Tijd tussen twee AstraZeneca-vaccins ingekort naar 8 weken in plaats van 12 (voor wie nog geen eerste prik kreeg)

Het officiële toegelaten interval bij het vaccin van de Brits-Zweedse producent AstraZeneca bedraagt volgens het Europese Geneesmiddelenagentschap 4 tot 12 weken. België koos er aan het begin van de campagne net als veel andere landen voor om, gezien de beperkte leveringen, het maximum aan te houden om op die manier meer mensen een eerste prik en dus al een gedeeltelijke bescherming te kunnen bieden. Pas sinds een tweetal weken krijgen de eerste zorgverleners hun tweede prik nadat ze begin februari een eerste inspuiting hebben gekregen.

Maar de termijn van 12 weken bij AstraZeneca aanhouden heeft de komende tijd niet veel zin meer, aangezien we bijna aan het einde van de eerste prikken voor dat type zijn. Het vaccin wordt enkel toegediend aan mensen boven de 41 jaar, en dus moeten er vanaf midden juni geen eerste prikken meer mee gezet worden. De vaccins die we hebben en nog zullen krijgen dan nutteloos laten liggen, zou alleen maar tijdverlies betekenen om deels gevaccineerden volledig te beschermen.

“Dankzij de verkorting van het interval vermijden we dat de leeftijdsgroep boven 41 jaar die als laatste AstraZeneca zou krijgen, veel langer op zijn tweede prik zou moeten wachten dan de rest van de bevolking”, zegt Joris Moonens, woordvoerder van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid. “Nu kunnen we de meeste mensen tegen midden augustus volledig vaccineren. We kunnen dat kortere interval nu ook invoeren zonder snelheid te verliezen bij het toedienen van eerste dosissen en dus zonder de ambitie voor 11 juli in het gedrang te brengen.”

De vaccinatieteller: zo ver staan België en Vlaanderen met de vaccinatie tegen corona, en zo doen we het in vergelijking met het buitenland

Het interval van 12 weken blijft wel aangehouden voor wie al een eerste prik heeft gekregen en dus al een datum voor de tweede prik heeft. Ook voor wie al is uitgenodigd, maar nog niet gevaccineerd, blijft de termijn op 12 weken. Er kan niet herboekt worden. In Vlaanderen zal vanaf de uitnodigingen die morgen vertrekken, voor vaccinatie vanaf 24 mei, de termijn naar 8 weken worden gebracht. 

Op die manier wordt een correct evenwicht gegarandeerd tussen de komende tijd nog sneller eerste prikken zetten, en daarna versnellen voor de tweede prik, klinkt het op het kabinet van Vlaams minister van Volksgezondheid Wouter Beke (CD&V). “We begrijpen dat sommige mensen die al een afspraak hebben voor een tweede Astrazenca-prik na 12 weken, dit willen vervroegen naar 8 weken”, legt ook Joris Moonens uit. “Maar we kunnen op die vraag niet ingaan. Dat zou immers de vaccinatiecampagne weer vertragen, doordat er dan de eerstvolgende weken minder dosissen beschikbaar zouden zijn voor eerste prikken. Ook voor de organisatie van de vaccinatiecentra is dit niet mogelijk. De vaccinvoorraden die elk vaccinatiecentrum krijgt, zijn er niet op voorzien en nog belangrijker, de vaccinatiecentra moeten de komende weken alle capaciteit inzetten om iedereen voor 11 juli een eerste keer te kunnen vaccineren.” 

Het Vlaams Agentschap roept  dan ook op het vaccinatiecentrum niet te contacteren met de vraag om ook na 8 weken een tweede prik te kunnen krijgen. “Een eerste dosis beschermt al uitstekend tegen zware ziekte en ziekenhuisopname in afwachting van de tweede prik.”

In Brussel is vorige week al beslist het interval terug te schroeven naar 8 weken, Wallonië verandert allicht vanaf morgen.

De beslissing betekent wel dat Vlamingen ouder dan 41 jaar opnieuw de kalender zullen moeten bekijken, nadat het Agentschap Zorg en Gezondheid nog maar twee weken geleden een planningstool lanceerde. Die zal nu aangepast moeten worden. Concreet krijgt een 41-jarige volgens de huidige planning zijn eerste prik rond 14 juni. De tweede prik, als er gevaccineerd zou worden met AstraZeneca, zou dan rond 6 september zijn, maar dat zal nu dus 4 weken eerder zijn, of 9 augustus. 

Het inkorten van de tijdsduur heeft geen impact op de bescherming tegen ernstige Covid-19 en hospitalisatie, zeggen de ministers van Volksgezondheid in een mededeling. “Volgens recente studies geeft een tweede dosis na 12 weken een iets hogere beschermingsgraad tegen milde Covid-19, maar is het verschil met de bescherming bij een tweede dosis na 8 weken zeer klein. De eerste prik geeft na 3 weken al een zeer grote bescherming tegen ernstige COVID-19 en hospitalisatie. De 2e prik na 8 of 12 weken zorgt voor eenzelfde duurzame bescherming op langere termijn.”

Vorige week werd op Europees niveau beslist het contract met AstraZeneca niet meer te verlengen, maar dat betekent niet dat er geen leveringen meer komen. België bestelde 7,5 miljoen dosissen, waarvan er nog altijd maar 1,4 miljoen zijn geleverd. De komende twee weken worden er nog eens 450.000 dosissen verwacht, het verdere leveringsschema is nog onbekend.

Of op termijn dezelfde beslissing genomen zal worden voor het Pfizer-vaccin, is nog niet beslist. Daar werd midden maart beslist de termijn te verlengen van 3 naar 5 weken, om zo eveneens sneller meer eerste prikken te kunnen zetten. In principe heeft het ook daar weinig zin om eens alle eerste prikken zijn uitgedeeld, in Vlaanderen in principe tegen 11 juni, nog 5 weken in te calculeren voor de tweede prik. Als er voldoende vaccins zijn, zou de termijn dus ook daar ingekort kunnen worden naar 3 weken.