Direct naar artikelinhoud
ReportageHuisartsen

Huisartsen over hun patiënten: ‘Ik zie veel gezinnen uit elkaar vallen, koppels die scheiden door corona’

Huisartsen over hun patiënten: ‘Ik zie veel gezinnen uit elkaar vallen, koppels die scheiden door corona’
Beeld DM

Hoe stellen we het, na bijna een vol coronajaar? En slaat de crisis harder toe in Schaarbeek dan in Damme? We vroegen het aan elf huisartsen in Vlaanderen en Brussel. ‘Jongeren zijn stil. Hun grote mond is weg.’ 

Grijs. Beter kan ik het gemoed niet omschrijven”, zegt de Oostendse huisarts Arne De Bruycker. “Mensen zijn gelaten, weinig optimistisch. Er wordt nog weinig gelachen.”

Al bijna een jaar beheerst het coronavirus ons leven. En dat weegt. Hoewel de meeste mensen zich dapper door de donkere dagen sleuren, is bij iedereen de rek eruit. Dat bevestigen elf huisartsen in Vlaanderen en Brussel, die vertellen over het fysieke en mentale welzijn van hun patiënten, en zo een inkijk geven in onze levens in tijden van corona. 

Johan Vansintejan, professor huisartsgeneeskunde aan de VUB, heeft een praktijk in Vilvoorde: “Tijdens de eerste lockdown waren mensen blij met de rust: er was geen verkeer op de baan, het was mooi weer, ze hadden eindelijk tijd om hun huis te schilderen. Dat is voorbij. Niemand is gelukkig met deze situatie. De kamers zijn geschilderd. De mensen voelen zich futloos en er is weinig perspectief. Ze hebben het gevoel dat de wortel die hen wordt voorgehouden elke dag van kleur verandert.” Zeker de trage vaccincampagne leidt tot een gevoel van uitzichtloosheid.

Als patiënten nu een afspraak bij de huisarts maken, dan is dat zelden voor de luchtweg­infecties die normaal gesproken massaal circuleren in deze tijd van het jaar. En geen enkele arts die dit jaar de griep al heeft ontmoet. Wat wel opvallend meer voorkomt: rug- en nekklachten bij mensen die noodgedwongen al een jaar van de keukentafel een bureau maken. Dokter Linde Van Schelvergem uit Denderleeuw: “Ik zie ook veel mensen met een tenniselleboog, omdat ze op een slechte manier hun muis en toetsenbord gebruiken. Ik denk dat mensen veel meer uren in dezelfde houding zitten dan op kantoor.” 

Charlotte Goemaere, huisarts in Brussel: ‘De angst en eenzaamheid zijn schrijnend. Voor sommige mensen voelt elk contact aan als een enorm risico.’Beeld Damon De Backer

Zorgwekkender zijn de psychosomatische klachten waar veel patiënten mee komen: ze klagen over hoofdpijn, slapeloosheid, maag- en darmklachten, een drukkend gevoel op de borst, angstaanvallen of concentratieproblemen. Of ze zijn overwerkt omdat de grens tussen werk en privé voor thuiswerkers is verdwenen. “Vroeger zag ik één keer per maand een patiënt met zona, tegenwoordig is dat elke week”, vertelt Vansintejan over de huidaandoening die wordt getriggerd door stress en een lagere immuniteit. 

De bekende coronastudie van Universiteit Antwerpen geeft aan dat mensen het de laatste maanden mentaal veel moeilijker hebben dan afgelopen zomer, met een opmerkelijke piek eind januari. Maar voor veel mensen is het makkelijker om met lichamelijke klachten naar de dokter te gaan. Dan is het een kwestie van doorvragen: scheelt er nog iets? De Bruycker: “We hebben ook niet meteen een oplossing voorhanden. We kunnen alleen maar begrip tonen, en mensen aanraden om wat vaker naar buiten te gaan en te bewegen.” 

Er zijn een aantal groepen waar alle artsen zich ernstig zorgen over maken, zoals oudere mensen, zeker als ze alleen wonen. “Ik ken een oudere dame die de kerstcadeaus nog steeds niet aan haar kleinkinderen heeft gegeven. Ze blijft wachten, omdat ze zich te onveilig voelt”, vertelt De Bruycker. 

