Direct naar artikelinhoud
5 vragenVaccinatiestrategie

Wie krijgt welk vaccin? En mag je ook weigeren? De Belgische vaccinstrategie toegelicht

Een man wordt ingeënt tegen het griepvirus. Het coronavaccin is sterk aanbevolen, maar niet verplicht. ‘Naast de logistieke uitdaging zal een goede sensibilisering dus erg belangrijk zijn.’Beeld ANP

Niet vrouwen en kinderen, maar de ouderen en het zorgpersoneel krijgen voorrang wanneer ons land begint te vaccineren. Begin januari moet het inenten tegen Covid-19 aanvatten, maar voor de meerderheid van de Belgen komt de zomer wellicht te vroeg. Hoe ziet onze strategie er nu juist uit?

Wanneer start ons land met vaccineren?

Op 5 januari moet het vaccinatieschema van start gaan, maakte premier Alexander De Croo (Open Vld) zich woensdagavond sterk. Na het overleg van de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid (IMC) op donderdagochtend werd over een concrete datum met geen woord gerept: “Ergens begin januari”, klonk het voorzichtig.

Dat er een slag om de arm wordt gehouden, heeft alles te maken met een aantal onzekerheden: ons land heeft momenteel ruim 22 miljoen vaccins besteld bij vijf producenten, maar wanneer die op de Europese markt zullen komen, is nog niet duidelijk.

Enkel de vaccins van Pfizer/BioNTech en Moderna, die beide zo’n 95 procent werkzaamheid beloven, zitten momenteel in het goedkeuringsprocedure van het Europees Geneesmiddelenagentschap. Voor Pfizer/BioNTech zal er ten laatste op 29 december een beslissing zijn, voor Moderna op 12 januari.

Als er tegen 29 december een positief advies is voor Pfizer, zet de Europese Commissie “binnen de 24 of 48 uur” het licht op groen, stelt epidemioloog Pierre Van Damme (UAntwerpen). Daarna moet nog wel het hele distributieproces nog van start gaan. Als er op 5 januari ingeënt wordt – met de nadruk op als – zal dat dus met het Pfizer-vaccin zijn. Een eerste lading van Pfizer zal sowieso beperkt zijn tot 600.000 doses, waarmee 300.000 mensen gevaccineerd kunnen worden.

Wie zal eerst een vaccin krijgen?

Zes prioriteitsgroepen krijgen voorrang, en zoals verwacht komen de bewoners en het personeel van woon-zorgcentra eerst aan de beurt. In ons land gaat het om 150.000 bewoners en 60.000 zorgverleners. Ook de collectieve zorginstellingen en hun vrijwilligers behoren tot die eerste groep. Daarmee is de eerste lading van 600.000 doses dus al zo goed als toegewezen.

In tweede instantie krijgt ook het half miljoen medische personeelsleden in de ziekenhuizen voorrang. Andere zorg- en gezondheidsmedewerkers, zoals bijvoorbeeld die van Kind en Gezin, mogen daarna aanschuiven. Tegen eind februari hoopt de taskforce al die groepen (of fase 1a) te hebben afgewerkt.

Nadien volgt fase 1b, met eerst de 65-plussers (in aflopende volgorde volgens leeftijd) en dan de mensen tussen de 45 en 65 jaar met onderliggende gezondheidsproblemen zoals diabetes, chronische ziektes of kanker. Als laatste en zesde groep zijn er de essentiële beroepen. Wie daar allemaal onder valt, wordt nog een stevige politieke discussie. Onderwijs, politie en brandweer lijken alvast goede papieren te hebben. De christelijke seniorenbeweging Okra wijst er ook al op dat mantelzorgers aandacht verdienen.

Wanneer we bij fase twee arriveren, de resterende bevolking, zouden naar schatting al zo’n 4 miljoen inwoners ingeënt moeten zijn. Gezien de onzekerheden over de levering en goedkeuring van vaccins, is een timing daarvoor onzinnig. Dirk Ramaekers, voorzitter van de vaccinatietaskforce, denkt dat de meerderheid van de bevolking niet zal gevaccineerd zijn voor de zomer.

Opvallend is dat het vaccinatieschema bij fase 2 enkel gewag maakt van de “volwassen populatie”. Betekent dit dat kinderen  geen vaccin zullen krijgen? Neen, zegt Pierre Van Damme, als expert betrokken bij de taskforce. “De klinische studies voor min-18-jarigen worden simpelweg nu pas opgestart. Vaak gebeurt dat in leeftijdscategorieën: 15 tot 18 jaar, dan 12 tot 15 jaar, en zo verder.” De ambitie is om uiteindelijk iedereen te vaccineren.

Waar moet ik heen voor een prikje?

