Direct naar artikelinhoud
NieuwsLoonakkoord

Premie per sector of per bedrijf? Rood-blauwe spanningen blijven ondanks loonakkoord

Premier Alexander De Croo verdedigt het loonakkoord in de Kamer. Zijn regering heeft daarmee het eerste grote sociaal-economische dossier ontmijnd, maar de interpretaties blijken te verschillen.Beeld BELGA

Kan de extra coronapremie van 500 euro nu per sector of enkel per bedrijf worden ingevoerd? De regering heeft amper een akkoord over loonopslag, of socialisten en liberalen geven er al een andere invulling aan. Ook de bonden zijn misnoegd.

Het dossier hing al weken in de lucht, finaal landde de federale regering woensdagnacht. Nadat de sociale partners niet in staat bleken afspraken te maken over een mogelijke loonstijging de komende twee jaar, was het aan de ploeg van premier Alexander De Croo (Open Vld) om de knoop door te hakken. Hoe groot is de marge in deze moeilijke coronatijden?

Van bij het begin was duidelijk dat lonen met niet met meer dan 0,4 procent zouden mogen stijgen boven op de index. Die marge is gebaseerd op de loonwet van 1996, en in het regeerakkoord bekwamen de liberalen dat daar niet aan zou worden geraakt. 

Wel was er nog discussie over hoe bedrijven nog een extraatje konden geven. Finaal komt er een ‘coronapremie’ van maximaal 500 euro in ondernemingen die goed hebben geboerd het voorbije jaar. Die zal niet cash worden uitbetaald, maar in de vorm van een consumptiecheque. De bedoeling is dat werknemers die kunnen gebruiken om lokale producten te kopen om zo de binnenlandse economie te stimuleren. 

De liberalen wilden het bedrag eerder beperkt houden, wat hen ook lukte. De socialisten bekwamen dan weer dat de werkgevers een patronale bijdrage betalen van 16,5 procent. Zo wordt de sociale zekerheid toch nog deels gespijsd.

Toch bleek het compromis niet sluitend. Terwijl de liberalen benadrukken dat de extra premie bedrijf per bedrijf onderhandeld zal worden, moet dat voor de socialisten ook per sector kunnen. Dat lijkt een technisch detail, maar dat is het niet. In veel kleine bedrijven is er geen vakbondsvertegenwoordiging en zullen werknemers maar moeilijk die premie kunnen afdwingen. Op sectorniveau staan de bonden sterker en kunnen ze meteen voor een hele reeks bedrijven afspraken maken.

Met die opening wilden de socialisten de vakbonden deels tegemoetkomen. Officieel worden de sociale partners nog om hun instemming gevraagd, maar ook zonder zal de regering dit loonakkoord doorduwen. Voor de bonden is de marge van 0,4 procent sowieso te laag. Dat ook de coronapremie allicht niet zal terechtkomen bij werknemers in kleinere bedrijven, maakt hen alleen maar bozer. Ze overwegen acties per sector. 

Tegelijk is de vraag of het wel mogelijk is om afspraken te maken per sector. Ook al verbond de regering er geen expliciete voorwaarden aan, de coronapremie kan enkel in bedrijven die het goed deden. Het beeld binnen sectoren is echter divers. Simpel gesteld: voor elke supermarkt die zijn omzet zag stijgen, zijn er winkels die flirten met het faillissement. Dat is ook het argument van de werkgevers, die wel tevreden zijn met het compromis. Dat laatste is zout in de wonde voor de PS. 

Andere dossiers

Los van het loonakkoord krijgen de sociale partners de opdracht verder te onderhandelen over de andere dossiers die nog op tafel liggen, zoals het optrekken minimumlonen, de landingsbanen en flexibelere overuren. Wat betreft de minimumlonen vraagt de regering dat die meer in lijn gebracht zouden worden met het mediaanloon. Sinds 2008 gebeurde er geen aanpassing meer. 

Toch wordt dat een werk van vele jaren. Bij de tweejaarlijkse grote sociale akkoorden zou het minimumloon stap voor stap worden opgetrokken. De regering engageert zich tegemoet te komen met fiscale en parafiscale voordelen. Maar ook daar verschilt de rode en de blauwe invulling. Terwijl Open Vld wil dat het brutoloon gelijk blijft, en vooral gewerkt wordt met belastingkortingen, willen socialisten dat ook de werkgevers een inspanning leveren.

De federale regering heeft met dit akkoord het eerste grote sociaal-economische dossier ontmijnd, maar het weer tussen bonden en werkgevers is verre van opgeklaard. Ook binnen de eigen ploeg wringt het. In dat klimaat starten straks nog veel moeilijkere onderhandelingen, zoals over de pensioenen en de flexibilisering van de arbeidsmarkt. Ook kijkt Vivaldi naar de sociale partners om er samen uit te geraken.