Aspinall, die in de eerste fase van de Premier League een 7-5 nederlaag leed tegen Van den Bergh, nam nochtans de eerste leg voor zijn rekening. Van den Bergh hing meteen de bordjes gelijk met een 120 check-out, waarna hij met een 86 uitworp door de darts brak van “The Asp”. Vanaf de vierde leg wonnen beide spelers om beurt een spelletje, waarbij “The Dreammaker” nog een 136 uitworp lukte, goed voor een 8-6 overwinning. Van den Bergh noteerde een gemiddelde van 102.89 per drie darts en lukte 61.54% van zijn uitworpen. Aspinall was met een gemiddelde van 103.33 wel beter, maar was met 50% bij het uitwerpen minder accuraat dan Van den Bergh.

“Dit was een belangrijke overwinning”, liet Van den Bergh verstaan. “Gisteren tegen Michael van Gerwen was er niets aan de hand. Ik heb het beste gegeven, maar ik verloor met een gemiddelde van 106 per drie darts en 60% bij het uitwerpen. Neen, Michael begon zeer goed aan de wedstrijd met twee breaks en twee keer bullseye uitworpen. Ik heb hem dan ook proficiat gewenst, hij was gewoon beter. Vandaag wou ik het rechtzetten, ik speelde immers tegen de nummer een in het klassement. Op de belangrijke momenten wierp ik een 120 en een 136 uitworp. Ik had genoeg aan één break in de derde leg, waardoor ik het voordeel van de darts had.”

Na elf speeldagen delen Van den Bergh, Van Gerwen en Aspinall de leiding met vijftien punten. Op drie punten volgen de Portugees José de Sousa en de Welshman Jonny Clayton. De Engelsman James Wade staat op de zesde plaats voor de Schot Gary Anderson, die zijn landgenoot Peter Wright een 8-3 nederlaag bezorgde. Wright is laatste met negen punten.

 (gvdl)