Direct naar artikelinhoud
DM Zapt

‘Tiny Pretty Things’ (Netflix): van krachtig statement naar regulier tienerdrama

Tiny Pretty ThingsBeeld Netflix

Charissa Promes zet de blik op oneindig. Vandaag: Tiny Pretty Things.

Even leek het erop dat de nieuwe Netflix-serie Tiny Pretty Things een kleine revolutie in de balletwereld zou teweegbrengen. De serie – gebaseerd op het gelijknamige boek van de Amerikaanse schrijvers Dhonielle Clayton en Sona Charaipotra – speelt zich af op de fictieve Archer School of Ballet en volgt jonge dansers die koste wat het kost een plek willen verwerven bij het aangesloten balletgezelschap. Als de donkere ballerina Neveah Stroyer uit een achterstandswijk op de prestigieuze academie terechtkomt, komt ze er al gauw achter dat haar toelating geen toeval is. De directeur probeert de aandacht van de pers naar deze nieuwe rijzende ster te leiden, nadat haar voorganger vier verdiepingen naar beneden is gevallen.

De underdogpositie van Neveah komt helaas overeen met de werkelijkheid. Bij professionele dansgezelschappen is een donkere (prima) ballerina een zeldzaam gezicht – vraag maar aan Chloé Lopes Gomes, de Duitse danseres die haar voormalige werkgever aanklaagt omdat zij zou zijn ontslagen vanwege haar huidskleur. Even lijkt Neveahs mogelijke succes dus een krachtig statement van de makers. Maar de progressieve belofte van de serie wordt nauwelijks waargemaakt.

Binnen de eerste minuten van Tiny Pretty Things volgt de ene stereotypering na de andere. Neveah (gespeeld door Kylie Jefferson) komt uit Inglewood, een van de beruchtste steden van Amerika, de queer mannelijke balletdanser (Brennan Clost) houdt van roddelen en een groepje mean girls maakt het leven van klasgenoten zuur. De emancipatie van de donkere ballerina verschuift als verhaallijn naar de achtergrond om plaats te maken voor regulier tienerdrama. 

Met Neveahs verongelukte voorganger (Anna Maiche) als voice-over zetten de Canadese makers geloofwaardig een omgeving neer met urenlange repetities, minutieuze aandacht voor techniek, moordende competitie en een ongezonde druk op de lichamen van de dansers. De makers schetsen een cultuur waarin kritiek alomtegenwoordig is en lof zeldzaam. En geven ziekmakend weer hoe choreografen de bedpartners voor het uitkiezen hebben, vooral onder hun studenten. 

Zulke vrouwonvriendelijke taferelen zijn helaas een bekend fenomeen in de dans, maar een incident waarbij een donker personage wordt beschoten komt in de serie wel erg uit de lucht vallen vallen. Deze aandacht voor de Black Lives Matter-beweging wordt er met de haren bijgesleept en bovendien omlijst door uitvergroot tienerdrama en mysterie.

Indrukwekkend is wel dat het acteerwerk in de serie niet onderdoet voor de dans, ook al zijn alle acteurs in de eerste plaats professionele dansers. Het dubbeltalent van de spelers zal het werk van Canadese hoofdchoreograaf Jennifer Nichols ongetwijfeld plezieriger hebben gemaakt. Tussen alle intriges door zou je bijna haar sterke choreografieën over het hoofd zien.

‘Tiny Pretty Things’ is te zien op Netflix.