Fernand Huts plant tweede expo Caermersklooster in Gent
"Vanaf de 19e eeuw wordt België een van de belangrijkste industriële naties van de wereld", schetst The Phoebus Foundation de tijdsgeest. "Boeren worden arbeiders. Ze verlaten het platteland voor de stad en hokken daar dicht op elkaar gepakt in stinkende beluiken. Fabrieksschoorstenen walmen dag en nacht. Geen wonder dat het heimwee naar het verloren boerenleven steekt."
Kunstenaars als Emile Claus, Gustave Van de Woestyne, George Minne en Valerius De Saedeleer verlaten het vuile Gent, gaat de Foundation verder. "In de Leiestreek kunnen ze vrij ademen, en vinden ze echo's van de verloren idylle. Elk op hun manier zoeken ze - bewust of onbewust - hun "roots". In hun schilderijen, beelden en tekeningen zweemt een soort collectieve essentie van wat Vlaanderen is. Een monumentale, complexloze en vaak bijna spirituele ode aan de streek en haar bewoners."
De Eerste Wereldoorlog blijkt een breuklijn, zegt de Foundation. "Buitenlandse ballingschappen maken dat kunstenaars als Gust. De Smet, Frits Van den Berghe, Constant Permeke en Edgard Tytgat voeling krijgen met wat internationaal beweegt op de artistieke scène."
De tentoonstelling bevat werk uit eigen en private collecties, maar ook die van Belfius, de Vlaamse Gemeenschap, de provincie Oost-Vlaanderen en Collectie De Bode net als werk uit galerijen Francis Maere Fine Arts en Oscar De Vos.
De expo "Oer, de wortels van Vlaanderen" loopt van 15 maart tot 6 augustus 2017 in Caermersklooster Gent.