Zorgpersoneel zal sowieso gevaccineerd worden op de werkplaats en bewoners van woon-zorgcentra krijgen ter plaatse een prikje. Pas wanneer de inenting van de 65-plussers start, fase 1b dus, komen vaccinatiecentra in het vizier. De huidige triagecentra zullen daarvoor ingezet worden, maar er kunnen ook grootschalige centra komen. Daarover lopen al verschillende gesprekken, onder meer ook met het leger.

Een triagecentrum voor testing in Geel. Ook voor de vaccinatie zullen dit soort triagecentra ingezet worden, maar er kunnen ook grootschalige centra komen.Beeld Wouter Demuynck

“Het zal vooral zaak zijn om alles goed op elkaar af te stemmen”, zegt Van Damme. Lees: dat naald en vaccin gelijktijdig aanwezig zijn. Naast huisartsen en verpleegkundigen zullen wellicht ook extra handen nodig zijn om dat allemaal operationeel te krijgen. Zo bood het Wit-Gele Kruis al aan om de thuisverpleegkundigen te laten helpen met inenten, na een opleiding. Ook voor apothekers ziet Van Damme heil in zo’n opleiding. “De evenementensector zou eveneens een rol kunnen spelen”, zegt hij. “Als je Tomorrowland kunt organiseren, dan ook een grootschalig vaccinatiecentrum.”

Bij de uitrol naar de brede bevolking zou het coronavaccin misschien afgehaald kunnen worden bij de apotheker en toegediend door de huisarts, zoals het griepvaccin nu. Ook in scholen en bedrijven kunnen er dan vaccinatiemomenten georganiseerd worden.

Hoe weet ik dat ik aan de beurt ben?

Binnen fase 1a lijkt die oefening simpel: ouderen of zorgpersoneel die gevaccineerd worden, krijgen een seintje van de instelling. Vanaf dan zal het “wellicht te vergelijken zijn met ons stemsysteem”, zegt Van Damme. Lokale besturen zouden de info op het patiëntenplatform Vaccinnet kunnen koppelen aan het bevolkingsregister. “Zo kunnen ze bijvoorbeeld op een bepaald moment alle 67-jarigen een vaccinatieslot gaan aanbieden.” Wellicht valt er dan een ‘oproepingsbrief’ in uw bus.

Wat als u een afspraak voorgeschoteld krijgt, maar niet beschikbaar bent? “We moeten er alles aan doen om die afspraken zo laagdrempelig mogelijk te maken, dus flexibiliteit is belangrijk”, zegt Van Damme, die verwijst naar de testdorpen: wie daar niet kan langsgaan tijdens het voorgestelde tijdslot, krijgt de kans een andere voorkeur door te geven.

Kan ik kiezen welk vaccin ik wil?

“Ik denk niet dat we in die luxesituatie zullen zitten”, zegt Van Damme. Zelfs wanneer alle vijf bestelde vaccins beschikbaar zijn, zullen de leveringen niet continu gebeuren. De kans dat er op één welbepaald moment verschillende vaccins ter beschikking zijn, is niet zo heel erg groot. “Als dat toch zo is, zullen de wetenschappelijke inzichten de doorslag geven”, zegt Van Damme. “Van het Pfizer-vaccin is bijvoorbeeld geweten dat het zeer goed werkt bij oudere leeftijdsgroepen.”

Het vaccin wordt dus een aanbeveling zonder keuzemenu. “Zodra de vaccins goedgekeurd zijn, vermoed ik trouwens dat de betrouwbaarheid heel vergelijkbaar zal zijn”, zegt Van Damme. Sowieso zullen nieuwe inzichten in de vaccinstudies, die verder blijven lopen, ons dwingen om het schema als iets kneedbaars te beschouwen. “We hebben nood aan een dynamische strategie, bijkomende gegevens zullen hun impact hebben”, meent ook coronacommissaris Pedro Facon.

Kan ik weigeren?

Het vaccin is sterk aanbevolen, maar is niet verplicht. Wie wil weigeren, heeft in principe dat recht. “Naast de logistieke uitdaging zal een goede sensibilisering dus erg belangrijk zijn”, zegt Van Damme. De vele vragen en twijfels die circuleren over de vaccins, behoren niet allemaal tot de complotsferen. Sommige zijn legitiem. Zo stelde ook viroloog Kevin Ariën (Instituut voor Tropische Geneeskunde) onlangs in deze krant: “Over de langere termijn weten we nog niets.” De langetermijnstudies (of fasedriestudies) naar veiligheid en werkzaamheid moeten nauw opgevolgd worden.

De taskforce wil alvast vertrekken vanuit een “eerlijke en transparante” communicatie. “Het zal zaak zijn om de huisartsen, apothekers en verpleegkundigen goed te informeren, zodat die eerste lijn op haar beurt de vragen van patiënten kan beantwoorden. Die vertrouwensrelatie is cruciaal in dit verhaal”, besluit Van Damme.