Elke arts kent wel een hoogbejaarde die al bijna een jaar niet buiten is geweest. Dokter Charlotte Goemaere uit Brussel: “De angst en eenzaamheid zijn schrijnend. Elk contact voelt voor hen als een gigantisch risico, en als ze toch iemand zien, dan voelen ze zich schuldig. Soms heeft de familie zelfs de kinesitherapeut en thuisverpleegster afgezegd, omdat ze het te gevaarlijk vinden. Voor die mensen is dat erg deprimerend: ze vragen zich af of er voor hen nog een tijd ná corona komt. Vandaag nog ben ik bij een negentigjarige vrouw geweest, die enkel mij en haar kinesitherapeut ziet. Ze mankeert niet veel, het is haar vooral om het bezoek te doen. Gaan wandelen lukt haar niet meer, omdat ze onderweg niet op de zitbanken mag rusten. Binnenkort is ze jarig, en ze zou het heel erg appreciëren als ik die dag op huisbezoek kom.” Dokter Myriam Nys uit Gent: “Er zijn mensen die klachten veinzen zodat ik zou langskomen en ze toch eens met iemand kunnen praten. Dat is van een diepe, zwarte eenzaamheid die we ons niet kunnen inbeelden.”

Euthanasie tegen eenzaamheid

De Schaarbeekse huisarts Hakki Demirkapu kreeg twee weken geleden een zestigjarige vrouw over de vloer. Ze neemt medicatie voor een psychiatrische stoornis en voelt zich wat neerslachtig en angstig, maar is verder al een hele tijd stabiel. “Maar opeens kwam ze met de vraag om euthanasie. Ik heb haar proberen uit te leggen dat ze helemaal niet uitbehandeld is. Na wat doorvragen bleek dat de vrouw, die alleen woont, sinds de coronacrisis niemand heeft om mee te praten, en ze kan dat niet meer verdragen. Nu overweegt ze om naar een woonzorgcentrum te verhuizen, voor het sociaal contact. Dat verhaal heeft toch indruk op mij gemaakt. En ik vrees dat we nog maar aan het begin van die mentale crisis staan.”

Roland De Schutter, huisarts in het Vlaams-Brabantse Wolvertem, zegt dat hij bij geïsoleerde mensen de familie toch vraagt om eens langs te gaan. “Maar ik werk in een plattelandsgemeente: de mensen hebben hier gelukkig toch iets meer contact met de buren, al is het maar een praatje aan de deur of aan de haag.”

“Het is ook heel moeilijk voor mensen die al psychisch kwetsbaar waren, en die sowieso al niet zoveel mensen rond zich hebben”, vertelt de Gentse Myriam Nys. “Ik heb een patiënte met schizofrenie die al twintig jaar stabiel was, en sinds corona volledig onderuit is gegaan, met zware psychoses en een paar opnames in de psychiatrie.” 

Dokter Van Schelvergem uit Denderleeuw: “Het probleem met het verplichte isolement is dat die mensen hun gedrag niet meer bij hun omgeving kunnen toetsen. Als iemand met lichte smetvrees elke dag maniakaal zijn huis poetst, is er niemand die die persoon vraagt: ‘Poets jij niet te veel?’ Iemand die worstelt met eetstoornissen, krijgt geen opmerkingen meer van vrienden op restaurant. Die mensen zitten al een jaar vast in hun eigen verhaal.” 

Jeroen Depestel, huisarts in het West-Vlaamse Damme, merkt ook dat mensen die net voor de coronacrisis met een depressie of burn-out uitgevallen zijn door het gebrek aan sociaal contact al een heel jaar ter plaatse blijven trappen.

Maar ook het virus zelf, en dan vooral de angst om besmet te raken, heeft ervoor gezorgd dat sommige mensen de pedalen totaal zijn verloren. “En het rare is”, zegt Marleen Van Soom, dokter in Sint-Katelijne-Waver, “dat ook mensen van wie je het totaal niet verwachtte, zijn beginnen te flippen.”

