveranderlijk peil. Alle schandalen, alle dwalingen, alle leugens en alle provocaties ten spijt. Zelfs het blunderende en puur negationistische beheer van de coronapandemie door het Witte Huis kon die vrij ruime fanbase niet op een ander idee brengen.

Veel kiezers lijken hun uittredende president zijn wispelturigheid, leugenachtigheid en xenofobie te vergeven, omdat Trump in al zijn schijnbare nonchalance wel de kern van zijn programma wist te realiseren: lagere belastingen (voor de hogere inkomens) en een conservatieve politisering van het bestuurlijke en gerechtelijke apparaat. 

Maar er is meer. In al zijn ruwe onbeholpenheid appelleert Trump aan de geknakte nationalistische trots bij met name veel witte/blanke Amerikanen en aan de hang naar autoritair leiderschap die daaruit voortkomt. Dat ressentiment is niet plots weggepoetst.

Als straks de confetti in het Democratische kamp bijeen is gevaagd, wacht ook de winnaars dus een moment van bezinning. Net als vier jaar geleden lijken de Democraten zich deels te miskijken op het demografische voordeel van een jonger en diverser wordend kiespubliek. In de Senaat kon de Republikeinse meerderheid niet eens doorbroken worden. 

Meer nog dan in de race van 2016 mobiliseerden de Democraten hun kiezers op basis van de afkeer voor de tegenstrever. Wat de Democraten daar zelf tegenover stellen – de rustige vastheid van het oude politieke systeem – blijkt voor zeer veel ‘gewone’ Amerikanen te weinig verschil makend en beloftevol.

Wat als het trumpisme straks terugkeert in een jongere, sluwere versie? Sluw wist het Witte Huis de voorbije jaren op cruciale momenten het debat te verschuiven naar het schimmige en soms toxische identitaire terrein. Stampvoetend van verontwaardiging liepen veel weldenkende progressieven telkens weer in de val.

Het is alvast één les die ook ‘liberals’ buiten de VS in de oren mogen knopen: een identitaire strijd zal voor progressieven altijd bergop verlopen.