Direct naar artikelinhoud
PortretMariana Mazzucato

Wat kunnen we van econome Mariana Mazzucato leren over de bestrijding van de coronacrisis?

Mariana Mazzucato.Beeld NYT

 Zijn de snelle coronavaccins de vrucht van de vrije markt of zijn ze juist te danken aan gulle overheidssteun? Wie econome Mariana Mazzucato volgt, is al langer overtuigd van het tweede. Wat kunnen we uit haar nieuwste boek leren over deze crisis? 

Als mensen op de maan kunnen landen, waarom kunnen we dan geen dwingende problemen oplossen op aarde. Denk aan armoede, ziekte of de klimaatverandering? Al sinds 1969 wordt die vraag gesteld. De Amerikaans-Italiaanse econome Mariana Mazzucato (52) geeft in haar jongste boek een antwoord. “Als regeringen de methoden van het Apollo-project zouden toepassen, zou het kunnen”, schrijft ze. 

De naam van Mazzucato zingt al langer rond in de economische wereld. Daar vormt ze samen met onder anderen Nobelprijswinnaar Esther Duflo, donuteconomie-bedenkster Kate Raworth en Stephanie Kelton (The Deficit Myth) een spraakmakende, veelzijdig progressieve en toevallig of niet ook vrouwelijke flank. Mazzucato staat daarbij bekend om haar pleidooi voor een actievere staat. 

In haar onderzoek stelt ze de aanname van een logge staat tegenover een creatieve en risiconemende private sector ter discussie. Mazzucato argumenteert dat overheden veel innovatie-investeringen doen zonder dat ze hier zelf de vruchten van plukken. Private ondernemingen gaan aan de haal met de verwezenlijkingen en door belastingontwijking krijgt de subsidiërende overheid enkel de kruimels.

 Die claim is de rode draad doorheen het werk van Mazzucato, die in progressieve kringen naast Thomas Piketty op het ereschavot staat. Die Franse econoom, gespecialiseerd in het thema economische ongelijkheid vanuit een historisch en statistisch oogpunt, kreeg internationale bekendheid na de publicatie van zijn turf Le Capital au XXIe siècle.

Met de zegen van de paus

Ook Mariana Mazzucato, hoogleraar Economics of Innovation & Public Value aan University College London, geniet intussen bekendheid bij het bredere publiek als auteur. In 2013 al brak ze door met The Entrepreneurial State: Debunking Public vs. Private Sector Myths en The Value of Everything: Making and Taking in the Global Economy volgde in 2018. Met Mission Economy: A Moonshot Guide to Changing Capitalism, haar jongste boek, stelt ze zich de vraag of een nieuwsoortige Apollo-overheidsmissie de planeet kan helpen herstellen. De uitdagingen zijn gigantisch: klimaatverandering, de toekomst van mobiliteit, oceanen schoonmaken, kanker verslaan en – uiteraard – de wereld redden van een verwoestende pandemie.

Mariana Mazzucato.Beeld SFU

Vooral die pandemie zet wereldwijd een nieuw denken in gang. Door het ingrijpen van de overheden om de coronacrisis te bestrijden en de economie te stutten, zien velen daarin het bewijs van het failliet van het neoliberalisme. De vrije markt staat met de billen bloot en de vermaledijde overheid moet de klus klaren, luidt het.

Zelfs The Financial Times, niet bepaald een linkse krant, ging overstag en publiceerde een opvallend statement. “Er zullen radicale hervormingen – die de heersende beleidsrichting van de afgelopen vier decennia omkeren – op tafel moeten komen. Regeringen zullen een actievere rol in de economie moeten accepteren. Zij moeten openbare diensten zien als investeringen in plaats van kostenposten, en zoeken naar manieren om de arbeidsmarkten minder onzeker te maken. Herverdeling zal weer op de agenda staan; de privileges van de ouderen en de rijken in het bijzonder. Beleid dat tot voor kort als excentriek werd beschouwd, zoals een basisinkomen en vermogensbelastingen, zal in de mix moeten worden opgenomen.”

De gedoodverfde liberalen verslikten zich wellicht in hun ochtendkoffie bij de lectuur van dit standpunt in hun lijfblad.

En toch, er hangt al enige tijd verandering in de lucht. Rolmodellen als Jeremy Corbyn, Alexandria Ocasio-Cortez of Bernie Sanders zijn of waren de politieke voorbodes van een dergelijke ommekeer. Ze openden het debat voor een mogelijke renaissance op links. Op economisch vlak waren er rolmodellen als de eerder genoemde Thomas Piketty, Gabriel Zucman of, dichter bij huis, Paul De Grauwe. Maar dus opvallend ook veel vrouwelijke kandidates. Stephanie Kelton, Ann Pettifor, Kate Raworth en uiteraard Mariana Mazzucato. Is de nieuwe John Maynard Keynes een dame? En is die dame dan Mariana Mazzucato?