Van Schelvergem heeft een patiënte die maandenlang elke dag belde. “Ze had in het begin van de crisis op het nieuws gehoord dat zeventigplussers in het ziekenhuis niet geholpen zouden worden, en dat bericht heeft haar compleet onderuitgehaald. Ik ben ook heel lang niet bij haar op huisbezoek mogen komen, omdat ze bang was dat ik haar zou besmetten. Het is inmiddels al wat beter. Al zijn haar telefoontjes nog heel frequent, ze belt in elk geval niet meer elke dag. Maar het blijft moeilijk om haar te helpen.” 

Elie Balligand, Huisarts in Beringen: ‘Mensen die al worstelden met hun alcoholgebruik, zijn bijna allemaal hervallen of drinken meer dan voorheen.’Beeld Damon De Backer

Ook in Wolvertem ziet De Schutter patiënten die hem bezorgd vragen of hij de deurklink van zijn dokterskabinet toch zeker heeft ontsmet, of die tijdens de consultatie niet durven gaan zitten. “Mensen die al zo lang met zo’n ongelooflijke angst leven, hebben het heel zwaar. En ik vrees dat ze hun klop pas echt gaan krijgen als ze gevaccineerd zijn en het gewone leven zich herneemt.” 

Omgekeerd zag De Bruycker ook een oudere vrouw wier man corona opliep in een revalidatiecentrum. “Alle buren mijden haar, hoewel ze niet bij haar man is geweest.” 

Die angst weerhoudt ook velen ervan tijdig naar de dokter te gaan. Diabetes- of hartpatiënten komen niet naar de jaarlijkse controle, vrouwen maken geen afspraak voor hun uitstrijkje, tandartsbezoeken worden op de lange baan geschoven. Mensen blijven rondlopen met pijnlijke knieën, knobbeltjes in de borst, risicovolle huidvlekjes en stoelgangproblemen die al maanden aanslepen. Ze zijn bang dat ze in het ziekenhuis corona zullen oplopen, of ze willen de artsen niet lastigvallen met ogenschijnlijk banale klachten. 

Vorig jaar werden zo alvast 40 procent, of minstens 5.000, minder kankers vastgesteld omdat mensen niet naar het ziekenhuis wilden.

Gevreesd wordt dat de komende jaren zo tot 6.000 mensen meer zullen overlijden aan de ziekte, stelden oncologen van UZ Leuven begin deze maand. 

“Een van mijn patiënten heeft zware diabetes, maar ik krijg hem niet tot bij de endocrinoloog. Hij durft niet naar het ziekenhuis”, vertelt De Schutter. “Een andere patiënt heeft darmkanker, en onlangs bleken zijn bloedwaarden erg slecht. Ook hij moet dringend naar de specialist. ‘Ik ga wel na de zomer’, zegt hij. Maar dat wachten gaat problemen opleveren.” 

In het najaar verloor De Bruycker dan weer twee Oostendse patiënten met behandelbare aandoeningen omdat er voor hen geen plaats was in een ziekenhuis. Ook bij diabetici zien artsen veel problemen, omdat ze door de stress en de eenzaamheid van de lockdown meer eten en snoepen en minder bewegen, waardoor ze de controle over hun ziekte kwijt zijn.

Kleine appartementen

Tijdens de lockdown wordt ook meer gedronken. “Mensen die al worstelden met hun alcoholgebruik, zijn bijna allemaal hervallen of drinken meer dan voorheen, dat is echt frappant”, merkt de Beringse huisarts Elie Balligand op. Niet dat het altijd opvalt, want met de cafés is ook de sociale controle verdwenen. “Ik heb deze week ook twee gesprekken gehad met mensen die het thuis gezellig willen maken, maar ondertussen elke avond een fles wijn opentrekken. Dat hoeft niet altijd tot problemen te leiden, maar een fles per dag is best veel.” 

De vraag naar slaap- en kalmeermiddelen is groot. De verkoop van slaapmiddelen zonder voorschrift steeg in december vorig jaar met 41,4 procent in vergelijking met dezelfde maand in 2019. Vansintejan: “Ik zie daarvoor ook reclame op televisie, alsof die pillen zo onschuldig zijn.” Artsen schrijven ze niet graag voor, zeggen ze, en toch zijn de pillen met voorschrift ook met 3,4 procent gestegen vorig jaar, goed voor 6 miljoen doosjes. “Ik hoor extreem veel klachten over slapeloosheid”, bevestigt Nys.

