Dag van de Arbeid in het weekend: maar ook tijdens de week zijn heel wat werkenden een dag vrij

1. 1,1 miljoen loontrekkenden werken deeltijds, vooral vrouwen

Een kwart van de Belgische loontrekkenden werkt deeltijds, meldt Statbel. In absolute cijfers gaat het om net geen 3 miljoen mensen die voltijds werken en bijna 1,1 miljoen deeltijds. Van die 1,1 miljoen zijn er 850.000 vrouwen (77%). Maar ook bij mannen wordt deeltijds werken populairder.

Vier vijfde is het populairste regime, zowel bij vrouwen als bij mannen. Vroeger was halftijds werk het populairste. Ook andere regimes winnen aan populariteit.

2. Vijf keer meer deeltijds werkenden dan in 1983

In 1983 waren er in België 2,8 miljoen loontrekkenden, van wie er nog geen 10 procent deeltijds werkten. In 1983 werkte 1,9 procent van de mannen deeltijds, nu is dat bijna 12 procent. Bij de vrouwen steeg het van 20,5 naar 42,5 procent.

Het aantal werkende vrouwen is sindsdien meer dan verdubbeld. Maar het gaat meestal om deeltijds werkenden: het aantal voltijds werkende vrouwen steeg met net geen 400.000, het aantal deeltijds werkende vrouwen met meer dan 550.000.

3. Vrouwen om voor kinderen te zorgen, mannen uit noodzaak

De meest voorkomende redenen bij vrouwen om voor een deeltijdse job te kiezen: voor kinderen zorgen (24%). Bij mannen is “omdat de job alleen deeltijds wordt aangeboden” de meest voorkomende reden (21%). Andere redenen zijn de zorg voor andere familie, de combinatie met studies, de gezondheid of een kwestie van willen. De zorg voor de kinderen is maar voor 7,5 procent van de mannen de reden om deeltijds te werken.

4. Hoe meer kinderen, hoe vaker ze deeltijds werken

Vrouwen werken vaker deeltijds als ze meer kinderen hebben. Van de vrouwen tussen 25 en 49 jaar werkt 25,4 procent deeltijds. Per kind onder de 17 jaar dat erbij komt, stijgt het percentage. Van de vrouwen met drie of meer kinderen werkt de helft deeltijds.

Bij de mannen onder de 50 jaar is die link er niet. Het percentage deeltijds werkenden ligt zelfs het hoogst bij mannen zonder kinderen.

5. Voornamelijk in de horeca en de zorg, zelden in de bouw

In de horeca werken de meeste deeltijdse loontrekkenden. Bij de mannen is dat 37,4 procent, bij de vrouwen 58,9 procent. In de zorg werkt bijna de helft van de mensen deeltijds, net als in de maatschappelijke dienstverlening. “Omdat in die sector veel meer vrouwen dan mannen tewerkgesteld zijn”, zegt Statbel.

Ook in de administratie en in de kunstensector werken veel mensen deeltijds. In de bouw is deeltijds werken dan weer het minst populair (8,5%), gevolgd door de ICT-sector en de industrie.

6. In Nederland het populairst

In Nederland ligt het aantal deeltijds werkenden het hoogst: meer dan de helft van de Nederlanders met een job werkt deeltijds. Van de Nederlandse mannen met een job werkt 30% deeltijds, van de Nederlandse vrouwen met een job werken zelfs drie op de vier deeltijds. Duitsland en Oostenrijk vervolledigen de top-3, maar op grote afstand van Nederland (29,5 en 27,9%). België volgt net daarachter.

Helemaal achteraan staat Bulgarije, waar maar 2,1 procent van de loontrekkenden niet voltijds werkt. Bulgarije wordt gevolgd door Slowakije (5%) en Kroatië (5,4%).