Maakt een bubbel van vier of tien écht een verschil?

De cijfers van Sciensano over het mentaal welzijn van onze jongeren liegen er niet om. 37 procent van de jongvolwassenen tussen 18 en 24 kampt met depressieve gedachten. 39 procent heeft angstgevoelens en 48 procent scoort laag op ‘levenstevredenheid’. De cijfers staan in schril contrast met die van eerdere enquêtes, toen de depressiecijfers bij jongeren nog onder de 20 procent lagen. Ook het cijfer dat de ad-hocgroep ‘Psychologie en corona’ onze politici eerder al voorschotelde, is weinig rooskleurig. Van hen zegt 65 procent met matige tot ernstige mentale problemen te worstelen tijdens deze crisis. Verontrustend.

De vraag is of het uitrekken van die buitenbubbel van vier soelaas brengt. Is er echt een verschil tussen vier en tien? En zullen onze jongeren zich beter voelen als ze binnenkort met tien in plaats van met vier vrienden mogen wandelen of aperitieven in het park? 

Psycholoog en gedragstherapeut voor kinderen en jongeren Sarah Bal (UZ Gent) vindt van wel. “Echt verschil zal er natuurlijk pas zijn als iedereen alles weer kan en mag doen, maar in de huidige omstandigheden geloof ik er zeker in dat het uitbreiden van de buitenbubbel zal helpen. De eenzaamheid weegt. Zeker jongeren genieten vaak in groep. Ze zullen op slag meer kunnen doen. Vier tegen vier voetballen is nog altijd leuker dan een ploeg van twee. Bovendien vermoed ik dat een grotere bubbel ook de kans vergroot om opnieuw nieuwe mensen te leren kennen. In groepjes van vier blijf je bij het bekende. En eerlijk? Dat wordt saai, dat geeft ook een vorm van eenzaamheid op de duur. In een grotere buitenbubbel kan een vriend ook eens een andere vriend meebrengen. Kunnen jongeren een lief leren kennen, nieuwe vrienden. Dat is heel hoopvol.”

Verheerlijking van getallen

Ook motivatiepsycholoog Maarten Vansteenkiste gelooft dat de grotere bubbel jongeren vooruit kan helpen. “Jongeren worstelen vaak met keuze. Vriendengroepen moeten zich opsplitsen – het is hetzelfde gevoel zoals volwassenen dat hadden met Kerstmis en Nieuwjaar. Een uitbreiding van die maatregel zou hen – en bij uitbreiding uiteindelijk iedereen – een groter gevoel van vrijheid geven. Bijkomend voordeel: een grotere bubbel zou ook onze fysieke activiteit verder stimuleren en dat is nog altijd een grote bron van welbevinden.”

Klinisch psycholoog Elke Van Hoof heeft haar twijfels. “We moeten af van de verheerlijking van getallen. Of we nu vier of twintig mensen mogen zien, waar jongeren mee zitten is het gebrek aan verbinding. Het verdubbelen van de buitenbubbel is een druppel op een hete plaat. Onze toolbox om leuke momenten te beleven die binnen de maatregelen passen, raakt uitgeput. Zijn we nog creatief genoeg om echt plezier te halen uit dat sociaal contact? Dát moeten we ons afvragen. Familiefeesten, verjaardagen, een begrafenis die op een normale manier kan verlopen: dat is wat we willen. Die keuzevrijheid, dat spontane. En dan is het de kwaliteit van de contacten die telt.”