Het is dan ook geen verrassing dat bij veel mensen de zenuwen strak gespannen staan. Bij hun huisarts eisen ze een coronatest, of ze worden juist heel kwaad als ze in quarantaine moeten. Dokter Hassan Kays uit Antwerpen zegt dat hij de agitatie overal voelt: “Mensen worden boos als ze te lang moeten wachten voor hun consultatie.” 

In zijn wijk Antwerpen-Noord wonen veel grote gezinnen met weinig middelen in kleine appartementen. “Als mensen hele dagen bij elkaar zijn in kleine ruimtes, dan zorgt dat voor spanningen. Ik zie veel gezinnen uit elkaar vallen, koppels die scheiden door corona.” 

Hassan Kays, huisarts in Antwerpen: ‘Ik zie veel gezinnen uit elkaar vallen, koppels die scheiden door corona.’Beeld Damon De Backer

In Brussel is de situatie niet beter. “Kleine appartementjes zonder tuin, en drie, vier kinderen. Dat zijn soms schrijnende situaties. Maar mensen praten daar niet altijd over. En als er iemand van het gezin Covid oploopt, dan is er geen enkele ruimte om zich af te zonderen”, vertelt Hakki Demirkapu.

Zijn Brusselse collega Charlotte Goemaere ziet dat ook meer welgestelde jonge gezinnen soms amper het hoofd boven water houden. “Vorig week had ik een koppel met twee kleine kinderen op consultatie. Die kinderen waren allebei ziek omdat ze oververmoeid waren: normaal gaan ze vaak naar hun grootouders, waar ze wat kunnen uitrusten, nu moeten ze naar de opvang en zijn ze doodmoe. De moeder is schooldirectrice en zit tot over haar oren in het werk, en ook de vader heeft een veeleisende job. Ze kwamen dan wel voor de kinderen, maar algauw zie je dat ze in een overlevingsmodus zitten. Mensen blijven maar doorgaan. Ze waren zo opgelucht dat ik hun vroeg hoe het met hen ging, en dat ze erkenning kregen voor het feit dat het echt niet makkelijk is.” 

Opmerkelijk: geen enkele huisarts ziet meer huiselijk geweld, hoewel er bij andere instanties, zoals bij hulplijn 1712 wel fors meer meldingen zijn. En dat is een probleem, zegt huisarts Van Soom uit Sint-Katelijne-Waver. “Ik vrees dat wij het massaal missen. Slachtoffers praten meestal pas als het geweld helemaal uit de hand loopt. Als wij het zien, is het vaak al jaren bezig.” Het scheelt wel, zeggen de artsen, dat de meeste kinderen nog naar school kunnen. “Maar de gezinnen waar we ons zorgen over maken, zien we veel minder. We hebben er een beetje het raden naar hoe het met hen gaat”, zegt Balligand. 

Ook in Gent ziet dokter Nys niet meer geweld dan voor corona, maar vertelt wel over een patiënte met een voorgeschiedenis van depressies en longlijden, die al een jaar lang tegen haar wil thuis wordt opgesloten door haar overbezorgde echtgenoot. “Tot overmaat van ramp is hun huis pikkedonker, alle gordijnen zijn gesloten. Ze voelt zich gegijzeld in haar eigen huis.”

“De situatie weegt zo zwaar op haar dat ze suïcidaal is, maar ik krijg haar man niet uitgelegd dat hij haar naar buiten moet laten, en de kinderen op bezoek moet laten komen, anders loopt het verkeerd af.” 

Als mensen het over spanningen in het gezin hebben –­ wat niet zo uitzonderlijk is bij pakweg thuiswerkende koppels die plots altijd samen thuis zijn, zonder de uitlaatklep van ontspannende hobby’s of een avondje op café met vrienden – dan doen ze dat meestal nogal omfloerst. Het is niet evident, zeggen ze dan. Of: ‘Het is niet makkelijk, hè.’ De Damse dokter Depestel: “Ik denk dat dat een beetje eigen is aan de Vlaming. Heel weinig patiënten zeggen rechtuit dat het niet gaat.” 

