Intensivist Piet Lormans waarschuwt: “Verdere stagnering van de cijfers zet de ziekenhuiswerking onder druk”

“Na het piekmoment van meer dan 40 Covid-patiënten op onze afdelingen intensieve zorg en meer dan 220 in het hele ziekenhuis, liggen er nu nog 20 patiënten op intensieve, en dat is een minder sterke daling dan we hadden gehoopt”, vertelt de intensivist, die er alweer een drukke nachtshift heeft opzitten. Lormans probeert die cijfers in perspectief te plaatsen: “Op onze campus in Rumbeke beschikken wij normaal gezien over 42 IZ bedden. Dat wil dus zeggen dat meer dan de helft van die bedden worden ingenomen door Covidpatiënten. Die bedden zijn niet beschikbaar voor andere patiënten, en dat legt een enorme druk op ons ziekenhuis.” 

Als de cijfers de komende dagen niet verder afnemen, komt die beschikbaarheid van plaatsen voor niet-Covidpatiënten dan ook onder enorme druk te staan, denkt Lormans. “En we weten allemaal dat er al heel wat zorg moest worden uitgesteld, wat ook een grote impact heeft gehad op die patiënten”. Ook de druk op het personeel blijft ontzettend hoog, legt de arts uit, nu het ziekenhuis al meer dan twee maanden lang heel wat extra bedden moet voorzien. “Dat wil zeggen dat er heel wat extra personeel moet ingezet worden, mensen maken enorm veel overuren, moeten extra weekends werken, parttimers worden fulltime ingezet,... Voor het verpleegkundig personeel, maar ook voor de artsen, is de tol ontzettend hoog", aldus Lormans. 

Lormans wil de bevolking dan ook waarschuwen, want een verdere stagnatie van de cijfers zal volgens hem leiden tot een verstoring van het systeem. “Door de daling van de voorbije weken lijken we misschien op de goede weg, maar het is allesbehalve voorbij”, maakt hij duidelijk. “De druk op de dagdagelijkse werking van het ziekenhuis is nog steeds ontzettend groot. Onze hele ziekenhuiswerking is nog steeds in de ban van Covid”. 

Een eerste stap in de goede richting is volgens de intensivist alvast heel simpel: “Als we ons zouden houden aan de regels die op dit moment gelden, dat zou al veel zijn”.