Meer dan 500 betogers, familieleden en vrienden waren woensdagnamiddag samengekomen aan het politiecommissariaat aan het Brussel-Noordstation waar de 23-jarige Ibrahima B. afgelopen zaterdag overleed, kort na zijn arrestatie. ‘Wij vragen duidelijkheid over zijn dood. Dit soort incidenten gebeurt te vaak’, vinden de manifestanten, die vrezen dat hij het slachtoffer werd van politiegeweld.

Volgens advocaat Alexis De Swaef, die de familie vertegenwoordigt, liet de politie Ibrahima meer dan vijf minuten bewusteloos op de grond liggen. Het parket wilde die versie niet bevestigen. De Swaef zegt ook dat hij de emoties van de betogers begrijpt. ‘Wat er is gebeurd met Ibrahima is geen uitzondering in Brussel’, aldus de advocaat. Er is een onderzoeksrechter gevorderd om de zaak te onderzoeken.

Ook de familie van de jongen reageerde vandaag op een persconferentie en eiste duidelijkheid over de omstandigheden waarin Ibrahima overleed. Daarna volgde het geplande protest aan het politiecommissariaat, met hier en daar kleine opstootjes. Zo gooiden sommigen voorwerpen naar het gebouw, maar de organisatoren van het protest konden lang de boel kalmeren. Ze riepen de betogers regelmatig op om kalm te blijven.

De meeste mensen gingen na het einde van de betoging rond 17 uur zoals afgesproken naar huis, maar een klein groepje manifestanten bleef toch rondhangen. Ze verplaatsen zich nadien naar het verderop gelegen Liedtsplein in Schaarbeek en beschadigden het politiekantoor dat daar gelegen is. De relschoppers staken losstaande voorwerpen in brand en beschadigden enkele politievoertuigen en straatmeubilair. Het waterkanon werd ingezet door de oproerpolitie.

Vier politieagenten werden gewond naar het ziekenhuis overgebracht. Een betoger die ten val kwam op het Liedtsplein werd ter plekke verzorgd. Burgemeester van Sint-Joost-ten-Node Emir Kir (PS) betreurt dat de relschoppers profiteerden van dit herdenkingsmoment. Hij blijft wel achter zijn beslissing staan om de betoging te laten plaatsvinden. ‘Het advies van de politie was positief’, zegt Kir. ‘De politie hield liever toezicht op een legale demonstratie dan te moeten ingrijpen bij een ongeoorloofde bijeenkomst. De emoties en gemoederen zouden hoe dan ook hoog oplopen. Dan was het beter dat de politiediensten zich erop konden voorbereiden. We willen ook de organisatie en familieleden van Ibrahima bedanken voor hun medewerking. Zij deden hun best om alles veilig te laten verlopen.’

Coronamaatregelen

De familie werd zaterdagnacht om 2.30 uur ’s ochtends verwittigd van het overlijden van Ibrahima. Zijn zus heeft verschillende ziekenhuizen moeten bellen om uit te vinden waar zijn lichaam was. ‘De politie is laat in de nacht van zaterdag op zondag naar ons gekomen’, aldus de zus. ‘Ons werd toen verteld dat Ibrahima is overleden na een interventie door de politie. Ze vertelden ons dat hij buiten was na de avondklok en daarom werd gearresteerd. De doodsoorzaak zou een hartaanval geweest zijn’, zegt zijn zus nog.

Agenten van de lokale politie Brussel-Noord controleerden zaterdag rond 19 uur een groep mensen die bij elkaar troepten op het Noordplein, vlak bij het station. Daarmee overtraden ze de ­coronamaatregelen. Volgens het Brusselse parket probeerde een van hen te vluchten. Na een achtervolging kon de politie hem oppakken. Ibrahima werd overgebracht naar het commissariaat, maar zou meteen daarna een hartaanval gekregen hebben. De agenten probeerden hem nog te reanimeren. Ook de hulpdiensten waren snel ter plaatse, maar de jongeman overleed rond 20.30 uur in het ziekenhuis.

Het onderzoek naar zijn overlijden werd toevertrouwd aan het comité P. De camerabeelden van het commissariaat aan het Noord­station werden in beslag genomen. Er worden ook een autopsie en een toxicologisch onderzoek verricht op het lichaam. Die moeten uitwijzen of er geweld tegen hem gebruikt werd en of hij een hartaanval kreeg door eventueel druggebruik. Het parket wilde gisteren niet bevestigen of hij drugs op zak had.