Ook de jongeren die op consultatie komen – vaak op aandringen van hun ouders – zeggen niet veel. “Je ziet aan hun gezicht dat het niet gaat”, vertelt De Bruycker in Oostende. “De grote mond is weg. Ze zijn stiller dan vroeger en ze zitten voorovergebogen op hun stoel. Ze zijn onverschillig en gelaten, ze vragen eigenlijk ook nooit naar hun vaccinatie. Ze weten goed genoeg dat het nog lang duurt voor ze aan de beurt zijn.” 

Vansintejan: “Ze twijfelen over de toekomst, vragen zich af waarom ze nog zouden moeten studeren. Ik merk hier in Vilvoorde ook dat het online onderwijs voor veel jongeren niet makkelijk is. Leerkrachten zien niet altijd wie niet mee is.” 

TikTok

De meeste jongeren lijken het al bij al wel vol te houden. Een stabiel, warm gezin doet al heel veel. Maar wie toch bij de dokter komt, heeft meestal dezelfde psychosomatische klachten als de andere patiënten. Hun ouders vertellen dat hun puber niet slaapt, de hele nacht rondloopt, of uren alleen op zijn kamer zit te piekeren, te gamen of naar TikTok te staren. 

Nys: “Ik zie jongeren die niet zo sociaal vaardig zijn op zichzelf terugplooien. Omdat ze niet naar school kunnen, is hun structuur en sociaal vangnet weggevallen. Er zijn best veel gezinnen die weinig contacten hebben buiten hun school en werk.” Dokter Kays maakt zich zorgen over de Antwerpse kinderen die nauwelijks nog buiten komen. “Kinderen hebben ruimte nodig, ze moeten kunnen spelen. Ze zijn veel geagiteerder, en geïsoleerd. Je voelt dat.” 

Arne De Bruycker, huisarts in Oostende: ‘Jongeren zitten voorovergebogen op hun stoel, gelaten en onverschillig, en vragen nooit naar hun vaccinatie.’Beeld Damon De Backer

In Sint-Katelijne-Waver volgt Van Soom een gezin dat midden in een vechtscheiding zit, en waar de kinderen gedragsproblemen vertonen. “Zonder school, hobby’s of een leerkracht die hen toch een beetje in de gaten houdt, ontspoort zo’n situatie veel makkelijker. Ook de hulpverlening verloopt veel moeizamer.” 

Dat is een grote frustratie bij vele artsen: er is nauwelijks hulp voor kinderen en jongeren die er onderdoor gaan. Er zijn verhalen over suïcidale jongeren die een dikke maand crisishulp aan huis krijgen, en er daarna alleen voor staan. De wachtlijsten zijn ellendig lang en bovendien kan niet iedereen twee keer per maand 50 euro aan een psycholoog betalen. Zeker niet nu. 

Dokter Kays vraagt zijn patiënten niet langer om die één euro aan remgeld te betalen, net als verschillende collega’s in de buurt. Maar het is moeilijk in te schatten of de mensen in zijn wijk het financieel nog moeilijker hebben dan voor de coronacrisis, zegt hij. “Veel mensen leefden hier al van dag tot dag.” Hij vreest dat de lawine aan financiële problemen nog moet komen. 

Demirkapu: “Ik zie in Brussel vooral de angst die mensen parten speelt. Mensen hebben zorgen over de toekomst.” In Gent vertellen patiënten aan Myriam Nys dat de sfeer op het werk grimmig is als hun bedrijf in slechte papieren zit. “Ik zie mensen die mogelijk besmet zijn maar toch gaan werken, uit angst hun job te verliezen. Vaak zijn dat arbeiders. Ik zit toch alleen in mijn kraan, zeggen ze dan, maar ’s middags eten ze wel in de refter. Als arts is dat moeilijk, maar ik begrijp hen ook.” 

Goemaere ziet in Brussel veel mensen uit de cultuursector. “De financiële zorgen zijn heel groot.” Niet dat mensen daar makkelijk over praten, maar vorige week kwam bij haar een cameraman over de vloer die al heel lang zonder werk zat. Voor een opdracht moest hij een corona-sneltest ondergaan, die bleek positief. “Die man was zo boos en teleurgesteld. Hij geloofde het testresultaat niet en eiste een klassieke PCR-test.” Die test bleek uiteindelijk negatief, en de man heeft de opdracht aangenomen. Maar gerust is dokter Goemaere er niet op. 

