Direct naar artikelinhoud
Vier vragenHyperlokaal vaccineren

‘Maximale vaccinatie, daar draait het om’

Het vaccinatiedorp in Antwerpen.Beeld Klaas De Scheirder

Om een maximale vaccinatiegraad te garanderen, voorziet het Agentschap Zorg en Gezondheid binnenkort in de mogelijkheid om hyperlokaal te vaccineren. De opzet is om moeilijk bereikbare burgers alsnog te overhalen. Welk plan zit in de pijplijn? We vroegen het aan Joris Moonens, woordvoerder van het Agentschap Zorg en Gezondheid.

Welk plan ligt precies op tafel?

“Het gaat hier niet over een nieuw plan, noch over nieuwe centra. Elk van de 95 huidige centra kan vaccinaties buiten het centrum organiseren om een zo breed mogelijk publiek in te enten. We wisten vanaf het begin dat we op een bepaald ogenblik op de moeilijk bereikbare groepen zouden botsen. Voor hen steken we dus een tandje bij.

“Concreet zal de populatiemanager van elk vaccinatiecentrum een analyse moeten maken van zijn of haar regio. Vanuit de centrale vraag ‘Welke groepen bereiken we hier niet?’, kunnen de centra gericht de hand uitsteken naar moeilijke groepen in hun specifieke context.

“Zo’n uitgestoken hand kan in de vorm van extra sensibilisering of een mobiel team. Dat team kan zich vervolgens enkele dagen in probleemwijken stationeren. Op die manier hopen we de drempel tot de prik te verlagen. Omdat zo’n hyperlokaal initiatief vanuit de huidige centra vertrekt, gaat het dus niet om nieuwe vaccinatiecentra, maar om een extra arm van die centra.”

Wat is de rol van het Agentschap in het hele verhaal?

“Via de populatiemanager ligt veel in de handen van de individuele vaccinatiecentra. Met het Agentschap nemen we een ondersteunende rol aan. We geven de opdracht aan lokale centra om de oefening te maken, maar voorzien tegelijk de nodige middelen en knowhow. Dat betekent echter niet dat we de probleemgevallen vanop onze radars niet zullen signaleren richting lokale centra.”

Brussel, Genk en Vilvoorde bleken al geïnteresseerd. Wordt het een stedelijk fenomeen?

“Elk vaccinatiecentra, stedelijk of landelijk, maakt in onze opdracht dezelfde oefening. In stedelijke gebieden kan je natuurlijk meer groepen hebben die je moeilijker bereikt. Dat heeft te maken met het feit dat er in steden gewoon meer diverse groepen mensen zijn en dus ook meer mogelijke infobarrières.

Joris Moonens.Beeld rv

“Het is absoluut niet uitgesloten dat ook landelijke gemeenten zo’n lokaler aanbod in het leven roepen. Problemen in landelijke wijken zijn evenzeer mogelijk.”

Onder oudere Vlamingen is er een hoge vaccinatiegraad, maar er wordt gevreesd dat die bij jongeren lager zal zijn. Van waar komt die vrees?

“Die is intuïtief en hopelijk onterecht. De vrees is gebaseerd op een mix van drie factoren. Ten eerste worden jongeren minder ziek van het virus en denken ze daarom niet aan vaccineren. Ten tweede zal de burgerzin voor vaccinatie afnemen naarmate restricties worden opgeheven. Als alles weer mag, waarom dan nog naar het vaccinatiecentrum hollen? Een derde factor is dat jongeren actiever zijn op sociale media, vaak de motor voor desinformatie over vaccins. Alleen ben ik daar wel hoopvol op de mediawijsheid van jongeren.

“Met dit plan willen we niemand viseren. Alle groepen moeten warm gemaakt worden. Of die groep zich onderscheidt op basis van leeftijd, etnische achtergrond of geografie, het maakt niet uit. Maximale vaccinatie, daar draait het om.”