Erasmus ging in 1987 van start met elf deelnemende landen. België mocht toen 58 studenten laten proeven van een opleiding in het buitenland. Dertig jaar later, is het uitwisselingsprogramma onherkenbaar gegroeid. Er nemen nu 33 landen aan deel en in 2015 konden 678.000 Europeanen in het buitenland studeren, een opleiding volgen, werken of vrijwilligerswerk doen. Erasmus werd in 2014 omgedoopt tot Erasmus+, wegens het groter aantal deelnemers en het ruimer aanbod aan mogelijkheden.

Belgische studenten die aan het programma deelnemen, trekken vooral naar Spanje, Italië of Frankrijk. Tijdens het academiejaar 2014-2015 zochten 10.666 Belgische studenten het buitenland op, omgekeerd kwamen 8.652 buitenlanders in België studeren. Vooral de KU Leuven, de UGent en de ULB zijn populaire bestemmingen.

Belgisch eurocommissaris Marianne Thyssen noemt Erasmus “een van de meeste gekende Europese projecten” en “een succesverhaal”. “De voorbije 30 jaar hebben 9 miljoen jonge mensen de kans gekregen internationale ervaring op te doen. In 1987 konden we aan 58 Belgen een aanbod doen, in 2015 waren dat er 16.200.” In totaal deden al 250.000 Belgen een Erasmus-ervaring op.