Copyright 2021 The Associated Press. All rights reserved.

Doden bij aanval Syrisch regeringsleger op ondergronds ziekenhuis in buurt van Aleppo

In het noordwesten van Syrië zijn zeker zes burgers omgekomen bij een aanval van het regeringsleger op een ondergronds ziekenhuis. Dat meldt het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten. Met de aanval is het bestand geschonden dat sinds maart vorig jaar van kracht was in het laatste gebied dat nog in handen is van tegenstanders van de Syrische president Bashar al-Assad.  

Zes raketten zijn volgens het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten gisteren ingeslagen op de ingang en de binnenkoer van een ziekenhuis in Atareb, een stadje in de Syrische provincie Aleppo, niet zo ver van de grens met Turkije. 

Zeker zes mensen kwamen bij de aanval om het leven. Bij de doden zouden ook een kind en een hulpverlener zijn. Elf anderen raakten gewond, de meesten zijn er erg aan toe. 

BEKIJK hier het verslag uit "Het Journaal"
(en lees verder onder de video): 

Videospeler inladen...

Het is dit jaar al de vijfde keer dat een medische voorziening in Syrië het doelwit wordt van een aanval, zegt het International Rescue Comittee, dat noodhulp verleent in conflictgebied. Tussen 2016 en 2019 zijn volgens cijfers van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) liefst 337 aanvallen uitgevoerd op medische voorzieningen in het noordwesten van Syrië. 

Veel ziekenhuizen en geïmproviseerde hospitalen zijn daarom ondergronds of in grotten ingericht -zoals ook het hospitaal in Atareb dat nu werd getroffen. 

(lees door onder de tweet)

De aanval op het ziekenhuis werd dezelfde dag nog gevolgd door een luchtaanval door de Russen, die het Syrische regime steunen, op een gasfabriek even buiten de stad Idlib.

Einde van de relatieve rust

De aanvallen zijn opvallend, want de voorbije maanden was het relatief rustig in het noordwesten van Syrië, nadat het daar in maart 2020 tot een bestand was gekomen. 

De provincie Idlib -en een aantal aangrenzende plaatsen in de naburige provincies Aleppo, Hama en Latakia- is de laatste regio die nog in handen is van tegenstanders van president Bashar al-Assad. 

De regio wordt gedomineerd door jihadisten die banden hebben met terreurorganisatie Al Qaeda en rebellengroepen, waarvan sommige gesteund worden door Turkije. Maar er wonen ook 3 miljoen burgers. De helft zijn inwoners die hierheen zijn gedreven uit delen van Syrië die eerder al door het regime werden heroverd.  

(lees door onder de foto)

Copyright 2021 The Associated Press. All rights reserved.

Vanaf de zomer van 2019 werd Idlib belaagd door luchtaanvallen, en daarna ook door een grondoffensief van het leger van Assad, gesteund door Rusland. Het leek er toen op dat een eindoffensief was ingezet van het regeringsleger, met de steun van Rusland, tegen de laatste rebellen.

In maart 2020 sloten Rusland en Turkije echter een akkoord over een bestand in Idlib. Dat werd weliswaar nu en dan geschonden, maar toch was het maandenlang vrij kalm in Idlib. De relatieve rust was in grote mate een gevolg van het coronavirus, waardoor de Syrische regering, maar ook Rusland en Turkije andere katten te geselen hadden en hebben. 

Ook eerste Turkse luchtaanval in lange tijd in Syrië

Maar niet alleen het leger van Assad, gesteund door Rusland, ook het Turkse leger heeft net afgelopen weekend voor het eerst in lange tijd een luchtaanval uitgevoerd in Syrië, in het grensgebied dat wordt gecontroleerd door Koerdische milities. 

Volgens het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten bestookte een Turks gevechtsvliegtuig afgelopen weekend militaire posities van de Syrische Democratische Strijdkrachten, een Syrische militie onder leiding van de Koerdische Volksbeschermingseenheden (YPG).

Turkije beschouwt de Koerdische militie YPG als een tak van de verboden Koerdische Arbeiderspartij (PKK). Tegelijk vormde de YPG in Syrië de belangrijkste bondgenoot van de Verenigde Staten in de strijd tegen de terreurbeweging Islamitische Staat (IS).

De Turkse luchtaanval zou de eerste in de regio zijn sinds Turkije in oktober 2019 een militaire operatie lanceerde tegen SDF. Turkije wist toen samen met geallieerde milities een deel van Noord-Syrië onder controle te krijgen. 

Meest gelezen