De man die Brussel "een hoofdstad van apen" noemde: 200 jaar geleden werd "gothic" dichter Charles Baudelaire geboren 

De teksten van de Franse schrijver Charles Baudelaire zijn tientallen keren op muziek gezet, van Debussy tot Gainsbourg en The Cure. Voor zijn 200e verjaardag verschijnen allerlei nieuwe uitgaven en vertalingen. De vernieuwende dichter van de erotiek en de dood, de "godfather of gothic", is springlevend. Hij woonde enkele jaren in Brussel, maar hij haatte die "hoofdstad van apen", waar vrouwen "voortdurend schoonmaken met bruine zeep".  

Charles Baudelaire, 200 jaar geleden geboren, is nog altijd een van de bekendste en beruchtste Franse dichters, met als belangrijkste thema’s erotiek en dood. Zijn bundel “Les fleurs du mal” uit 1857 leverde hem een boete op wegens openbare zedenschennis. Zes gedichten, waaronder “Les bijoux”, werden geschrapt uit de bundel. Pas een eeuw later mochten ze in Frankrijk weer verschijnen. 

Een ander belangrijk boek is "Le spleen de Paris", waarin hij door Parijs flaneert en allerlei personages observeert. Charles Baudelaire was behalve een vernieuwer in de Franse letteren ook een van de eerste vertalers van het werk van "griezelauteur" Edgar Allen Poe.

Brussel, een hoofdstad van apen

Verschillende draden verbinden Charles Baudelaire met ons land.  Op het eind van zijn leven, van 1864 tot 1866, verbleef hij in het Hôtel du Grand Miroir in de Bergstraat in Brussel. Maar zijn lezingen lokten geen volk en hij werd steeds zieker als gevolg van de geslachtsziekte syfilis, wat hem er niet van weerhield om het nachtleven te blijven opzoeken. In “De eeuw van Brussel” beschrijft Eric Min zijn lamentabele toestand. 

In 1867 overleed Baudelaire in Parijs. Pas na zijn dood verscheen “Pauvre Belgique!”, een pamflet waarin hij keihard afrekent met zijn tijd in Brussel. Het is puur scheldproza, een “catalogus van de domheid en de brutaliteit” van ons land, schrijft Eric Min. Baudelaire hekelt de koning, de straten, de gebouwen, de stank van Brussel, “een hoofdstad om te lachen, een hoofdstad van apen”.  

Flaneren lukt niet in Brussel, want daar zijn de stoepen en straten niet geschikt voor. Brusselaars hebben "duistere, vormeloze gezichten", ze praten moeilijk, de woorden blijven hen in de keel steken. Het Brusselse bier faro lijkt wel "twee keer gedronken" of "uit de latrine van de Zenne geschept". De vrouwen "poetsen onafgebroken met bruine zeep", maar blijven stinken als een ram, schrijft Baudelaire in dit spotdicht:

La propreté des demoiselles belges

Elle puait comme une fleur moisie.
Moi, je lui dis (mais avec courtoisie) :
« Vous devriez prendre un bain régulier
Pour dissiper ce parfum de bélier. »

Que me répond cette jeune hébétée ?
« Je ne suis pas, moi, de vous dégoûtée ! »
— Ici pourtant on lave le trottoir
Et le parquet avec du savon noir !

In 1864 trof Baudelaire in Namen de Belgische tekenaar en etser Félicien Rops, "de enige echte artiest die ik in België ontmoette." Ze deelden hun fascinatie voor het skelet. Rops illustreerde enkele verboden gedichten van Baudelaire; het boekje heet “Les épaves” of “De wrakstukken”. 

Lees voort onder de afbeelding van Félicien Rops:

Volop nieuwe uitgaven en vertalingen

Voor zijn 200e geboortedag geeft de prestigieuze Bibliothèque de la Pléiade van Gallimard het volledige werk van Charles Baudelaire opnieuw uit.

"Luxe, calme et volupté", dichtte Baudelaire. Godfried Bomans vertaalde dat ooit spottend als "Luxe, kalmte en volop thee". Er zijn allerlei nieuwe Nederlandse edities van Baudelaire op de markt.

Bijvoorbeeld Het spleen van Parijs”, (spleen betekent melancholie, red) in een vertaling van Jacob Groot met erotische illustraties van de Tsjech Miro Svolik. Hetzelfde werk verschijnt in het najaar in een vertaling van Hafid Bouazza met illustraties van Marlene Dumas

Vertaler Jacob Groot ziet Baudelaire als "de vader van de moderne poëzie" en "het prototype van de poète maudit". "Het spleen van Parijs" bestaat uit een 50-tal korte stukken, "anekdotische snapshots of columns avant la lettre". De dichter flaneert in de hoofdstad, gaat op in de menigte en is tegelijk buitenstaander, en tekent portretten van personages als minnaressen of straatjochies.  

Eveneens net uit: “De bloemen van het kwaad met vertalingen van gedichten en prozastukken door de Nederlandse romantische dichter Menno Wigman, die twee jaar geleden overleed. Ook de brieven van Charles Baudelaire zijn nu in het Nederlands beschikbaar, in de reeks Privédomein van de Arbeiderspers, met als veelzeggende titel ”Mijn hoofd is een zieke vulkaan”. 

Lees voort onder het titelblad van "Les fleurs du mal":

Van Debussy over Gainsbourg tot The Cure

Tientallen componisten en liedjesschrijvers hebben verzen van Charles Baudelaire op muziek gezet, van klassieke componisten als Claude Debussy over chansonniers als Léo Ferré , Serge Gainsbourg, Mylene Farmer tot new-wavers als The Cure ("How beautiful you are" is een bewerking van "Les yeux des pauvres" uit "Le spleen de Paris") of allerlei metalbands die inspiratie putten uit de "gothic" kant van Baudelaire.

Luister hier naar "Le serpent qui danse" van Serge Gainsbourg, een gedicht uit "Les fleurs du mal" van Charles Baudelaire:

De Franse zangeres Mylene Farmer brengt geregeld hommage aan Charles Baudelaire. Luister hier naar haar nummer "L'horloge", de tekst is het gelijknamige gedicht van Baudelaire uit "Les fleurs du mal":

De Franse impressionistische componist Claude Debussy zette vijf gedichten uit "Les fleurs du mal" van Charles Baudelaire op muziek. Luister hier naar tenor Ian Bostridge:

Meest gelezen