De in Rome geboren econome verhuisde toen ze vier was met haar familie naar het Amerikaanse New Jersey. Haar vader Ernesto Mazzucato, een natuurkundige, ging er aan de slag als wetenschapper aan Princeton University. Haar moeder Alessandra was een huisvouw met ‘een groot moreel kompas’, zo vertelde Mariana Mazzucato aan Wired. Intussen woont en werkt ze in Londen, met de Italiaanse filmproducent Carlo Cresto-Dina (57)  en hun vier kinderen.

Als econome heeft ze inmiddels het oor van steeds meer invloedrijke mensen en organisaties. De nieuwe Amerikaanse president Joe Biden vroeg haar eerder al om advies. Daarnaast werkt ze mee aan het Europese investeringsprogramma Horizon Europe, met een budget van liefst 95 miljard euro specifiek voor onderzoek en ontwikkeling. Voor de WHO zetelt ze in het postpandemiecomité en ze kreeg ook al de zegen – figuurlijk – van paus Franciscus, die haar ideeën zeer genegen is. Met haar Italiaanse looks en flair en Amerikaanse efficiëntie walst ze van debat naar vergadering. Ze heet dodelijk te zijn in discussies, waar je maar beter beslagen op het terrein komt. “Electrifying”, doopte The Financial Times haar debatstijl.

Overheid als innovator

De tijd speelt alvast in haar voordeel. “Alleen een crisis – daadwerkelijk of vermeend – leidt tot echte verandering. Als die crisis zich voordoet, zijn de acties die worden ondernomen afhankelijk van de ideeën die er zijn.” Schreef Milton Friedman in 1962, in zijn voorwoord bij zijn boek Capitalism and Freedom. Friedman is wellicht dé neoliberale econoom bij uitstek en in dat opzicht de nemesis van Keynes en diens virtuele kleindochter Mazzucato. Haar ideeën krijgen steeds meer ruimte in deze donkere dagen van een wereldcrisis aangestookt door Covid-19 en zijn mutaties.

Mariana Mazzucato stelt dat we het debat niet correct voeren. Het gaat niet zozeer, of niet alleen, over belastingen. De reden dat progressieven vaak de discussie verliezen, komt omdat ze zich vastrijden in het debat over de herverdeling van rijkdom. Ze kijken te weinig naar de discussie omtrent het creëren van rijkdom. Welvaart komt niet uitsluitend via briljante ondernemers als Bill Gates of Elon Musk. In de zienswijze van Mazzucato komt welvaart via wezenlijke innovaties en die starten bij de overheid. 

De overheid is voor haar niet de vijand van de private ondernemingen, het is een gelijkwaardige partner in het scheppen van welvaart. In The Entrepreneurial State – De ondernemende staat in de Nederlandse vertaling – betoogt Mazzucato dat de overheid niet alleen maar kosten maakt voor het organiseren van onderwijs en zorg, vuilnisophaal of het openbaar vervoer. 

Dat doet ze ook, maar de overheid ligt tegelijk ook mee aan de grondslag van doorbraken als de iPhone. Internet, gps, touchscreen, batterijen, harde schijf... het zijn stuk voor stuk innovaties die (deels) werden ontwikkeld door onderzoekers op de payroll van de overheid. Sterker, een iconisch vernieuwend bedrijf als Tesla zou vandaag niet bestaan zonder overheidssubsidies. Evenmin zijn SpaceX of SolarCity van diezelfde visionair Elon Musk nergens zonder overheidsmanna. Het is pas wanneer de innovaties ergens naartoe leiden dat investeerders en ondernemingen op de kar springen om deze verder te ontwikkelen in consumentenproducten, luidt de visie van Mazzucato.

Haar betoog heeft ook een heel erg actuele link, kijk maar naar het debat rond het coronavaccin. Zo werd na de uitbraak van SARS in 2003 het private onderzoek naar coronavirussen stopgezet, wegens te weinig winstgevend. Het publieke onderzoek ging wel door. De farmaceutische industrie was intussen vooral bezig met het opkopen van patenten en het ontwikkelen van medicijnen waarvan de winst gegarandeerd is, stelt de Italiaans-Amerikaanse econome onomwonden. Ironisch en een klein beetje terzijde, het door Europa verguisde farmabedrijf AstraZeneca werkte net samen met de Universiteit van Oxford. Deze publiek-private samenwerking leverde een vaccin tegen kostprijs op, waardoor het maar een fractie kost van de andere vaccins die in omloop zijn.

Haar voornaamste punt blijft evenwel overeind: de belastingvlucht van die grote bedrijven steekt de ogen uit, vindt Mazzucato. Als de overheid een grote innovatie heeft gefinancierd, zou ze een rechtvaardig deel van die investering terug mogen krijgen. Maar Mazzucato gaat nog verder. De volgende logische stap voor haar is dan dat de overheid zélf op het voorplan treedt in de verwezenlijking van grote projecten. Daar gaat haar jongste boek, Mission Economy: A Moonshot Guide to Changing Capitalism over.

