Van sint-baard tot onvoldoende ventilatie: wat kan oorzaak zijn van corona-uitbraak in woonzorgcentrum in Mol?
In een woonzorgcentrum in Mol is er een corona-uitbraak na de doortocht van een hulp-sint. We krijgen veel vragen hoe dat kan, want de hulp-sint en zijn twee pieten droegen een mondmasker. Kunnen er nog andere oorzaken zijn? We legden het voor aan viroloog Marc Van Ranst.
In het woonzorgcentrum in Mol zijn al 61 bewoners en 14 personeelsleden besmet met het coronavirus, nadat een hulp-sint op bezoek was gekomen bij de bewoners. Enkele dagen na het bezoek kreeg de hulp-sint symptomen en testte hij positief op het coronavirus. Ook verschillende bewoners kregen symptomen. Alle 169 bewoners en ook het personeel werden getest.
Volgens Van Ranst is het niet zeker dat de hulp-sint de uitbraak veroorzaakt heeft. "De man kwam wel vaker in het woonzorgcentrum langs als vrijwilliger. We weten niet waar hij het virus heeft opgelopen", zegt hij.
Bekijk hier de reportage over het bezoek van de hulp-Sint uit "Het Journaal" van gisteren. De tekst gaat daaronder voort.
Grote sint-baard?
Uit foto's van het evenement blijkt dat de hulp-sint en de bewoners niet altijd afstand hielden. De hulp-sint en de pieten droegen wel een mondmasker, maar de bewoners niet. Kan het dat iemand die een mondmasker draagt zoveel mensen besmet?
Volgens Van Ranst is dat zeker niet uitgesloten. "Hij had een grote sint-baard met daarover een mondmasker. Dat laat heel veel ruimte over om virusdeeltjes te laten ontsnappen. Als je een veel te grote baard hebt, kan je mondmasker niet goed aansluiten. Aan mensen in de zorg wordt niet voor niets gevraagd om hun baard te scheren als ze een mondmasker moeten dragen."
"Uiteraard hadden de bewoners ook beter een mondmasker gedragen, maar je draagt dat vooral om iemand anders te beschermen. Je kan nog altijd zelf besmet worden als je een mondmasker draagt", zegt Van Ranst.
Bovendien bleek uit de coronatest dat de hulp-sint een superverspreider was. Een superverspreider is iemand die heel veel virusdeeltjes uitstoot, waardoor die persoon besmettelijker is dan gemiddeld. "Dan is afstand houden heel relatief", zegt Van Ranst. Ook het feit dat het maar om korte contacten ging, is relatief. "Als je pech hebt, kun je bij de eerste seconde van een contact besmet geraken."
Onvoldoende ventilatie?
Van Ranst wijst erop dat de oorzaak van de uitbraak in het woonzorgcentrum in Mol ook elders kan liggen en dat de hulp-sint er niets mee te maken heeft.
"Het zou ook kunnen te maken hebben met een gebrek aan ventilatie in het woonzorgcentrum. Bij zo'n uitbraak kan dat bijna niet anders", zegt Van Ranst. "Die piste zou ook onderzocht moeten worden."
Op dit moment wordt er volgens Van Ranst onvoldoende gecontroleerd hoe het gesteld is met de ventilatie in woonzorgcentra. Hij vermoedt ook dat er nu in veel woonzorgcentra minder snel een raam zal worden opengezet, omdat de verwarming opstaat.
"Ik zou alle woonzorgcentra aanraden om te investeren in een CO2-meter, zodat ze kunnen controleren of er voldoende verluchting is in de gemeenschappelijke ruimtes", zegt hij. Een externe controleur sturen, ligt moeilijker, "want die zou dan net als de hulp-sint in alle ruimtes en kamers moeten komen."
Bekijk hieronder het verslag uit "Het Journaal":
