Het Verenigd Koninkrijk kampt met een tekort aan kadavers voor chirurgisch onderzoek vanwege … de pandemie

Ondanks het feit dat er sinds het begin van de pandemie meer dan 100.000 doden zijn gevallen in Groot-Brittannië, hebben de anatomieafdelingen van het land moeite om hun lijkkoelkasten te vullen. Eén reden hiervoor is het feit dat lichaamsdonatie in het begin van de pandemie werd opgeschort. Maar er zijn nog andere verklaringen.

De afdeling van anatomieprofessor dr. Claire Smith (Brighton & Sussex Medical School) heeft gewoonlijk zo’n 70 donors per jaar nodig; tot nu toe is er een tekort van zo’n 30 lichamen. Het Londense Anatomiebureau, dat kadavers levert aan zeven medische scholen in en rond de hoofdstad, ontvangt en verwerkt normaal gesproken ongeveer 150 lichamen per drie maanden. Tussen maart en juni vorig jaar waren dat er geen, schrijft The Economist.

Hoewel het aanbod beperkt is, is de vraag naar kadavers gestegen naarmate het aantal artsenopleidingen is toegenomen. In 2005 kochten medische scholen 600 kadavers; in 2017 waren dat er 1.300. 

Geen stukken van mensen

Gezien zowel de stijgende vraag als de aanbodbeperkingen is het misschien verrassend dat armen, benen en hoofden geen stukken van mensen kosten. In Amerika kost een kadaver ongeveer 500 dollar; een voet kost 350 dollar (in Groot-Brittannië zijn de prijzen vergelijkbaar).

Redenen voor kadaverschaarste

  • Covid-19 heeft de aanvoer van kadavers (nog) moeilijker gemaakt.
    • Lichaamsdonatie in Groot-Brittannië werd opgeschort, omdat niemand zeker wist of de lichamen besmettelijk zouden zijn.
    • Bovendien hadden de medische scholen andere prioriteiten. Dr Smith kreeg een tijdelijk mortuarium in een parkeergarage en ongeveer 400 overleden slachtoffers van de pandemie. Zij en haar docenten verzorgden hen tussen de lesuren door.
  • De bevoorrading van de markt is sowieso lastig. Een van de problemen is ongetwijfeld de ‘preutsheid’: mensen denken zelden graag aan hun eigen dood, en nog minder aan wat er daarna met hun eigen vlees gebeurt.
  • Anatomieafdelingen maken, in tegenstelling tot orgaandonatieprogramma’s, geen reclame voor klanten. 
  • Strenge kwaliteitscontroles remmen ook het aantal geaccepteerde donaties af. Zo worden lichamen om een groot aantal redenen geweigerd:
    • ze zijn te dun (er is niet genoeg vlees om te ontleden);
    • te dik (anatomietafels hebben gewichtslimieten);
    • te lang (kadavers komen onhandig van de uiteinden van die tafels af) en;
    • ze hebben een grote, niet geheelde wond (het balsemvocht loopt er dan uit).
  • De voorschriften worden overigens steeds strenger. Vóór 2004 was een zogenaamde ’toestemming van de tweede persoon’ toegestaan, wat betekende dat lichamen konden worden gedoneerd op het woord van de nabestaanden – en dat families die een vervelende oom wilden doneren en zo op de begrafeniskosten wilden besparen, dat konden doen. Nu volstaat alleen toestemming van de eerste persoon, in de vorm van een formulier dat door de betrokkene zelf is ondertekend.

De tekorten dragen bij tot wat het British Medical Journal een ‘crisis’ in de chirurgieopleiding heeft genoemd.

Er zijn manieren om het tekort aan kadavers te omzeilen. Zo kunnen chirurgen op andere manieren trainen, zoals via 3D-computersimulaties. Maar hoewel deze simulaties goed zijn, blijken ze volgens Neil Mortensen van het Royal College of Surgeons of England, ‘nog niet goed genoeg voor een geavanceerde chirurgische opleiding’.

Om het gat in de markt te dichten, importeert Groot-Brittannië al een tijd lichaamsdelen uit Amerika, waar de regels soepeler zijn (toestemming van de tweede persoon is toegestaan, evenals het gebruik van niet-opgeëiste lijken uit gevangenissen en elders). 

Zelfvoorzienend

Nu probeert het land echter meer zelfvoorzienend te worden. In 2015 werd in Nottingham een National Repository Centre opgericht om kadavers te verzamelen en op te slaan. Het voert lichaamsdelen door het hele land, met behulp van begrafenisondernemers. Internationaal vervoer wordt gedaan door specialisten – niet, zegt dr. Smith, ‘DPD of zo’. (mah)

Lees ook:

Meer