Direct naar artikelinhoud
AnalyseBart Eeckhout

Dromen zijn bedrog. Ook de CSU-dromen van Bart De Wever

N-VA-voorzitter Bart De Wever.Beeld © Stefaan Temmerman

Vanuit de oppositie probeert N-VA-voorzitter Bart De Wever de oude glorie van een verbond met CD&V nieuw leven in te blazen. Het is een droom die, voorlopig, gedoemd is te mislukken. Hoofdredacteur Bart Eeckhout analyseert de politieke week.

Al jarenlang koketteert Bart De Wever in interviews met een fin de carrière zoals de Romeinse veldheer Cincinnatus het mocht beleven. Cincinnatus werd in de vroeg-Romeinse tijd tot dictator aangesteld om een dreigende inval het hoofd te bieden. Na gedane zaken keerde hij terug naar zijn landgoed om tevreden de akkers om te ploegen.

Dat ideale afscheid van een politiek leider als bescheiden civil servant – dat overigens nogal veraf staat van De Wevers reële mediastrategie, zoals die in de VRT-reeks BDW alweer te bewonderen valt – is de N-VA-voorzitter niet gegund. Nu al is zo goed als zeker dat De Wever zijn partij ook naar de volgende grote stembusslag in 2024 zal leiden. Bart De Wever zal dan twintig jaar (!) partijleider zijn, een unicum in de recente Belgische politieke geschiedenis. Zelfs Vlaams Blok-voorzitter ‘voor het leven’ Karel Dillen hield het ‘maar’ achttien jaar vol.

Bart Eeckhout.Beeld DM

In dat opzicht is het niet zo verwonderlijk dat er in De Wevers recentste interventies wat metaalmoeheid doorschemert. De ambitie om het aanschijn van het land te veranderen gaat gepaard met het besef dat het momentum weleens gepasseerd zou kunnen zijn. En dat heeft de N-VA toch grotendeels aan zichzelf te danken. De (centrum)rechtse regering-Michel had een lanceerplatform kunnen zijn voor hervormingen naar de smaak van N-VA, maar de Vlaams-nationalisten bliezen de raket zelf op, in paniek door de tegenvallende gemeenteraadsverkiezingen van 2018. Daarna verging het de partij alleen maar slechter.

Valentijn

De uitwegen die De Wever nog ziet, verraden een zekere radeloosheid. Toen in de herfst van 2020 duidelijk werd dat de federale regering zonder hem zou vertrekken, pleitte hij plots voor een hervorming van het kiesstelsel naar Brits model. Daarin krijgt alleen de grootste partij in elke (relatief kleine) kieskring een zetel. Een doorzichtige truc, want een blik op het electorale lappendeken van de grootste partijen per gemeente leert dat de grote winnaar van zo’n hervorming uiteraard de N-VA zelf zou zijn. Met de PS als slokop in Franstalig België zouden de Vlaams-nationalisten zo het ideale script krijgen van het ‘ultieme gesprek’ over België. Gaat niet gebeuren.

Intrigerender is de wens om op rechts tot een grote Vlaams-conservatieve centrumpartij te komen. Bart De Wever warmde afgelopen week een idee op dat hij begin dit jaar ook al in deze krant geopperd had. “Een breed centrumrechts blok, naar het beeld van CSU in Beieren” noemt De Wever in De Zondag “een fantastisch verhaal”. “Dat betekent een conservatieve en economisch liberale gemeenschapspartij.”

Het idee is intrigerend omdat De Wever er, althans in De Morgen, geen geheim van maakte dat hij daarbij naar de CD&V van Joachim Coens lonkt. “Dat zou een perfect verhaal zijn en ik heb daarover al eens met Joachim Coens (CD&V) gesproken.” Coens zelf hintte al eerder op “een brede stroom (...) met de mensen die op dezelfde manier als wij naar de samenleving kijken”. Op Radio 1 serveerde de CD&V-voorzitter zijn N-VA-evenknie ook niet meteen af, al zou het veel te ver gaan om de voorbije week als een prille romance te omschrijven.

Van een romance gesproken: het interview met De Wever in De Zondag verscheen op Valentijnsdag. Dat was toevallig dag op dag zeventien jaar nadat CD&V en N-VA op 14 februari 2004 hun ‘Vlaams kartel’ boven de doopvont hielden. Dat kartel blijft de laatste en tijdelijk succesvolle poging om het Vlaamse politieke landschap op te schudden.

De kortstondige geschiedenis van het kartel CD&V-N-VA bewijst wel dat Bart De Wever op dit punt gewoon gelijk heeft. Er is in de Vlaamse kiesmarkt ruimte voor een grote conservatieve en rechts-liberale partij die het politieke bestuur bijna onomstotelijk domineert. Zoals de CSU dat doet in de Duitse deelstaat Beieren, waar de partij al sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog op drie jaar na onafgebroken in de regering zit. Het kartel was de eerste formatie die dat potentieel sinds het verval van de oude CVP in de jaren 1980 en 90 wist te benutten. Het is de reden waarom ook sommige christendemocraten, zoals Yves Leterme, met weemoed naar de karteljaren blijven terugverlangen.

Dat wil niet zeggen dat het kartel ook zomaar kan terugkeren. De meest voor de hand liggende reden waarom dat dat nu niet kan, is dat de kaarten verkeerd liggen, met CD&V (en Open Vld) in de regering en N-VA in de oppositie. In die regering lijken de christendemocraten het ook redelijk naar hun zin te hebben, of toch meer dan was voorspeld. Van regeringsleden Annelies Verlinden, Vincent Van Peteghem of Sammy Mahdi zal de aandrang om met een oppositiepartij te gaan experimenteren alvast niet komen. Voorzitter Coens mag dan wel van een brede en conservatievere beweging dromen, het is wel de bedoeling dat CD&V die zelf gaat aanvoeren.

‘Belgische valsspelerij’

Een fundamentelere reden waarom de hernieuwde CSU-droom bedrog is, zit in hoe het oorspronkelijke kartel ten onder ging. In 2008 spatte het verbond uit elkaar omdat N-VA geen vrede kon nemen met de communautaire plannen die op tafel lagen. Dat meningsverschil is niet weg.

Op een uitsluitend Vlaams niveau zou een conservatief kartel in theorie kunnen functioneren. Maar het zou onbegrijpelijk zijn als N-VA op Belgisch niveau dan zijn verregaande confederale eisen niet zou doorduwen, en het zou onbegrijpelijk zijn als CD&V in zijn huidige vorm dat zou toelaten. De voorzichtige en wat dubbelzinnige voorstellen die minister Verlinden al lanceerde over een nieuwe Belgische staatsindeling, lijken dat alvast te bevestigen.

Bart De Wever beseft dat ook. “Ik vrees echter dat het alleen maar kan in een confederaal land. Eerst moet de Belgische valsspelerij verdwijnen.” Een routekaart om tot die situatie te komen, is vooralsnog niet in zicht. Vandaar: radeloosheid.