Hoofdredacteur WikiLeaks: ‘Dit is de grootste aanval op de persvrijheid van deze eeuw’

Wikileaks-hoofdredacteur Kristinn Hrafnsson (links) tijdens een persconferentie in Londen op 20 februari 2020.

Op 4 januari spreekt de Londense rechtbank zich uit over een mogelijke uitlevering van Julian Assange aan de Verenigde Staten. Kristinn Hfrafnsson, huidig hoofdredacteur van de klokkenluiderssite WikiLeaks, ziet het somber in.

Het begin van het nieuwe jaar brengt meteen een spannend moment voor de persvrijheid. Op 4 januari komt in Londen de zaak van Julian Assange voor, waar wordt beslist of de oprichter van WikiLeaks wordt uitgeleverd aan de VS. De zaak gaat terug tot 2010, toen de klokkenluiderssite een video publiceerde die toont hoe bij een Amerikaanse helikopteraanval in Bagdad in 2007 minstens twaalf Iraakse burgers en twee journalisten worden gedood. Bovendien lekte de site geheime documenten over de oorlogen in Irak en Afghanistan. De inzet is hoog: als Assange wordt overgedragen, riskeert hij 175 jaar cel. Knack sprak exclusief met de huidige hoofdredacteur van WikiLeaks, de IJslander Kristinn Hrafnsson.

Het hoofdredacteurschap van een van de meest geviseerde websites ter wereld lijkt me geen sinecure. Hoe moeilijk is deze job voor u?

KristinnHrafnsson: Het is niet moeilijker om hoofdredacteur te zijn van WikiLeaks dan van een ander medium. We hanteren precies dezelfde criteria en principes. We krijgen informatie toegestuurd, en dan gaan we de accuraatheid en authenticiteit van de bron na. Zodra we menen dat het om betrouwbare informatie gaat die binnen het publieke belang valt, zullen we ze op onze website publiceren. In veel gevallen realiseren we onze publicaties in samenwerking met klassieke media.

Hoe bent u bij WikiLeaks terechtgekomen?

Hrafnsson: Ik heb Julian Assange leren kennen in de winter van 2010, toen hij in Reykjavik verbleef. WikiLeaks had tijdens de zomermaanden van 2009 belangrijke documenten over de bankencrisis van 2008 gepubliceerd. Het ging om interne informatie over leningen die verklaren waarom de grootste bank van IJsland, Kaupthing Bank, gecrasht is. IJsland was Julian Assange dankbaar voor die publicatie, en daarom werd hij uitgenodigd. Ik was toen nog aan het werk bij een IJslands mediabedrijf, maar toen om me bij WikiLeaks aan te sluiten.

Hoe zou u WikiLeaks als mediabedrijf omschrijven?

Hrafnsson: WikiLeaks is van extreem belang voor de journalistiek. Het is een goed idee dat op het juiste moment ontstaan is. De geheimhouding bij de grote mogendheden is geëscaleerd sinds de aanslagen van 11 september 2001. Dat schaadt de rechten van het individu en van de democratie, dus je voelde op dat moment de nood aan een revolutionaire input in het ecosysteem van journalistiek. Die rol heeft WikiLeaks opgenomen. Intussen zijn we al tien jaar wereldwijd bekend. We hebben een transformatie in de journalistiek veroorzaakt door nieuwe methodes te introduceren. Het is niet langer uitzonderlijk om over de landsgrenzen heen met een groep journalisten te werken aan een onderzoek. Werken met dropboxen, videocalls, encryptie: dat hebben wíj geïntroduceerd, en het heeft zijn weg gevonden bij de standaard mediakanalen.

Is de grens tussen journalistiek en activisme niet flinterdun bij WikiLeaks?

Hrafnsson: Het hangt ervan af hoe je ernaar kijkt. Als activisme betekent dat je vecht voor persvrijheid, dan is er een zeer dunne lijn met de basisprincipes van journalistiek. In dat geval zou je journalistiek in zekere zin ook als een vorm van activisme kunnen beschouwen. In principe zou elke journalist moeten strijden voor persvrijheid en het recht op vrije meningsuiting. Je kunt dat dan als activisme beschouwen, maar evengoed al een inherent onderdeel van journalistiek.

Hoe kijkt u terug op de onthullingen van WikiLeaks over de leugens die in 2003 verteld zijn om de invasie in Irak te rechtvaardigen?

Hrafnsson: WikiLeaks heeft zeker geholpen om de waarheid over de invasie in Irak bloot te leggen en om verschillende oorlogsmisdaden die er hebben plaatsgevonden aan te kaarten. Daar heb ik zeker geen spijt van. De enige spijt die ik heb is dat we niet sneller de waarheid konden achterhalen. Ik hoop dat we in de toekomst op een punt komen waar wij met WikiLeaks en andere verantwoordelijke organisaties zouden kunnen voorkomen dat er oorlogen gevoerd worden, in plaats van na de feiten naar de waarheid te moeten zoeken.