In Oostende merkt De Bruycker dat vooral de kleine middenstanders verzuipen. “Er zijn veel zelfstandigen die niet in aanmerking komen voor steunmaatregelen en toch zware verliezen lijden. Een verzekeringsmakelaar vertelde me onlangs nog dat veel zelfstandigen hun premies niet meer betalen. Soms praten ze daar met mij over, ja. Dan reken ik hun het doktersconsult niet aan. Natuurlijk zorgt die financiële stress voor spanningen, maar ik zie ook veel gelatenheid. Het is bij iedereen zo, zeggen ze dan.” 

Coronaschaamte

Ondanks alle ellende lijken de meeste mensen de noodzaak van de coronamaatregelen te begrijpen. Depestel uit Damme: “Je mag dat ook niet onderschatten, hè, die maatregelen. Mensen die tien dagen in quarantaine moeten, lopen thuis de muren op.”

Dokter Van Schelvergem heeft de indruk dat haar patiënten zich in twee kampen hebben opgesplitst: zij die heel strikt de regels volgen, en zij die de maatregelen wat gelost hebben. “En aan het einde van de consultatie moeten ze toch altijd even de frustraties over het andere kamp kwijt.” 

Myriam Nys, huisarts in Gent: ‘Sommige mensen veinzen klachten, opdat ik zou langskomen en ze met iemand kunnen praten.’Beeld Damon De Backer

De andere artsen melden juist dat bijna iedereen met enige souplesse de aanslepende lockdown probeert door te komen. Nys: “Maar één knuffelcontact? Niemand die zich daar nog aan houdt. Dat kan ook niet, dat is niet vol te houden. De meeste mensen zoeken een tussenweg: ze beperken zoveel mogelijk hun sociale contacten, maar ze zien wel een paar mensen.” 

Wat ze wel opmerkt, is coronaschaamte bij mensen die toch het virus opliepen. In Gent volgt ze een paar Marokkaanse gezinnen die in de tweede golf besmet raakten. “Zij vertelden mij dat er vreselijk veel over hen geroddeld is, en hun kinderen werden gepest op school.” Ze was onlangs ook bij een patiënt op huisbezoek die daarna een stevige bolwassing kreeg van zijn buurvrouw. “Er is veel sociale controle.” 

Bovendien blijkt dat wie de regels overtreedt, dat niet altijd kwaadwillig doet. Balligand vertelt over een vrouw die zich als mantelzorgster voor haar oma heel strikt aan de maatregelen hield. “Tot na maanden bleek dat haar grootmoeder het concept van de bubbels niet goed had begrepen: ze had niet alleen haar eigen bubbel, ze was ook lid van vier andere bubbels.” (lacht)

Zijn gemeente Beringen werd vorig voorjaar zwaar getroffen door corona. Sommigen hebben na maanden nog steeds last hebben van vermoeidheid. Maar wat hier vooral weegt, is de angst. “Veel patiënten zijn door het oog van de naald gekropen”, vertelt de arts. 

Covid-19 is een onvoorspelbare ziekte: hij zag negentigers met hartkwalen die na een paar dagen koorts weer helemaal opkikkerden, en veertigers die ternauwernood overleefden. “Ik merk dat mensen hier een mentale tik krijgen als ze positief testen: ze zien zichzelf al op de intensieve zorg liggen met een tube in hun luchtpijp.” Hij denkt dat die angst ervoor gezorgd heeft dat de tweede golf hier al bij al meeviel. 

De dreiging van het virus maakt het soms ook moeilijk om mensen goed te helpen, vertelt Balligand. Onlangs begeleidde hij een euthanasie met een mondmasker aan. “De familie zat heel erg in met onze veiligheid, maar de laatste dagen heb ik hun toch gezegd dat ze hun maskers achterwege mochten laten. Maar op zo’n moment zit dat virus letterlijk en figuurlijk in de weg. Je wil al eens een hand vasthouden, en mist veel non-verbale signalen terwijl je toch heel delicate gesprekken voert.” 

