De rechtszaak die ruim 2.000 Arco-coöperanten, bijgestaan door het advieskantoor Deminor, hadden ingesteld tegen meerdere Arco-vehikels, ex-Arco-topvrouw Francine Swiggers, de Belgische staat en Belfius, zal in juni behandeld worden door de Brusselse ondernemingsrechtbank. De zittingen zullen plaatsvinden op 9, 10, 17, 18 en 30 juni 2021, in de Justitia-site, in de voormalige Navo-gebouwen in Haren. Dat meldt de woordvoerder van de Brusselse ondernemingsrechtbank maandag.
Arco, de gewezen financiële arm van de christelijke werknemersorganisatie Beweging.net (ex-ACW), was voor de val van Dexia een van de grootste aandeelhouders van de financiële groep. De belangrijkste takken van Arco – Arcopar, Arcofin en Arcoplus – gingen in vereffening toen Dexia eind 2011 implodeerde. Daardoor riskeren zo’n 780.000 coöperanten en hun erfgenamen hun tegoeden kwijt te spelen.
Waardeloze aandelen
Ze hebben recht op in totaal 1,5 miljard euro. De federale regering stelde zich al in 2008, bij de eerste dreigende ondergang van Dexia, garant voor de terugbetaling van dat bedrag. Maar de Europese Commissie schoot die staatswaarborg af, net als het Europees Hof van Justitie. Veel Arco-coöperanten wisten of beseften niet dat Arco vooral investeerde in de bank Dexia; en waren dan ook verrast toen bij het faillissement van de bank bleek dat hun aandelen waardeloos werden.
Het overgrote deel van de Arco-aandeelhouders van weleer heeft geen procedure lopen, maar zo’n 2.400 aandeelhouders lieten zich bijstaan door het advieskantoor Deminor. Zij spanden een rechtszaak aan tegen onder meer de Belgische staat, een aantal Arco-vennootschappen en de staatsbank Belfius. Het is dat dossier dat in juni behandeld wordt, zeven jaar na de start van de procedure en bijna tien jaar na de val van Dexia.
