Parcours van de Vuelta 2021 bekendgemaakt: twee tijdritten en een aankomst bergop waar Evenepoel vorig jaar uitpakte

BEKIJK ONDERAAN ALLE RITPROFIELEN

De 76e Ronde van Spanje wordt een langgerekte bedevaartstocht naar Santiago de Compostella. Tussen de start van 14 augustus in Burgos en de aankomst drie weken later in het befaamde bedevaartsoord moeten in totaal 3.336 kilometer afgelegd worden. Er zijn zes vlakke ritten, twee heuvelritten, vier etappes door het middengebergte, zeven echte bergritten en twee tijdritten. Stevige kost dus. De Vuelta start en eindigt in het noorden van Spanje, maar trekt tussenin helemaal naar het zuiden. Hoofdstad Madrid en het noordoosten worden overgeslagen. Het parcours ligt volledig op Spaans grondgebied.

Na een korte openingstijdrit en een sprintersetappe in Burgos moeten de klassementsrenners meteen hun kaarten op tafel gooien in de derde etappe. Dan ligt de aankomst bovenop de Picón Blanco, een stevige col van eerste categorie. Op 30 juli van vorig jaar demonstreerde Remo Evenepoel op die Picón Blanco zijn klasse in de Ronde van Burgos. Op het smalle en winderige paadje richting de verlaten militaire basis knalde Evenepoel weg van geroutineerde klimmers als Richard Carapaz, Mikel Landa, Esteban Chaves, Joao Almeida, Ben Hermans en George Bennett . Evenepoel won solo en legde er de basis voor zijn eindzege.

De eerste week wordt afgesloten met een van de zwaarste bergritten van de Vuelta: een etappe in Almeria met meer dan 4.000 hoogtemeters en aankomst op de Alto de Velefique. Deze col buiten categorie met vele haarspeldbochten zat al eens in de Vuelta van 2009. Toen won Ryder Hesjedal.

Bij de start van de tweede week bevindt het Vuelta-peloton zich in het uiterste van Spanje en trekt het langzaam opnieuw naar omhoog via enkele vlakke ritten en heuveletappes. In het weekend zijn de klimmers opnieuw aan zet met een finish bovenop de schilderachtige en indrukwekkende Pico Villuercas en in El Barraco, waar befaamde bergteiten als José Jimenez, Angel Arroyo en Carlos Sastre geboren werden.

Zoals gewoonlijk houdt de Vuelta de zwaarste ritten voor de slotweek. Op woensdag en donderdag wordt de Ronde van Spanje allicht in een definitieve plooi gelegd met twee monsteretappes in Astrurië met beiden meer dan 5.000 hoogtemeters en een finish buiten categorie. In de zeventiende rit ligt die aan de Lagos de Covadonga, in de achttiende etappe ligt die bovenop de Altu d’El Gamoniteiru.

De klim naar de Lagos de Covadonga werd sinds 1983 al 21 keer opgenomen in het Vuelta-parcours. Onder andere Lucho Herrera, Pedro Delgado, Laurent Jalabert en Pavel Tonkov kwamen als eerste boven op deze col buiten categorie in de Picos de Europa. De laatste twee winnaars waren Nairo Quintana en Thibaut Pinot. In 1996 stapt vijfvoudig Tour-winnaar Miguel Indurain af in de Vuelta-rit naar de Lagos de Covadonga. Het zou het einde van zijn carrière betekenen.

De Altu d’El Gamoniteiru is een nieuwkomer in de Vuelta. Het is een vreselijk onregelmatige klim van 15 kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 9,7 procent. Nadien volgen nog twee heuvelritten vooraleer de slottijdrit in Santiago de Compostela op het programma staat. Op 5 september moeten de renners er over glooiende wegen nog 33,7 kilometer tegen de klok afleggen.