Drukke weg in Oudsbergen krijgt wilddetectiesysteem na aanrijding met wolf
In de lente van 2021 krijgt de N76 in Oudsbergen, de drukke Weg naar Zwartberg waar een aanrijding met een wolf plaatsvond, een wildafrastering met wilddetectiesysteem. Vlaams Minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) en burgemeester Lode Ceyssens (CD&V) hebben daarover een akkoord bereikt. Dat meldt Het Belang van Limburg en wordt door het kabinet-Demir aan Belga bevestigd.
Het Agentschap Natuur en Bos en Vlaams minister Zuhal Demir bleken eerder al van plan om op korte termijn een wildafrastering met wilddetectiesysteem langs de N76 te voorzien. "Niet alleen voor de wolf, maar ook voor bijvoorbeeld overstekende everzwijnen en dergelijke zodat de verkeersveiligheid verbeterd wordt", klinkt het.
Volgens het kabinet van de minister was er oorspronkelijk grote terughoudendheid vanuit het lokale bestuur, maar burgemeester Lode Ceyssens (CD&V) heeft bevestigd dat hij akkoord is met het initiatief.
Natuur en Bos zal de nodige voorbereidingen opstarten, terwijl het kabinet ook contact opnam met Vlaams minister van Openbare Werken Lydia Peeters (Open VLD). Zo wil men ervoor zorgen dat de samenwerking met het Agentschap Wegen en Verkeer vlot verloopt, aangezien zij bevoegd zijn voor het beheer van de gewestweg.
De N76 blijkt een uiterst gevaarlijke oversteekplaats voor de wolven. Op 19 oktober werd er nog een jonge wolf doodgereden. Jan Loos van Welkom Wolf pleit ervoor om de drukke gewestweg te ondertunnelen, zodat de wolven veilig de rijbaan kunnen oversteken.
DNA
De mensen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) hebben intussen DNA kunnen nemen van het voertuig dat gisterochtend betrokken was bij de aanrijding met een wolf op de N76 in Oudsbergen. Het is de bedoeling om zo te achterhalen welke wolf er geraakt werd.
De eigenaar van de wagen kon geïdentificeerd worden, waarna er op het voertuig DNA-sporen van de wolf werden genomen. "Dat DNA is nog niet geanalyseerd. Het lab is er nog niet meteen mee bezig. Het zou nog veertien dagen of langer kunnen duren", legt Koen Van Muylem, woordvoerder van het INBO uit.