Jullie onthullingen deden in het verleden de wereld daveren. Kan het dat het recent wat rustiger is?

Hrafnsson: De grootste aandacht was er bij onze publicaties in 2010 en 2011(met onthullingen over de oorlogen in Irak en Afghanistan, over Amerikaanse diplomatieke spionage en over kernraketten in België, nvdr). Voorpaginanieuws van over de hele wereld werd gevuld met onze informatie. Nadien hebben we nog informatie gepubliceerd over klimaatissues, corruptie en spionage. De laatste maanden zijn we inderdaad iets minder productief, omdat een deel van onze aandacht naar de strijd voor de vrijheid van Julian Assange gaat. Maar we werken verder.

Zou u Julian Assange een politieke gevangene noemen?

Hrafnsson: Absoluut! Je kunt niet anders dan concluderen dat Julian het slachtoffer is van politieke vervolging. Hij wordt beschuldigd van zeer zware misdrijven die samen kunnen resulteren in een gevangenisstraf van 175 jaar. De motivering van de aanklachten is uitgeschreven door de administratie onder president Donald Trump. We hebben vernomen dat de vorige Amerikaanse regering, onder Barack Obama, had beslist om niet door te gaan met deze zaak. Het discours van de regering-Trump laat vermoeden dat Julian nooit een eerlijk proces zal krijgen als hij uitgeleverd wordt. Trouwens, tijdens de vorige zitting van de Londense rechtbank, in september, is gebleken dat er extreme inbreuken zijn gebeurd toen Julian in de Ecuadoraanse ambassade verbleef. Hij werd bespioneerd. Zelfs zijn communicatie met zijn advocaten werd afgetapt.

Zijn gezondheid zou in die periode zwaar achteruit zijn gegaan. Kunt u dat bevestigen?

Hrafnsson: Hij is zwaar achteruit gegaan, ja. Hij is al meer dan tien jaar van zijn vrijheid beroofd, en het laatste anderhalf jaar in de gevangenis geld voor hem een zeer strikt regime. We spreken over extreme schendingen van zijn rechten, want uiteindelijk zit hij in voorlopige hechtenis. Normaal gezien mag iemand maximaal 180 dagen onschuldig vastgehouden worden, maar hij zit al 500 dagen opgesloten. En dan dreigt hij ook nog eens een coronabesmetting op te lopen. Hij zit nog meer uren in isolatie en kan geen bezoek krijgen. Dat heeft Julian uitgeput, fysiek en mentaal.

Kan zijn uitlevering nog afgewend worden?

Hrafnsson: Er zijn nog mogelijkheden om zijn uitlevering te voorkomen. In principe zijn er veel wettelijke argumenten om de uitlevering stop te zetten, maar ik heb niet de indruk dat de rechtbank in Londen daar gehoor aan zal geven. Bij een negatieve uitkomst gaan we sowieso onmiddellijk in beroep. We kunnen naar het Britse Hooggerechtshof gaan, of zelfs naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Maar er zijn ook mogelijkheden buiten de rechtbank. Zo zou het kunnen dat president Trump aan Assange gratie schenkt voordat hij het Witte Huis verlaat. Een andere uitkomst zou kunnen zijn dat de nieuwe regering onder Joe Biden zich zou baseren op de standpunten van de regering-Obama en de vervolging stopzet.

Hoe kijkt u naar de overwinning van Joe Biden? Zal hij het Amerikaanse oorlogsbeleid een andere wending geven?

Hrafnsson: Veranderingen in het Witte Huis betekenen altijd beleidsveranderingen. Het is zeer moeilijk om te voorspellen of zijn regering militanter en agressiever zal zijn dan die van Trump. Vergeet niet dat Trump zich heeft gepresenteerd als de president die geen oorlog zou beginnen – en daar heeft hij zich aan gehouden. Tegelijk begon zijn regering met een ander soort oorlogsvoering: economische sancties. Die kunnen ook extreem pijnlijk zijn voor de geviseerden. Het zou me niet verbazen als Biden die aanpak zou doortrekken. Obama koos destijds ook voor een andere oorlogsvoering: minder boots on the ground, meer drones. Die kunnen ook gevaarlijk, intimiderend en dodelijk zijn. Mocht Biden voor díé aanpak kiezen, zou je een toename van geweld mogen verwachten.

Even formeel: heeft WikiLeaks de uitkomst van de presidentsverkiezingen in 2016 tussen Hillary Clinton en Donald Trump beïnvloed?

