Turkse president beschuldigt VS van steun aan terroristen in Irak, VS reageren snel

Tijdens de Syrische burgeroorlog zagen de VS in de Syrische Koerden een cruciale bondgenoot in de strijd tegen het schrikbewind dat jihadisten van Islamitische Staat (IS) in het noorden en oosten van Syrië hadden gevestigd. In 2017 ging de toenmalige regering van president Donald Trump de Koerden in Syrië bewapenen en die werden steeds belangrijker in de strijd tegen Islamitische Staat, tot ergernis van Erdogan.

Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zei zondag dat het de moord op de dertien Turken ten scherpste veroordeelt als de berichten kloppen en de PKK verantwoordelijk is. Erdogan noemde de verklaringen betreurenswaardig en stelde dat ze aantonen dat de VS aan de kant van terroristen staan. In Ankara is de Amerikaanse ambassadeur David Satterfied op het Turkse ministerie van Buitenlandse Zaken ontboden om te protesteren tegen de Amerikaanse reactie.

“De terroristen van de PKK” zijn verantwoordelijk voor de dood van dertien Turkse gegijzelden in Irak, zei de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken later vandaag tijdens in een telefoongesprek met zijn Turkse collega Mevlüt Cavusoglu. In het telefoontje beklemtoonde Blinken ook de “anciënniteit en het belang” van de bilaterale betrekkingen tussen de VS en Turkije, net als het gemeenschappelijk belang van beide landen om “terrorisme te bekampen”.

“De minister heeft zijn medeleven betuigd voor de dood van de Turkse gegijzelden in het noorden van Irak en heeft gezegd dat de terroristen van de PKK er de verantwoordelijkheid voor dragen”, zei woordvoerder Ned Price van het Pentagon in een communiqué.

Turkse troepen zijn op 10 februari in Noord-Irak gaan zoeken naar door de PKK ontvoerde landgenoten. Ze vonden naar eigen zeggen de dertien in een grot waar ze waren geëxecuteerd toen Turkse militairen naderden. De PKK bestrijdt deze lezing en stelt gevangenen nooit kwaad te doen.

In Turkije zijn op zowat veertig plaatsen meer dan zevenhonderd mensen opgepakt die volgens de autoriteiten banden met Koerdische extremisten hebben. Er zijn verder geen mededelingen over gedaan, behalve dat onder de arrestanten leden van de oppositiepartij HDP zijn. De links-radicale HDP is met meer dan 8 procent van de stemmen in de laatste verkiezingen de derde partij van het land en wint voornamelijk in overwegend Koerdische kiesdistricten in het uiterste zuidoosten. Erdogan vervolgt de HDP omdat die banden met de PKK zou hebben, iets dat de partij tegenspreekt. Naar schatting 16.000 leden van de partij zijn gevangen gezet, onder wie ook gekozen parlementsleden.