Direct naar artikelinhoud
GetuigenissenScholieren

‘Een mondmasker maakt me niet uit, ik wil gewoon fysiek naar school kunnen’

‘Een mondmasker maakt me niet uit, ik wil gewoon fysiek naar school kunnen’
Beeld Wouter Maeckelberghe

Als het van het Vlaamse onderwijsveld afhangt, dan mogen leerlingen na de paaspauze terug naar school. Behalve dan de studenten uit het tweede en derde secundair. Zij moeten halftijds online les blijven volgen. Drie jongeren over een vooruitzicht op nog meer afstandsonderwijs.

Tatia Balamtsarashvili (17): ‘Ik ben sneller afgeleid’

Sociaal technische wetenschappen, Sint-Jan Berchmaninstituut Zonhoven

Tatia Balamtsarashvili.Beeld Wouter Maeckelberghe

“Op mijn school heb ik de ene dag online les, en de volgende op campus. Ik vind het niet zo erg dat we na de paasvakantie nog steeds halftijds digitaal les moeten volgen. Ik ben graag thuis en dan moet ik niet om 7 uur 's ochtends opstaan om me klaar te maken. (lacht) De onlinelessen worden afgewisseld met taken. Zo moesten we bijvoorbeeld via BookWidgets digitale oefeningen op Smartschool maken, maar ook een les Nederlands voorbereiden. Daardoor zit je niet zeven uur achter een scherm, wat het minder zwaar maakt. 

“Doordat er vaak minder uitleg wordt gegeven bij onlinelessen, heb ik het gevoel dat het me zelfstandiger maakt. Toch is het soms moeilijker te volgen en merk ik dat mijn punten minder goed zijn dan vorig jaar. Tijdens de onlineles kan ik me minder goed concentreren, ben ik sneller afgeleid en verlies ik soms de draad. Dat is een nadeel. Ik merk daardoor dat ik heel weinig motivatie heb, eerlijk gezegd. Als je in de klas zit, zie je je klasgenoten opletten en noteren. Dat zet aan om zelf mee te werken. 

“Dit is mijn laatste jaar, wat toch een beetje vreemd voelt. Normaal vieren we dit jaar Chrysostomos, de laatste 100 dagen van onze middelbare schoolcarrière. Dit valt nu, op enkele kleine activiteiten na, weg. Ik hoor van mijn klasgenoten wel dat ze liever naar school gaan, daar kunnen we samen lachen en praten met elkaar. Maar zelf zit ik eigenlijk wel graag thuis.”

Lieselotte Verkest (15): ‘De moed zakt me in de schoenen’

Latijn, Immaculata De Panne 

Lieselotte Verkest.Beeld Wouter Maeckelberghe

“Toen ik te horen kreeg dat ik na de paasvakantie weer vanuit mijn kamer de lessen zou moeten volgen, zakte de moed me in de schoenen. De reden? Ik weet hoe moeilijk het is voltijds achter een schermpje te zitten. Dat wilde ik niet nog eens ervaren. Ik hoopte zo na de vakantie weer naar school te kunnen, maar binnen een weekje zit ik opnieuw vastgekluisterd in mijn kamer, in de hoop iets te begrijpen van wat de leerkracht zegt. Want eerlijk, dat is veel moeilijker dan je denkt. In de klas pik ik best veel op, maar online lijkt het me gewoon niet te lukken. Zeven uur voor een scherm, het doet wat met je concentratie en motivatie. De drempel om vragen te stellen tijdens een onlineles ligt ook veel hoger. 

“Wat ik het allerlastigste vind, is dat een spontane babbel met mijn klasgenoten niet meer mogelijk is. We zien elkaar op een scherm, maar er is gewoon geen ruimte voor een echt gesprek. Soms hebben we het erover en dan zie je dat iedereen gewoon weer fysieke les wil. In normale omstandigheden zou je niet denken dat dit zo’n big deal zou zijn, maar school speelt wel degelijk een belangrijke rol in ons leven. Dit jaar hadden we een tripje naar Londen op de planning staan, maar ook dat werd ons afgenomen. Veel leuke vooruitzichten blijven er niet meer over. Ik vraag de regering om rekening met ons te houden. Het maakt niet of ik een mondmasker op moet of dat ik continu in de klas moet blijven en me niet mag verplaatsen, ik wil gewoon fysiek naar school kunnen.”

Hajar Semmadi (17): ‘Een uur in de klas is niet hetzelfde als een uur thuis’

Economie-Talen,  Ursulinen Mechelen

Hajar Semmadi.Beeld Wouter Maeckelberghe

“Ik vind het jammer dat we weer overschakelen naar halftijds afstandsonderwijs. Het is zeker niet gemakkelijk om taken en lessen op eigen houtje in te plannen, wat er ook voor zorgt dat ik soms nog tot ’s avonds laat bezig ben met school. Dat het afstandsonderwijs verlengd wordt, voorspelt voor mij dus weinig goeds. Soms heb ik het gevoel dat leerkrachten niet altijd even goed kunnen inschatten wat dit voor ons betekent. Een uur in de klas is niet hetzelfde als een uur thuis, bijvoorbeeld. Je moet alles zelf uitzoeken en je hebt niet de directe hulp van de leerkracht. En ik moet toegeven dat mijn uitstelgedrag mij door de hele toestand nog meer parten speelt.

“Het laatste jaar in het secundair moest een mooi jaar worden. Corona heeft daar een stokje voor gestoken. Onze eindejaarsreis gaat niet meer door en onze 100 dagen hebben we evenmin op een normale manier kunnen beleven. Ik vind dat heel erg, want dat zijn dingen die je maar één keer meemaakt. Al die tegenslagen zijn ontzettend demotiverend, al besef ik natuurlijk wel dat dit uitzonderlijke tijden zijn. Ik vind dat er gewoon meer aandacht mag zijn voor de manier waarop  afstandsonderwijs wordt georganiseerd. Dat loopt niet altijd van een leien dakje en heeft een enorme impact. Ik ken veel jongeren die nu echt afzien, ikzelf ook. Leerkrachten tonen hier meestal wel begrip voor en ik ben hen daar dankbaar voor. Toch hoop ik stiekem dat het digitaal afstandsonderwijs zo snel mogelijk stopt. Ik vind het namelijk toffer op school.”