Direct naar artikelinhoud
InterviewFamilieklap

Bruno Vanden Broecke en zoon Sam: ‘Al wat hij doet, is een geschenk’

Bruno en Sam Vanden Broecke.Beeld Bob Van Mol

De oudste is 46 jaar, acteur en ware er geen pandemie, dan was hij nu de man om wie De Woordenaar draait, een theater­concert. De jongste is 15, maakt stop-motion­filmpjes en spreekt nu al over the good old days. Bruno en Sam Vanden Broecke, vader en zoon.

“Ik heb sinds de geboorte van Sam, de oudste van drie zonen, een lijstje bijgehouden van wat hij later wil worden. 2011: gif­slang. 2012: krokodil, papa of spioneerder. 2015: technieker. 2016: paleontoloog. 2019: weet het niet. 2020: paleo-artiest, rechercheur of misschien chirurg.

“Die evolutie, je kind(eren) zien opgroeien, dat is prachtig om zien. Misschien is dat wel het mooiste wat er is. Sam is nu precies even groot als ik, hij staat op het snijpunt om me in te halen. Kijk: zijn handen zijn nu al groter dan die van mij. Dat ontroert mij. Als eerst­geborene zien we alle fases eerst in hem, wat je doet beseffen dat het heel intieme, het heel nauwe contact tussen ouder en kind maar een fractie van je leven duurt. Over een paar jaar is Sam weg, dus zoek je in korte tijd naar verdieping, maar nu hij ouder wordt en ook een privé­leven ontwikkelt, is die verdieping een dunne grens. Al wat hij doet, is een geschenk, zonder daar om te vragen. Zodra je dat benoemt en vraagt ‘vertel eens wat er speelt’, dan ga je eigenlijk al te ver, al moeten sommige dingen ook uitgesproken worden. Er komt nu steeds meer op zijn pad en dat moet je aanvaarden. Uiteindelijk komt het neer op vertrouwen. Ach, Sam tot een man zien opgroeien is een fantastisch avontuur, wat ook geldt voor zijn jongere broers, Max en Bas. Ik verkeer in een constante staat van verwondering.

“Er zijn best wel wat gelijkenissen tussen Sam en mij. Hij zoekt ook de verhalen op, leest graag, heeft een grote fantasie. Nu gaat hij helemaal op in het prachtige De wetten van de magie, een serie dikke fantasy­boeken. Sam is wel veel zelfverzekerder dan ik op die leeftijd was. Dat is een observatie van mijn vrouw, die ik deel. Toen ik vijftien was, trok ik me erg aan wat de anderen van me zouden vinden. Hij niet. Wij zeggen wel vaak ‘je moet doen wat je zelf wil’, maar daarom doet een kind dat nog niet. Sam dus wel. Had hij geen zin om mee te spelen, dan speelde hij gewoon niet mee. Hij maakt me ook rustig, want opvoeden is geen eenrichtings­verkeer. Ik leer ook van hem. Vorig jaar brak Sam zijn elleboog, en telkens opnieuw stokte de revalidatie. Of een wonde groeide niet mooi dicht, of er kwamen splinters vrij in het bot, of dit, of dat, en terwijl ik als veertienjarige het kot bij elkaar zou hebben geschreeuwd, zei Sam: ‘Ach, komt wel goed. Dag per dag.’ (lacht)

“Ik ben enig kind en mijn ouders zijn allebei al gestorven. Zonder broers of zussen blijf je alleen over met je herinneringen. Er is niemand meer om die mee te delen. Het is een bron van troost en zekerheid, zelfs van veiligheid, te weten dat anderen dezelfde herinneringen hebben. Toen mijn vader stierf, als laatste, werd de grond als het ware onder mijn voeten weggeslagen, en stond ik plots bovenaan de piramide, als vader van mijn eigen gezin. Ik weet het, je komt alleen op de wereld en gaat alleen weg, maar nu, met mijn vrouw en drie zonen, vier eigenlijk, want een andere zoon stierf kort voor de geboorte (Ben, red.), zijn er veel verbindingen, liaisons, en kunnen we delen wat we meemaken. Al heb je ambras met je broers of zussen, dan nog: het feit dat ze er zijn wordt als vanzelfsprekend beschouwd, maar is dat niet.

“Een tante woont nog in een woon-zorgcentrum, en al wat met nakend afscheid te maken heeft, vind ik lastig, daar heb ik het moeilijk mee. Maar alles wat ik nu mee­maak, dat maakt mijn gezin ook mee. Dat is echt prachtig.”

Sam: ‘Mijn vader is gewoon echt een lieve man, die veel poëzie leest.’Beeld Bob Van Mol

Sam

“Ik ben blij dat ik een goede band heb met mijn vader. Hij is gewoon ook echt een lieve man, die veel poëzie leest. Hij is ook slim. Zeker in deze periode – de lockdown – merk ik aan mijn eigen omgeving dat zo’n band belangrijk is. Er zijn veel jongeren met mentale problemen, die worstelen met hun ouders, met een tekort aan aandacht, en er aan denken alles op te geven.

“Het is voor jongeren tegenwoordig nogal ingewikkeld allemaal. Soms denk ik: toen ik vijf jaar was, dat waren the good old days! Kei­simpel, elke dag wat woordjes leren en gewoon naar goede films kijken. (lacht) Als ik nu filmpjes zie van high schools van begin jaren tweeduizend, dan vind ik het soms jammer dat ik niet in de jaren tachtig geboren ben. Alles leek toen blijer, en opener. Nu zijn jongeren meer gesloten. Kap over het hoofd en naar de gsm kijken. Ik soms ook hoor. Het zal een onpopulaire mening zijn onder de jeugd, maar ik denk dat op lange termijn zal blijken dat sociale media als Instagram echt niet goed voor ons waren, en zijn.

“Wat ik later wil doen? Nu, in 2021, denk ik aan de kunsten. Acteren? Misschien, dat weet ik niet. En ja, ja, ik ken Sammy Tanghe. (lacht) Het eiland heb ik niet bewust meegemaakt, maar ik heb al fragmenten gezien van de serie. Net zoals ik ook al theater­stukken van vader zag. Para bijvoorbeeld, Socrates en Jonathan. Als ik vader zie opkomen, ben ik vaak zenuwachtig in zijn plaats. Alhoewel, bij de openingsvoorstelling van Jonathan, afgelopen september in de KVS, was het omgekeerd. Dan zag ik vader kort voor aanvang en zei: ‘Rustig papa, ’t zal wel gaan.’ (lacht)

“Nu maak ik regelmatig stop-motion­filmpjes, wat erg leuk is om te doen. Eerst een verhaal bedenken, tekeningen maken, dan poppetjes maken met een skelet van ijzerdraad, en dan filmen. Creëren, dat wil ik doen. Iets maken. Bouwen aan een soort nalatenschap, vanuit het idee iets toe te voegen aan de wereld, iets dat blijft voortleven.

“Daarom lees ik ook graag boeken en hou ik van verhalen, van de levens­filosofie. Het is niet zo dat ik louter over ridders of prinsessen lees, maar evengoed over biologie. Zo bestaat De wetten van de magie uit meer dan tien boeken, telkens opgehangen aan een bepaalde ‘wet’. Dat hartstocht de rede beheerst, bijvoorbeeld, of dat mensen geloven wat ze willen geloven, niet wat de waarheid is. Over die wetten denk ik na, ze maken mijn leven rijker. Want dat wil ik: een vol leven, waarin ik kan doen wat ik wil. Het individu is belangrijk, maar dat zijn ook de relaties met anderen. Zoals met mijn vader.”