Uit het fonds van 5 miljard euro dat de Europese Commissie uitgetrokken heeft om de lidstaten te helpen bij het opvangen van de acute economische gevolgen van de Brexit, krijgt België dit jaar 325 miljoen euro. Mogelijk komt daar in 2025 nog iets bij als dit bedrag niet blijkt te volstaan; dit jaar wordt 4 miljard verdeeld onder de lidstaten. België wordt daarmee de vijfde grootste ontvanger uit het fonds, wat het gevolg is van de impact van de Brexit op de Belgische visserijsector en de handelsstromen tussen ons land en het Verenigd Koninkrijk.

Ierland krijgt logischerwijze het meest – dat bedrag zou rond 1 miljard draaien. Ook Nederland, Duitsland en Frankrijk krijgen meer dan België, wat in het geval van Berlijn en Parijs te maken heeft met hun aandeel in de Europese economie. Ierland, Nederland en België wilden vooral beletten dat Oost-Europese lidstaten met een belangrijk deel van de koek gingen lopen.

Van die 325 miljoen euro zou 200 miljoen naar Vlaanderen gaan. De volledige pot van de visserijsector, ongeveer 60 miljoen, gaat naar het Vlaams gewest. Van de pot om de gevolgen voor de handel op te vangen, krijgt Vlaanderen ongeveer 53 procent, goed voor 140 miljoen euro. De overige 125 miljoen is bestemd voor Wallonië. Europarlementslid Geert Bourgeois (N-VA) had gehoopt dat 85 procent van het geld voor België uit deze ‘Brexit Adjustment Reserve’ naar Vlaanderen zou gaan ‘aangezien 85 procent van onze export naar het Verenigd Koninkrijk Vlaams is’.