©  Jeroen Hanselaer

Annelies Verlinden over 2020: “Ik had graag geklonken met vrienden op mijn nieuwe avontuur”

“Het wit konijn van de CD&V”. “De vrouw die de partij moet redden”. En de “nieuwe hoop voor de christendemocratie in Antwerpen”. Het zijn allemaal omschrijvingen die de voorbije maanden in de media verschenen om Annelies Verlinden te kaderen. Een paar maanden geleden kende bijna niemand haar. Vandaag bekleedt ze als minister van Binnenlandse Zaken één van de belangrijkste functies in de federale regering. Ze heeft haar entree niet gemist.

LEES OOK:

Bieke Ilegems: “Afstand houden is een teken van liefde, dat is absurd”

Cathy Berx: “Er waren minder sociale verplichtingen, dat vond ik prettig”

Annelies Verlinden mag dan een nieuwe naam zijn, een debutante is ze niet. Eerder was ze voor CD&V actief in Schoten, maar uiteindelijk kiest ze in 2011 voor een carrière buiten de politiek. In 2004 polst Kris Peeters haar om op zijn kabinet te komen werken, maar dat acht ze niet combineerbaar met haar werk als advocaat. Als Joachim Coens haar eind september opnieuw belt met de vraag om minister te worden, hapt ze wél toe.

“Ik wist niet 100% zeker waar ik aan begon”, zegt ze daarover wanneer ze ons ontvangt op haar kabinet. “Dat kun je ook niet weten. Ik heb gewoon mijn buikgevoel gevolgd. Bij de vorige vraag was ik nog volop in de weer om mijn loopbaan als advocaat uit te bouwen. Dat heb ik inmiddels achttien jaar gedaan. Daar heb ik vertrouwen uit geput om mijn vleugels uit te slaan en om iets heel anders te gaan doen. Veel belangrijke beslissingen in je leven neem je in vijf minuten. Veel meer tijd had ik ook niet. Joachim heeft me woensdagmiddag de vraag gesteld, nog diezelfde avond was er het toetredingscongres. De ochtend nadien moest de nieuwe regering al de eed afleggen. Sindsdien loopt de rollercoaster door.”

Politiek is een heel andere wereld, met heel andere wetmatigheden. Toch ziet Verlinden overeenkomsten met haar vorige baan. “De wil om dossiers aan te pakken, naar oplossingen te zoeken, met mensen samen te werken én vooruit te kijken. Daar had ik uiteraard wel wat ervaring mee. De ambitie om ergens helemaal voor te gaan is uiteraard dezelfde. Op dat vlak is er niets veranderd: ik ben nog altijd dezelfde Annelies.”

 ©  Jeroen Hanselaer

Dialoog aangaan

Waar ze tot voor kort een anoniem bestaan leidde, loopt ze nu volop in de kijker. Dat is behoorlijk wennen. “De impact van de media, ook van sociale media, is iets wat je niet kunt inschatten als je het niet zelf hebt beleefd. Als mensen me wat langer aankijken of benaderen via sociale media, is dat vaak heel verrassend. Soms hebben ze heel duidelijke kritiek of stellen ze een vraag die hen persoonlijk aanbelangt. Gelukkig zit er af en toe ook een compliment tussen. Plots heeft iedereen een mening over mij. Dat is iets totaal nieuws. Natuurlijk: sommige kritiek neem ik mee naar huis. Tegelijk probeer ik me er niet te veel door te laten meeslepen. Er zijn elf miljoen Belgen met elf miljoen meningen. Het gemeenschappelijk belang is niet altijd de optelsom van de individuele belangen.”

“Ik ben er wél van overtuigd dat de dialoog aangaan de juiste manier is om meer verbondenheid te creëren. Dat helpt ons alleszins verder dan het zwart-wit pingpongspel. Ideeën verdienen het om te worden overwogen, uit welke hoek ze ook komen. Toen ik nog aan de zijlijn stond, kon ik me alleszins verschrikkelijk ergeren aan het gespin, het gekissebis, het geduw en het getrek. Dat draagt niet bij tot een betere oplossing.”

Bij haar aantreden zei minister Verlinden dat ze, naar analogie met wijlen premier Dehaene, eerst honderd dagen zou gaan studeren om zich helemaal in te werken. Eén van haar andere uitdagingen, namelijk het vertrouwen in de politiek herstellen bij de publieke opinie, zal wellicht meer tijd in beslag nemen.

“Je kunt dat naïef vinden. Misschien is dat ook zo. Natuurlijk is er iets mis met het vertrouwen in de politiek. Dat ligt grotendeels aan de politiek zélf. Ik zie wel degelijk oplossingen: bijvoorbeeld open en transparant communiceren. Slecht nieuws brengen moet ook kunnen, zolang je helder uitlegt waarom. En doe wat je zegt. Kondig pas dingen aan wanneer je zeker weet dat je ze waar kunt maken. Voer debatten op een volwassen, respectvolle manier. Je kunt niet verwachten dat mensen vreedzaam met hun buren samenleven, als er in het parlement voortdurend heen en weer wordt geschreeuwd.”