Hrafnsson: Kijk, als de bekendmaking van inside informatie van een van de partijen die voor het presidentschap streed de uitkomst van de verkiezingen beïnvloed zou hebben, dan was het de inhoud van de informatie die beslissend was en niet de verspreider van de informatie. Een cruciaal verschil (net voor de verkiezingen lekte WikiLeaks e-mails van Hillary Clintons campagneleider, John Podesta. Daaruit bleek de financiële invloed van grote bedrijven, kritiek van haar eigen staf en haar ongerustheid over vluchtelingstromen. Donald Trump maakte er dankbaar gebruik van, nvdr). Wat WikiLeaks toen heeft gedaan, was journalistiek volledig gerechtvaardigd. We hebben toen informatie ontvangen, hebben ze beoordeeld op de authenticiteit, en hebben afgewogen of de publicatie van de documenten in het publiek belang zou zijn. Het materiaal beantwoordde aan al deze voorwaarden en het was zeker ook nieuwswaardig. Niet alleen WikiLeaks, maar alle media die verhalen hebben geschreven gebaseerd op deze documenten vonden dit blijkbaar ook het geval.

(op dreef) De pers blijft de vierde macht in een land. In de meeste samenlevingen wordt er net aan journalisten een speciale status gegeven, net omdat journalisten de check-and-balances opmaken van het politieke proces. Zeker in verkiezingstijd! In het licht van die zaak moet je naar de rechtszaak kijken die het Democratic National Committee (DNC) heeft aangespannen tegen WikiLeaks vanwege de onthullingen voorafgaand aan de verkiezingen van 2016. Die zaak is in de federale rechtbank van New York behandeld, en de rechter heeft de zaak geseponeerd. Hij argumenteerde dat het blootleggen van wat er gebeurt achter de gordijnen van een van de twee belangrijkste politieke partijen net voor de verkiezingen een zaak is die beschermd wordt door het eerste amendement van de Amerikaanse grondwet (dat onder meer de persvrijheid garandaard, nvdr). In zijn verdict voegde de rechter toe dat het er niet toe deed of de informatie al dan niet legaal was bekomen, zolang de journalist of het medium niet zelf had deelgenomen aan illegale praktijken om de informatie te verkrijgen. Dat was een ontzettend belangrijke beslissing, die volgens mij het bestaansrecht van WikiLeaks heeft gerechtvaardigd. Zéér weinig kranten hebben daar enige ruchtbaarheid aan gegeven, moet ik zeggen.

Krijgen Julian Assange en WikiLeaks te weinig steun van de traditionele media?

Hrafnsson: Inderdaad. Al neemt die de laatste maanden wel toe. De ernst van de situatie begint eindelijk door te dringen. Want het gaat niet alleen om Julian. Als hij wordt uitgeleverd en voor een Amerikaanse rechtbank moet verschijnen, wordt er een precedent gecreëerd. Geen enkele journalist ter wereld nog zal durven om informatie te publiceren die belastend kan zijn voor de Amerikaanse overheid. Het maakt zelfs niet eens uit dat de journalist in een ander land publiceert, nooit een voet in de VS heeft gezet en onder een ander wetgevend kader valt. Waar ook ter wereld zal de journalist bespioneerd en veroordeeld worden als hij de VS in diskrediet brengt. Dit is de grootste aanval op de persvrijheid van deze eeuw.

Had u meer verwacht van de Britse premier, Boris Johnson?

Hrafnsson: Ik heb geen mening over zijn persoonlijkheid of zijn stijl, maar het is jammer dat Boris Johnson en de Britse regering hun macht niet hebben gebruikt om het uitleveringsproces van Julian Assange te stoppen. een halt toe te roepen. Een uitlevering kan alleen gebeuren als politici ze toestaan. Pas dan kan die kwestie in een rechtbank betwist worden. Dus ja, het is een grote teleurstelling dat de Britse politiek is ingegaan op het Amerikaanse uitleveringsverzoek. Zeker als je weet dat de VS al verschillende uitleveringsverzoeken van het Verenigd Koninkrijk hebben geweigerd. De Britten hadden meer ruggengraat moeten tonen.

Tot slot: welke gedachte geeft u de Knack-lezers mee voor 2021?

Hrafnsson: (denkt lang na) Ik zou de lezers willen zeggen dat ze zich zorgen moeten maken over wat er met Julian Assange gebeurt. Niet zozeer vanwege zijn persoonlijke lijden – hoewel het verschrikkelijk is dat hem zo onrecht wordt aangedaan puur omdat hij over Amerikaanse oorlogsmisdaden heeft gerapporteerd. Nee, het gaat hier over het lot van journalistiek. De uitkomst van deze zaak zal bepalend zijn voor haar toekomst, de persvrijheid staat op het spel.

Ik hoor mensen weleens zeggen dat er belangrijkere zaken zijn om voor te vechten, zoals de opwarming van het klimaat, gendergelijkheid of economische ongelijkheid. Natuurlijk zijn die thema’s verschrikkelijk belangrijk. Maar als journalisten niet langer de garantie hebben dat ze de waarheid mogen zoeken zonder hun leven te riskeren, dan zullen ze nooit meer druk kunnen uitoefenen op al die andere belangrijke topics. Dát is de reden waarom de achtervolging van Julian Assange moet stoppen. Geen enkele macht ter wereld mag journalisten het zwijgen opleggen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content