Amazon wint zaak voor EU-Gerecht tegen belastingbeslissing van Commissie: 250 miljoen euro ‘achterstallige belasting’ geschrapt

In 2017 oordeelde EU-commissaris voor Mededinging Margrethe Vestager dat Luxemburg illegale staatssteun had verleend aan Amazon. Het bedrijf is gevestigd in het groothertogdom en genoot volgens de Deense voordelen ten opzichte van de concurrentie door een gunstige belastingdeal uit 2003, die in 2011 werd verlengd.

Amazon hoefde daardoor volgens Vestager op bijna driekwart van de winst geen belasting te betalen, en droeg vier keer minder af dan andere lokale bedrijven. Volgens haar hanteerde de Luxemburgse fiscus een ongerechtvaardigde methode om de belastingaanslag te berekenen via een constructie met twee Amazon-dochters waartussen met winsten werd geschoven. Daarmee kon Amazon de belastingen drukken. Amazon en de Luxemburgse regering zijn daarop naar het EU-gerecht gestapt. 

 Vestager kondigde aan de uitspraak grondig te zullen bestuderen en mogelijks verdere stappen te ondernemen. “Alle bedrijven moeten hun eerlijke deel van de belastingen betalen”, aldus de eurocommissaris voor Mededinging. Amazon en het Luxemburgse ministerie van Financiën reageerden op hun beurt verheugd op de uitspraak. “We zijn blij met de beslissing die in overeenstemming is met ons standpunt dat Amazon geen speciale behandeling heeft gekregen”, klinkt het bij een woordvoerder van de onlinehandelaar.

In de rechtszaak tegen het Franse energieconcern Engie haalde de Europese Commissie wel haar slag thuis. Het Gerecht van de Europese Unie oordeelde dat de Commissie wel degelijk 120 miljoen euro aan “achterstallige” belastingen mag vorderen doordat Engie gebruikmaakte van illegale staatssteun. In het groothertogdom maakte het energiebedrijf namelijk gebruik van twee gunstige belastingdeals uit 2008 en 2014, waardoor het bedrijf decennialang op bepaalde winsten amper 0,3 procent belasting diende af te dragen.

Engie en Luxemburg kunnen wel nog beroep aantekenen bij het Europese Hof van Justitie.

Vorig jaar werd de Commissie teruggefloten nadat ze Ierland had opgedragen 13 miljard euro “achterstallige” belasting van de Amerikaanse techgigant Apple te innen, en Nederland 25 miljoen van de Amerikaanse koffiebrander Starbucks.