Een nieuw Apollo-project, een Moon-shot, dat een op oplossingen gebaseerde economie aanvuurt, aangestuurd en gecoördineerd door krachtigere regeringen die bij elke fase van het innovatieproces betrokken zijn.

Ministerie van Handel

Dat niet iedereen heil ziet in een overheid die aan het stuur van economische ontwikkelingen gaat zitten, zal niet verbazen. Zo hekelt John Kay, professor aan de London School of Economics, die Apollo-visie van Mazzucato in The Financial Times. “Ze heeft terecht de bijdrage van door de staat gefinancierd fundamenteel onderzoek aan Silicon Valley benadrukt, maar godzijdank was de ontwikkeling in handen van Steve Jobs, Travis Kalanick en Elon Musk in plaats van een commissie in het ministerie van Handel”, klinkt het.

Apollo, zo merkt Kay verder op, was een succes omdat het doel specifiek en beperkt was. De basiswetenschap werd goed begrepen, ook al waren er veel bijkomende technologische ontwikkelingen nodig om de missie haalbaar te maken. Richard Nixons oorlog tegen kanker, die expliciet was gebaseerd op het Apollo-programma, was een mislukking omdat kanker niet één enkele ziekte is en er toen – en ook nu nog – te weinig bekend was over de wetenschap van celmutatie. Met andere woorden: “Niemand heeft de kennis van het heden of de toekomst die nodig is om de strategieën die Mazzucato aanbeveelt te ontwikkelen of met succes toe te passen, of zou die kennis kunnen hebben.”

Kay waarschuwt voor het gevaar dat achter dat eenvoudige idee schuilt: “Politici worden gretig verliefd op dergelijke voorstellen. Maar de visie die China’s economische ontwikkeling voortstuwde, was niet Mao’s Grote Sprong Voorwaarts of Culturele Revolutie, maar Dengs ‘het maakt niet uit of een kat zwart of wit is, als ze maar muizen vangt’. Het is lonender en doeltreffender om betere muizenvallen te bouwen dan te streven naar een muizenvrije wereld.”

Paul De Grauwe kan het dedain in de klassieke economische kringen begrijpen. “Mazzucato ziet voor de overheid een veel fundamentelere en dynamischere rol weggelegd, als actor. Door zélf te investeren in technologische ontwikkelingen. Daarmee gaat ze een stuk verder dan de klassieke rol van de overheid als regulator.” 

De Grauwe is het in grote lijnen wel eens met haar. Ook hij is al langer een pleitbezorger voor meer overheid in de sturing van de economie. “Maar Mazzucato laat zich een beetje te veel meeslepen in haar eigen verhaal. Dat toegegeven soms iets te anekdotisch is.” De Grauwe zegt dat zijn confrater soms wat te ver dreigt te gaan in het gewicht dat ze aan de staat toekent. “Als je er nuchter naar kijkt, zie je een samenwerkingsverband tussen overheid en markt. Mazzucato ziet voornamelijk de overheid in de cockpit, maar ik weet niet of ik op het vliegtuig durf te stappen met onze Belgische regering aan de stuurknuppels”, schatert De Grauwe.

Du choc des idées

Mazzucato weerlegt in The Economist de kritiek op haar visie. “Het probleem is niet dat regeringen een grotere of kleinere rol krijgen. Het probleem is wat voor rol. Nu lijkt het alsof de overheid haar rol louter mag spelen als subsidiekanaal, of het verstrekken van verschillende vormen van garanties en belastingverlagingen, in plaats van ambitieus te investeren om nieuwe kansen te creëren.”

Dat is de les, zegt ze, van haar Moon-shot: een duidelijk doel, veel verschillende sectoren, actoren en disciplines die samenkomen om het probleem op te lossen. Zoals bij Apollo, dat uiteindelijk leidde tot een golf van vernieuwing waar we nog steeds van profiteren. Dat sommige projecten mislukken is niet eens het probleem, vindt Mazzucato. Regeringen moeten bereid zijn om te onderzoeken, te experimenteren en risico’s te nemen. Maar dan wel risico’s voor het algemeen belang.

Overigens duwt Mazuccato graag waar het pijn doet, voor zij die schamperen op de overheidsrol. “We hebben al drie manieren gezien waarop ze die rol speelt. De banken redden, investeren in infrastructuur, onderwijs en basiswetenschap en het financieren van radicale, innovatieve technologieën die ons leven veranderen, zoals de ruimtevaart.”

Paul De Grauwe zegt dat haar visie alvast een uitdagend debat opent. “Du choc des idées jaillit la lumière, zoals ze zo mooi zeggen. Wie poneert dat de overheid niet productief kan of mag zijn, zal met goede argumenten moeten komen.”

Dat de econome nu al haar sporen nalaat, is zeker. Pas onlangs verklaarde Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen dat de Commissie vier miljard euro uittrekt in de strijd tegen kanker. Preventie en innovatieve technologieën zijn de pijlers. Van het totale budget van vier miljard komt de helft uit het nieuwe onderzoeksbudget Horizon Europe. Prominent actief daarin: Mariana Mazzucato.