Direct naar artikelinhoud
OpinieStef Selfslagh

Pallas vond ik aanvankelijk geweldig. Ik las er ‘paljas’ in: een afrekening van het kunstencentrum met de partijvoorzitter

Het kunstencentrum Vooruit heette vorig jaar zelfs even Kolruit, uit protest tegen de opgedrongen naamsverandering.Beeld Wouter Van Vooren

Stef Selfslagh schrijft voor De Morgen en is medeoprichter van Fauconnier+Selfslagh.

Naamsveranderingen: er wordt in vergaderzalen over gebrainstormd, gekwebbeld en getobd tot iedereen clusterhoofdpijn heeft. Waarna er een onafhankelijk dartspijltje wordt ingeschakeld om de nieuwe naam te kiezen, een stagiair gesommeerd wordt om een persbericht te schrijven waarin de woorden ‘gedurfd’ en ‘eigentijds’ voorkomen, een legertje leveranciers de opdracht krijgt om briefpapier, bedrijfswagens en lichtreclame aan te passen, en iedereen drie maanden later al vergeten is hoe de oorspronkelijke naam van het bedrijf ook weer luidde.

Toen Dexia jaren geleden Belfius werd, riep dat in mijn hersenkwabben hardnekkige associaties op met bifidus, het transitbevorderende bestanddeel van een niet nader genoemde drinkyoghurt. “Wat vreemd dat een bank een naam kiest die je aan excrementen doet denken”, dacht ik. Maar zie: vandaag gebruik ik de naam Belfius alsof Dexia nooit bestaan heeft. 

Nieuwe namen zijn zoals zangeressen van Hooverphonic: je moet er even aan wennen, maar na een tijdje storen ze niet meer. “Het kind wordt de naam en de naam wordt het kind”, staat op de website waarop het kunstencentrum formerly known as Vooruit straks zijn nieuwe naam zal aankondigen. En zo is dat.

Twee namen zijn nog in de running om de door het socialisme gekaapte Vooruit te vervangen: Pallas en Volxus.

Pallas vond ik aanvankelijk geweldig. Ik las er ‘paljas’ in: een verbale afrekening van het kunstencentrum met de partijvoorzitter. Maar toen ik te weten kwam dat Pallas de Griekse godin van kunst en ambacht is, en bovendien Gents voor paleis, vond ik er niks meer aan. Etymologische correctheid is al net zo geeuwverwekkend als culturele correctheid.

In Volxus word ik verondersteld ‘volkshuis’ te horen: een verwijzing naar het – o ironie – socialistische DNA van Vooruit, alsook een meertalige samentrekking van ‘volks’ en ‘us’. Zelf had ik in Volxus, de uitleg bij Pallas indachtig, een Romeins mascottefiguurtje ontwaard: Volxus, de volkse variant van dichter Vergilius, de Corneel van Oosterweel van de culturo’s, steeds bereid om het volk al dan niet in het Gents te verheffen. Maar dat zag ik dus helemaal verkeerd. En gelukkig maar.

Mocht ik het voor het zeggen hebben, ik koos ter vervanging van Vooruit voor de naam die mijn vrouw tijdens een Gentse stadswandeling over haar welgevormde lippen deed rollen: Voluit. Eén lettertje minder dan het oorspronkelijke Vooruit, maar nóg voluntaristischer. Tevens te begrijpen als: en nu stoppen we met over Conner Rousseau te zeiken en vliegen we er – coronamaatregelen of geen coronamaatregelen – gewoon weer in. De KVS en Voluit, één front.

Maar het mag ook Volxus worden, hoor. Of Pallas. Binnen drie maanden zijn we toch vergeten wat het probleem ook weer was.