Steeds meer Aalsterse gezinnen vragen om laptop bij OCMW: “Laptops zijn niet meer weg te denken uit ons leven”
Het afgelopen jaar heeft de stad Aalst al 144 laptops uitgedeeld aan gezinnen die het minder breed hebben. “De aanvragen zijn duidelijk gestegen sinds de coronapandemie”, zegt schepen Sarah Smeyers (N-VA). OCMW Aalst deelt sinds november van vorig jaar tweedehandslaptops uit aan mensen die er zelf geen kunnen kopen.
Amper 1 jaar na het laptopproject in Aalst zijn er al 144 laptops uitgedeeld aan gezinnen die het minder breed hebben. Via het OCMW kunnen de gezinnen gratis een tweedehands laptop afhalen. De stad wil op die manier vermijden dat kansarme gezinnen nog meer achterstand oplopen. Het project ging van start voor het begin van de coronacrisis in ons land, maar de afgelopen periode zijn er nog meer aanvragen gekomen.
Meer vragen sinds coronapandemie
“Veel Aalsterse gezinnen lopen een achterstand op omdat ze thuis geen of onvoldoende computers hebben”, vertelt Smeyers. “Mensen kunnen zonder laptop bijvoorbeeld moeilijk solliciteren en middelbare schoolkinderen kunnen hun huiswerk niet naar behoren maken. We kregen daarom het idee om tweedehandscomputers op te knappen en te geven aan deze gezinnen.” Het idee ontstond voor de coronacrisis, maar is nu meer dan ooit welkom.
Leraars zijn het nu gewend dat kinderen thuis een laptop hebben, het is meer dan ooit noodzakelijk
“Door de coronapandemie werken en studeren er heel wat mensen thuis, de vraag naar laptops is sindsdien dan ook enorm gestegen”, gaat Smeyers verder. “Leraars zijn het nu bijvoorbeeld gewend dat leerlingen thuis een computer hebben. Ook als thuisonderwijs niet aan de orde is, wordt de laptop steeds vaker een noodzakelijke tool. Zelfs in het lager onderwijs.”
Eerst grondig onderzoek
“Wij geven enkel na een sociaal en financieel onderzoek een computer aan een gezin”, zegt Smeyers nog. “Als we zien dat een persoon in kwestie écht geen middelen heeft om een laptop te kopen én als het nodig is, krijgen ze er een. We bekijken bijvoorbeeld of het gezin inspanningen doet. Kinderen en jongeren doen dat sowieso, zij gaan naar school, dus daar is het proces iets minder ingewikkeld. Maar als een volwassene een laptop vraagt, gaan we wel na of die echt moeite doet om werk te zoeken, of die een inburgeringscursus volgt of dat die aan het werk is. De cliënten die een laptop komen vragen, maken er ook echt gebruik van.”
