Direct naar artikelinhoud
AchtergrondVaccinatie

Vraagtekens bij vaccinatietempo: dan toch geen voorrang voor essentiële beroepen?

Momenteel worden bewoners van woon-zorgcentra ingeënt.Beeld Frank Eeckhout

De hoerastemming over het vaccinatietempo wordt elke dag groter, maar tegelijk blijken de plannen nog vol vraagtekens te staan. Zo is onduidelijk of mensen in essentiële sectoren wel voorrang zullen krijgen. Experts uit de zorgwereld temperen het enthousiasme.

Iedere Vlaming die dat wil, krijgt voor de zomer een prik: die belofte deed Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) woensdag op een persconferentie over het Vlaamse vaccinatieplan. Vorige week al had minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (sp.a) verklaard dat de vaccinaties tegen september afgerond konden worden.

Die verklaringen lijken op zijn minst voorbarig. Zo zullen meer dan 2 miljoen jongeren volgens de huidige plannen nog geen vaccin krijgen. Omdat de vaccins zo snel op de markt gebracht moesten worden, was er nog geen tijd om te testen of ze ook voor mensen jonger dan 18 jaar veilig en effectief zijn. Pas later dit jaar komt daar mogelijk duidelijkheid over. Op dat moment zal nog bekeken moeten worden wanneer jongeren hun prik kunnen krijgen. Dat betekent dat de operatie massavaccinatie onvermijdelijk een stuk langer zal duren.

‘Moeilijk te voorspellen’

Ook over de uitrol van de huidige vaccinatieplannen bestaan nog veel vragen. Vaccinnet, de databank die moet registreren wie gevaccineerd is en met welk vaccin, bestond tot voor kort enkel in Vlaanderen en wordt nog volop ontplooid in Brussel en Wallonië – ook al wordt daar nu al gevaccineerd. Volgens professor emeritus huisartsengeneeskunde Jan De Maeseneer (UGent) zal dat geen problemen opleveren. “Die uitrol gaat nu zeer snel.”

Toch gaat De Maeseneer, die ook deel uitmaakt van de vaccinatietaskforce, op de rem staan bij verklaringen over het einde van de vaccinaties. “Dat is allemaal heel moeilijk te voorspellen. Iedereen ingeënt tegen de zomer? Er zijn te weinig zekerheden om dat te kunnen zeggen, maar er is natuurlijk niks mis mee om die ambitie te hebben.”

Een ander groot vraagteken vormen de risicopatiënten en de kritische functies uit essentiële sectoren. Zij krijgen voorrang op de algemene bevolking, maar tot op vandaag is niet duidelijk hoe die groepen precies afgelijnd moeten worden. Voor het identificeren van de risicopatiënten wordt gewacht op een advies van de Hoge Gezondheidsraad, dat er eerstdaags moet komen.

Contacteren

Volgens Roel Van Giel van huisartsenvereniging Domus Medica wordt het daarna nog een huzarenstuk om die mensen te contacteren. Daarvoor moet software aangepast worden en zal mogelijk aan de mutualiteiten gevraagd worden wie medicatie voor bepaalde aandoeningen terugbetaald krijgt. Dat kan snel een maand duren, zegt Van Giel.

Voor de mensen in essentiële sectoren is het zelfs niet zeker of ze wel prioritair gevaccineerd zullen worden. Verschillende bronnen bevestigen dat er een scenario op tafel ligt om hen in te enten samen met de rest van de bevolking die geen voorrang krijgt. Nu duidelijk is dat er voldoende vaccins zullen zijn, heeft het niet veel zin meer om hen te prioritiseren, klinkt het. En hoe meer groepen voorrang krijgen, hoe trager het hele proces verloopt: elke groep komt met eigen logistieke ketens.

Spuiten

Onduidelijkheid is er ook over de spuiten die gebruikt worden voor de vaccinatie. Minister Vandenbroucke gaf dinsdag toe dat er eind februari tijdelijk een tekort zal zijn aan spuiten die nodig zijn om zes doses uit een flacon van het Pfizer-vaccin te halen. Dan zal overgeschakeld moeten worden op spuiten die slechts vijf doses uit een flacon halen, waardoor dus minder mensen gevaccineerd kunnen worden.

Margot Cloet, topvrouw van zorgkoepel Zorgnet-Icuro, pleit voor een portie realisme. “Het is belangrijk dat we optimistisch zijn, maar niemand heeft baat bij deadlines die niet gehaald kunnen worden. We moeten er rekening mee houden dat de hele vaccinatie uiteindelijk een jaar kan duren.”