In Beringen zag hij in de eerste golf ook mensen die hun met corona besmette partner aan het ziekenhuis afzetten en nooit meer terugzagen. “Dat zijn littekens die volgens mij nooit meer helen. Als zorgverleners wisten we toen ook niet beter, en er was een acuut tekort aan beschermingsmateriaal. Maar het feit dat mensen alleen moesten sterven, heeft veel trauma’s veroorzaakt.” 

Ook na de dood is velen geen waardig afscheid gegund. In Oostende overleed onlangs een prille veertiger aan een hersentumor. “Een muzikant, die veertien maanden geleden al zijn begrafenis had gepland. Het zou een groot feest worden, met veel muziek. Toen hij stierf, bleef van die plannen niets over. Tien mensen mochten naar de plechtigheid, er was zelfs geen koffietafel. Schrijnend.” 

Gehoopt wordt dat dit soort verhalen binnenkort verleden tijd is. De coronacijfers blijven voorzichtig dalen, in de vaccinatiecentra zijn deze week de eerste spuitjes gezet, al gaat het nog steeds traag. 

Juist dat vaccin roept in de dokterspraktijk nieuwe vragen op. Terwijl sommigen hun huisarts lastigvallen met de vraag of ze voor hen toch geen voorrang kunnen fiksen, willen anderen weten hoe het zit met de langetermijneffecten, of hun vruchtbaarheid. “Ik hoor soms ook de meest bizarre verhalen, over chips in het vaccin”, zegt Demirkapu. “Onlangs nog zei iemand: ‘Ik hoef dat vaccin niet, ik wil nog niet dood’.”

Roland De Schutter, huisarts in Wolvertem: ‘Een van mijn patiënten heeft zware diabetes, maar hij durft niet naar het ziekenhuis.’Beeld Damon De Backer

Dat bekende Vlamingen als Tine Reymer en Peter Van Den Begin zich tegen de vaccins uitspreken, helpt de zaak niet vooruit, zucht Van Soom. “Zoiets heeft een grote impact, mensen beginnen daar in de praktijk over.” In haar dorp, Sint-Katelijne-Waver, gaan alle huisartsen een persoonlijke brief sturen naar de dorpsgenoten, om uit te leggen waarom ze met overtuiging het vaccin aanbevelen. “Ik merk dat wij voor veel mensen een vertrouwensfiguur zijn. Als ik zeg dat de vaccins oké zijn en dat ik geen last heb gehad van de twee spuitjes die ik al kreeg, dan aanvaarden ze dat.”

Valt er tot slot ook goed nieuws te melden vanuit de dokterskabinetten? Jazeker. 

“Het is echt niet alleen kommer en kwel”, zegt Balligand. “Er zijn mensen die het soms verrassend goed doen. Wie veel beweegt en regelmatig de natuur intrekt, lijkt deze periode het best door te komen.” 

En dat lijken veel Vlamingen en Brusselaars toch ook te doen. Hoewel het weer in januari niet echt meezat, zien de artsen hoe sommige patiënten meer dan ooit met hun gezondheid bezig zijn. Ze lopen rond met stappentellers om elke dag die 10.000 stappen te halen. “En dankzij het thuiswerk lukt het vaak beter om tijd te maken voor sport”, merkt Goemaere, die toegeeft dat ze door de strenge Brusselse avondklok zelf ook veel vroeger dan voorheen gaat slapen. De Bruycker vertelt dat hij opvallend meer sportletsels behandelt. 

Vansintejan ziet in Vilvoorde ook jonge mensen die weinig omhanden hebben, en zich aanmelden voor vrijwilligerswerk, bijvoorbeeld in een woon-zorgcentrum. “Ze willen zich nuttig maken en het is een mooie manier om weer wat sociaal te contact te hebben. En ze krijgen zo sneller een vaccin.”  

“Ik probeer bij patiënten toch ook het positieve te benadrukken”, zegt Van Soom. “Mentaal welzijn was nog nooit zo bespreekbaar zoals vandaag. Het is makkelijker dan ooit om te vertellen hoe je je voelt, en mensen wíllen ook een goed gesprek voeren. Ik zie dat er veel solidariteit is en mensen bezorgd zijn om elkaar. En om mij. Patiënten sturen me kaartjes, en ik heb ook al eens een cadeaumand gekregen. Dat is hartverwarmend.”