Direct naar artikelinhoud
InterviewSteven Van Gucht

Viroloog Steven Van Gucht: ‘Winkelen kan veilig, maar doe het niet meteen’

Viroloog Steven Van Gucht: ‘Winkelen kan veilig, maar doe het niet meteen’
Beeld BELGA

Een kleine maand nadat ze sloten, zijn vandaag de winkels weer open gegaan. Op een zucht voor de eindejaarsdagen mag de consument z'n gang weer gaan, óók als dat niet-essentieel is. Maar komt die heropening wel op het juiste moment? En stevenen we dan straks weer niet af op slechte curves? Viroloog Steven Van Gucht geeft antwoorden.

Met welk gevoel kijkt u naar de heropening van de winkels?

“Ik ben blij voor onze winkeliers. Hoe langer je wacht met een heropening, hoe groter het probleem van de rush op de winkels. De cijfers laten een heropening toe. We komen van een onwaarschijnlijk hoog niveau. We zitten nog niet op het niveau waar we willen zijn, maar toch al halverwege. We weten dat winkels niet de grote besmettingsbron zijn. Het risico is eerder beperkt. Al ben ik natuurlijk ook ongerust. Kijk naar Brugge en Brussel, afgelopen weekend. Mensen hebben weinig te doen, ze willen naar buiten. Ze willen dezelfde dingen doen op hetzelfde moment. In een zeer dichtbevolkt land als het onze heb je niet veel nodig om ergens een volkstoeloop te krijgen. Het is afwachten hoe de overheden dat gaan oplossen. Burgemeesters en lokale besturen zullen moeten kijken hoe ze hun grote winkelstraten organiseren. Met tellingen. Of een systeem van 'crowdcontrol'.”

Zijn we hier voldoende op voorbereid? Afgelopen weekend waren we dat duidelijk niet. Gaan we beter doen?

“Toch iets beter, denk ik. Al was het maar omdat we nu weten dat de kans reëel is dat het opnieuw gebeurt. Ik denk dat men afgelopen weekend geschrokken is dat er zo veel volk afkwam om naar lichtjes te kijken. Men had zich daar niet aan verwacht. Nu de winkels opengaan, wéét je wat er op je afkomt. Men zal er veel moeite in steken om dat in goeie banen te leiden. Ik denk dat winkelen, met behoud van afstand en het dragen van een masker, veilig moet kunnen.”

De vorige grote test was de heropening van de scholen. Is aan de heropening van de winkels een soortgelijk risico verbonden?

“Je kan de twee moeilijk met elkaar vergelijken. Kinderen zijn minder vatbaar voor het virus dan volwassenen. Bovendien spreek je over een ander soort contact. Op scholen hebben kinderen weliswaar nauwere contacten. De redenen waarom in de tweede lockdown is besloten om de winkels te sluiten, hadden ook te maken met factoren breder dan het winkelen alleen. Shoppen was weer een sociaal gebeuren geworden: iets dat je deed met een vriend of vriendin. Wie ging winkelen, moest zich ook verplaatsen, hetzij met de auto, hetzij met het openbaar vervoer. Daarom hameren we nu zo op runshoppen. Ga naar de winkel, koop wat je nodig hebt en beperk dat tot een half uur. Dat neemt de peper en het zout van je shopervaring weg - ik weet dat wel - maar het gaat wel het virus afremmen.”

Gaan we de heropening van de winkels over twee of drie weken zien in de curves?

“Als we dat goed aanpakken niet.”

Hebt u er vertrouwen in dat we dat 'goed aanpakken'? En dat - behalve winkeliers en overheden - ook de consument voldoende zijn gezond verstand zal gebruiken?

“Mensen laten zich soms verrassen. Ze rijden ergens naartoe en dan blijkt het daar druk. Niemand is erop gebrand in een massa te gaan staan. Maar toch gebeurt het. Mensen zien het pas als het te laat is en slechts weinigen zijn dan geneigd om weer in de auto te stappen en naar huis te rijden. Het zou helpen als overheden of winkeliers een soort van barometer zouden voorzien, zodat mensen via een app of een website kunnen checken hoe druk het ergens is. En ze zelf kunnen zien: is het wel een goed moment om te gaan winkelen? Mijn grootste tip is: ga winkelen in je eigen buurt, trek niet naar de grote steden. Ik woon in Denderleeuw, ik doe dat ook. In grote steden loop je sowieso het risico op meer volk. Ga ook niet metéén winkelen. Blijf online kopen, maar doe het bij een lokale winkel. En als je toch fysiek gaat winkelen, doe het dan op een moment dat anderen niet gaan. Niet op een zaterdagnamiddag om twee uur of op een koopzondag.”

De volgende grote test wordt de heropening van de horeca. Waar in de toekomst situeert u dat?

“Sowieso niet in december. Er zijn verschillende modellen over hoe de cijfers verder gaan evolueren. In een optimistisch scenario zit je eind december in een zone die je als veilig kan bestempelen. De cijfers moeten dan een eind onder de kritische drempel van 75 ziekenhuisopnames en 800 besmettingen per dag zitten. Als je dat scenario voldoende lang kan aanhouden, kan je gaan samenzitten en een datum prikken om de horeca onder bepaalde voorwaarden weer te openen. De specifieke drempels moeten nog vastgelegd worden. Maar er zijn ook nog een hoop onbekende factoren. Zoals de scholen bijvoorbeeld. Ze zijn nu twee weken open en we zien daar niet veel effect van. Dat kan over een week of over twee weken anders zijn.”

Ons land maakte op Europees vlak een immense inhaalbeweging. Van de slechtste leerling van de klas naar bijna de beste. Zijn de verstrengde maatregelen daar de enige reden van? Of spelen er ook andere factoren mee, zoals het gedrag van het virus?

“Je kan dat op geen enkele andere manier verklaren dan door de genomen maatregelen. Maar welk percentage komt door de sluiting van de winkels? Welk percentage door telewerk? Welk percentage door het sluiten van de horeca? Dat is onmogelijk te zeggen. Wat wél opmerkelijk en verrassend is: het gaat sneller dan verwacht. De curve gaat even snel naar beneden dan bij de eerste golf, maar daar zijn minder drastische maatregelen voor nodig. Tijdens de eerste golf waren we beperkter in onze mobiliteit en hadden we een strengere lockdown. Nu is de situatie heel anders: de scholen zijn open, we bewegen ons vrij. Een mogelijke factor die in ons voordeel speelt, is dat een deel van de mensen al besmet is geweest. Er is nog lang geen groepsimmuniteit, maar het reservoir waaruit het virus kan putten, wordt geleidelijk aan kleiner. Dat maakt dat je met iets minder maatregelen nog altijd een even groot effect hebt. We schatten dat tien tot twintig procent van de mensen immuniteit heeft. Voor een groepsimmuniteit heb je zestig tot tachtig procent nodig.”

Gaat u zelf runshoppen, meneer Van Gucht?

“Ja, en het zal voor kleren zijn. Wat ik op het internet kan bestellen, zál ik op het internet bestellen. Maar voor kleren vind ik dat moeilijk. Ik pas en zie dat eens graag. Maar ik zal het dus doen op een dood moment in de week. Op een donderdagvoormiddag ofzo. Wanneer ik geen vergadering heb en thuis zit. Dan stap ik hier in de buurt eens een winkel binnen.”