Primeur

In de regering-De Croo zetelen evenveel mannen als vrouwen. Dat zou in 2020 een evidentie moeten zijn. Toch is het een primeur. Misschien ligt de verklaring deels in wat Gwendolyn Rutten vorige week in De afspraak op vrijdag liet optekenen. Zij stelde vast dat er in de politiek nog steeds met twee maten en twee gewichten wordt gemeten: vrouwen moeten zich dubbel zo hard bewijzen dan mannen. Verlinden ziet dat anders.

“Ik heb tot nog toe geen groot genderonderscheid ervaren. Tot voor kort was ik managing partner bij DLA Piper, dus ik heb in mijn carrière al heel mooie dingen mogen doen die niet gehinderd werden door mijn geslacht. Dat neemt niet weg dat er nog veel unconscious bias (impliciete vooroordelen, red.) zijn. We zijn er dus nog niet, wat diversiteit betreft. Dan heb ik het niet alleen over de man-vrouwverschillen. We hebben een gevarieerde samenleving. In veel organisaties is die variatie nog veel te weinig aanwezig. Het is niet dat elke groep overal procentueel evenredig vertegenwoordigd moet zijn, maar de wereld wordt wél beter als je mensen van een verschillende achtergrond bij elkaar zet.”

 ©  Jeroen Hanselaer

Bluts met de buil

Sinds haar aantreden werd de actualiteit haast dagelijks beheerst door het wispelturige traject dat het coronavirus aflegt. Het is een problematiek die een drastische aanpak vergt, met maatregelen die verschillende mensen op verschillende manieren raken. Dat beseft de minister.

“Als ik een supermarkt heb die het voorbije jaar onafgebroken is kunnen openblijven, heb ik de crisis heel anders ervaren dan wanneer ik een kapsalon uitbaat waar mijn hart en ziel in zit. Want dat moest noodgedwongen dicht. Sommige mensen zijn van nature heel bang en nemen een verzekering tegen van alles en nog wat. Anderen nemen wat meer risico’s en nemen de bluts met de buil. Dat idee sluipt ook in de beleving van de coronaregels. Daarom moeten we een duidelijk onderscheid maken tussen wat het coronavirus leuk vindt, en wat niet. We hadden nog strengere maatregelen kunnen afkondigen, maar dan was het nog maar de vraag of die ook zouden worden nageleefd.”

“Het is niet omdat je morgen oplegt dat sociale contacten niet meer mogen, dat de cijfers effectief dalen. We kunnen niet op elke straathoek een politiecombi plaatsen en bij iedereen gaan aanbellen. Dat is ook niet de bedoeling, laat dat duidelijk zijn. We kunnen niet anders dan hopen dat de mensen zullen volhouden. Het duurt lang en het wordt lastiger. Het vaccin geeft hoop, dat zeker. Maar we weten ook dat het niet onmiddellijk voor iedereen beschikbaar zal zijn.”

Huidhonger

De minister geeft toe dat ze het af en toe lastig heeft om de coronamaatregelen op te volgen, al beseft ze zeer goed dat ze in een geprivilegieerde positie zit. “Uiteraard mis ik mijn vrienden en familie. Zéker in deze periode, die toch wel een omslag is in mijn leven. Ik had daar ook graag op geklonken met een aantal goeie vrienden. Gewoon eens stoom aflaten bij een bord spaghetti. We hebben allemaal huidhonger. Het is vervelend dat dit nu niet kan. Al bij al is dat klein verdriet in vergelijking met mensen die iemand verloren hebben of het financieel erg moeilijk hebben.”

“Tegelijk heeft deze crisis ook positieve aspecten. In andere omstandigheden reis ik graag en veel. Maar dicht bij huis lopen en fietsen blijkt net zo fijn. Of een gezelschapsspel spelen met je bubbel. Iedereen heeft zijn eigen buurt beter leren kennen én waarderen. Dat gevoel moeten we vasthouden. Ik denk dat we in de toekomst meer digitaal zullen blijven werken. Niet de altijd, want je hebt je collega’s nodig. Maar als je een verplaatsing minder moet maken, is dat tijd gewonnen die je ergens anders voor kunt gebruiken. Meer tijd voor het gezin. Of om je huis op te kalefateren. Dat is logisch. Je bent meer thuis.”

“Ik had tijdens de eerste lockdown elke dag een opruimprojectje. Oude kleren wegbrengen. Of de kelder herschikken. Laat ons dus hopen dat we ook wat goeie dingen meenemen uit 2020. Ik hoorde Michelle Obama onlangs in een podcast zeggen: We don’t need a new normal, we need a bétter normal. Daar sluit ik me graag bij aan.”

Bart Steenhaut

Minister Annelies Verlinden is vanavond te gast inVrede Op Aarde op Eén.

 ©  Jeroen Hanselaer

 ©  Jeroen Hanselaer