Direct naar artikelinhoud
NieuwsHerbesmetting

‘Relatief alarmerende’ studie: helft ouderen kan corona tweede keer krijgen

‘Relatief alarmerende’ studie: helft ouderen kan corona tweede keer krijgen
Beeld Harold Versteeg | Hollandse Hoog

Ouderen die eenmaal corona hebben gehad, hebben een aanzienlijke kans om na een aantal maanden opnieuw besmet te raken. Na een halfjaar is ruim de helft van de 65-plussers weer bevattelijk voor corona-infectie. Bij mensen onder de 65 is dat ruwweg één op de vijf.

Dat blijkt uit de eerste grootschalige analyse van herbesmettingen met corona, uitgevoerd in de teststraten van Denemarken. Van ruim 11.000 Denen die tijdens de eerste golf positief testten, bleken er 72 tijdens de tweede golf opnieuw positief nadat ze klachten hadden gekregen. 

Dat lijkt weinig, maar is “relatief alarmerend”, stelt artsenblad The Lancet in een begeleidend commentaar. Het betekent in elk geval dat vooral ouderen die eenmaal covid hebben gehad, nog altijd moeten oppassen, benadrukt ook het onderzoeksteam, verbonden aan het Deense laboratorium het Statens Serum Institut.

Een belangrijke kanttekening maakt het team ook: niet duidelijk is hoe ziek men de tweede keer werd. Immunologen vermoeden dat de ziekte de tweede keer minder ernstig uitpakt, omdat het afweersysteem zich het virus herinnert en sneller in actie kan komen.

Zeldzaam

Daar staat tegenover dat de kans op herinfectie uitgerekend bij ouderen groter is, een groep die al kwetsbaarder is, zegt onderzoeksleider Steen Ethelberg in een toelichting. “Aangezien ouderen ook meer kans hebben op ernstige ziekteverschijnselen, onderstrepen onze bevindingen hoe belangrijk het is om beleid te voeren dat ouderen beschermt tijdens de pandemie.”

Het goede nieuws is dat de meeste mensen na een coronabesmetting in elk geval een halfjaar beschermd lijken, blijkt uit de Deense cijfers. Daarna is gemiddeld nog altijd 80 procent van alle mensen immuun. Maar bij ouderen is dat veel lager: 53 procent van de 65-plussers kan dan opnieuw geïnfecteerd raken, becijferen de Denen. Dat zijn “zorgwekkende cijfers”, oordelen ook twee Britse hoogleraren in een begeleidend commentaar.

Ethelberg gaat ervan uit dat vaccinatie de problemen deels kan oplossen, omdat vaccins vaak beter beschermen dan een gewone infectie. Natuurlijke virussen beschikken immers over moleculaire trucjes om de afweeropbouw te verstoren, vaccins niet.

Nieuwe varianten

Onduidelijk is of de cijfers ook opgaan voor de nieuwere varianten van het virus, benadrukken de Denen. Er zijn veel aanwijzingen dat vooral de Zuid-Afrikaanse en de Braziliaanse varianten voor herbesmetting kunnen zorgen. De varianten hebben andere stekels, waar antistoffen tegen het ‘klassieke’ coronavirus minder greep op hebben.

Voor een deelanalyse volgde het team 20.000 zorgmedewerkers, een beroepsgroep die veel met coronapatiënten in aanraking komt. Van de zorgmedewerkers die tijdens de eerste golf besmet raakten, kreeg ongeveer één op de honderd de ziekte opnieuw  in het najaar. Ook dat vertaalt zich naar een bescherming tegen herinfectie van zo’n 80 procent.

Of die immuniteit op langere termijn verder wegzakt, weet niemand: daarvoor is de ziekte nog te nieuw. Van de nauw verwante coronavirussen SARS en MERS is bekend dat de natuurlijke immuniteit ertegen tot zo’n drie jaar aanhoudt, merken de wetenschappers op.