1 op de 3 verlaat ouderlijk huis om alleen te gaan wonen, zonder partner

Van de 584.000 jongvolwassenen die op 1 januari 2019 thuis woonden, verlieten er in 2019 bijna 74.000 het ouderlijk huis. Iets meer vrouwen dan mannen sloegen dat jaar hun vleugels uit. Vrouwen waren bij het verlaten van het ouderlijk huis gemiddeld 24,7 jaar, mannen 25,8 jaar.

Iets meer dan de helft (54 procent) van alle huisverlaters ging samenwonen met zijn/haar partner. Een derde (31 procent) ging alleen wonen, terwijl dertien procent bij anderen ging gaan wonen. Vrouwen gingen vaker samenwonen met een partner, terwijl mannen vaker alleen gingen wonen. In vergelijking met 1999 gaan jongvolwassenen in Vlaanderen vaker alleen wonen of met anderen samenwonen. Wie toch gaat samenwonen met een partner, deed dat in 2019 vaker ongehuwd dan in 1990.

Het percentage jongvolwassen dat het ouderlijk huis verlaat, is de afgelopen twintig jaar nagenoeg stabiel gebleven. De leeftijd waarop dat gebeurt, is dan weer lichtjes gestegen. Bij mannen gaat het over 0,3 jaar later, bij vrouwen 0,9 jaar.

Daarnaast keerden in 2019 ook 13.500 18- tot 39-jarigen naar het ouderlijk huis terug. Dat is iets vaker het geval voor mannen dan voor vrouwen. Vrouwen waren op dat moment gemiddeld 26,9 jaar, mannen 27,7 jaar.