Direct naar artikelinhoud
Saskia de Coster.
ColumnSaskia de Coster

We zijn ons gepruts aan het afschuiven op onze kinderen en laten de scholen het oplossen

Saskia de Coster is auteur. Dit academiejaar is ze writer in residence aan de KU Leuven.

Een achtjarige jongen zit tijdens rekenen een tekening te maken. De leraar berispt hem, neemt de tekening uiteindelijk af en legt ze bij een tekening van een wolf. De jongen komt vragen naar de tekening, met zijn vriendjes. Het is Bobs Zus, leggen de kinderen uit, en dat is een Minion, al ziet hij eruit als een octopus met twee ogen en tentakels. Ieder heeft zijn eigen Bobs Zus, iedereen is ermee bezig. Nee, Bobs Zus is geen zus, logisch, het heeft geen geslacht voor de ene, het is een Pacman-geest met grote ogen voor een ander.

Na de vakantie is de tekening zoek. Totale consternatie. Is Bobs Zus gestolen, vermoord, gekidnapt, opgegeten door de hoofdverdachte, de wolf op de andere tekening? Een leerling vraagt of ze een begrafenis kunnen houden voor Bobs Zus.

De leraar heeft wel een aantal doelstellingen te halen, maar misschien is een begrafenis een manier om hen te doen stoppen. Soms is het goed om zijwegen te nemen met de kinderen, weet hij uit ervaring. Ze organiseren een begrafenis. Een paar kinderen lezen hun zelfgeschreven grafrede voor. “Bobs Zus was een speciaal persoon en een goede vriend voor de Aardappelen”, klinkt het. En ook: “Het was niet zomaar een tekening, ze zou zeggen als ze hier nog was: blijf proberen.”

Opeens begint achter in de klas een jongen te huilen, als een diertje, het is geen grap. Er volgen nog kinderen. Samen huilen ze om Bobs Zus, die misschien ook even hun gestorven hond is of een ruzie tussen hun ouders die hen droef maakt. Alsof ze samen geesten opgeroepen hebben, zegt de leraar op de podcast This American Life, en daar verscheen een ritueel waarin ieder kind iets van zijn eigen verdriet of zorgen kon leggen. De leraar beseft dat hij nu moet ingrijpen en vertelt zijn leerlingen dat begrafenissen heel echt en belangrijk zijn. Dat verdriet mag. En dat de begrafenis nu afgelopen is en ze weer verder kunnen met rekenen. Het werkt.

Dit is het soort leraar die het verschil maakt. Een leraar die zo meegaand is om andere wegen in te slaan en mee te stappen in de wereld van de kinderen.

Nu zijn de volwassenen het omgekeerde aan het doen. We zijn ons gepruts aan het afschuiven op onze kinderen en laten de scholen het oplossen. De scholen hebben zich het afgelopen jaar al zo vaak in bochten gewrongen dat je een dubbele knoop zou verwachten maar toch doen ze het nog, de wereld en de voortdurend veranderende regels aan de kinderen meegeven, bubbels maken en weer opblazen en de schade proberen in te dammen.

Laat de volwassenen zelf de verantwoordelijkheid nemen. Laat de kinderen er zoveel mogelijk buiten. Het zal weer heel creatieve en gedreven leerkrachten vragen om de komende maanden en jaren een zinnig antwoord te formuleren op onze miskleunen en foute keuzes, een zijspoor te vinden dat ergens toe leidt, een Bobs Zus die iedereen kan helpen door te verdwijnen.