Direct naar artikelinhoud
AchtergrondBlack Lives Matter

Eén jaar na de dood van George Floyd: wat is er veranderd?

Eén jaar na de dood van George Floyd: wat is er veranderd?
Beeld AP

8 minuten en 46 seconden duurde de video waarin de dood van George Floyd werd geregistreerd. De wereldwijde verontwaardiging was niet in cijfers te vatten. Een jaar Black Lives Matter: wat het heeft teweeggebracht, en wat niet.

en

TAAL:  ‘Van blank wit maken, verandert helemaal niks’

‘Ben je blank of ben je zwart’, zong Isabelle A in de prille jaren ’90. Het was toen het ultieme antiracismelied – tot grote ergernis van het toenmalige Vlaams Blok dat tijdens haar optredens zelfs betoogde tegen het nummer. De kans is reëel dat Isabelle A vandaag kritiek zou krijgen op de tekst van de song – ‘wit’ is nu de geprefereerde term. Of zoals jongerenplatform WatWat het omschrijft: “Blank betekent ‘leeg’ of ‘niets’ en is dus geen kleur. Door ‘blank’ te zeggen, lijkt het dus alsof iemand geen huidskleur heeft. Daarnaast is het een woord uit ons koloniaal verleden. Daar betekende blank ook ‘maagdelijk, onschuldig en rein’. Witte mensen waren beter dan ‘wilde’ zwarte mensen, die vaak slaven waren.”

In Nederland is dat bewustzijn er al langer. Denk maar aan het boek Hallo, witte mensen (2017) van Anousha Nzume. “Taal is namelijk niet alleen taal. Het is ook context, geschiedenis, culturele aannames en politiek”, zei zij daarover.

Reinhilde Pulinx, senior onderzoeker aan het Expertisecentrum Inclusive Society van de hogeschool UCLL, ziet dat ook in het zuiden van het Nederlandse taalgebied de BLM-strijd een invloed op ons taalgebruik begint te hebben. “Denk maar aan termen als allochtoon en autochtoon, of gastarbeider. Die worden vandaag nauwelijks nog gebruikt. We hebben het nu over mensen met een migratieachtergrond. Taal dient om dingen te benoemen. Verandert je maatschappij, dan verandert ook je taal.”

Pulinx en haar studenten registreerden het afgelopen jaar een hele hoop nieuwe termen die ingang hebben gevonden. Van wit privilege, witte fragiliteit en dekolonisatie tot woke. Al die begrippen zouden moeten helpen om het racismedebat grondiger te kunnen voeren. Alleen dreigen ze ook het tegenovergestelde te doen, vreest Pulinx.

“Heel veel mensen weten niet wat een begrip als wit privilege of woke precies betekent. Omdat ze vooral niks verkeerd willen zeggen, gaan ze het debat niet meer aan. En dat moeten we toch te allen prijze proberen te vermijden.”

Schrijfster Anousha Nzume: ‘Taal is niet alleen taal. Het is ook context, geschiedenis, culturele aannames en politiek.'Beeld Foto: Leo Vogelzang VOF

En dus vindt Pulinx dat we best leven aan de hand van het aloude adagium: klinkt het niet, dan botst het maar. “We zitten vandaag in een leerfase, en dan hoort fouten maken erbij”, zegt zij. En hoe snel er een gemaakt is, ondervond minister Hilde Crevits (CD&V) afgelopen week nog na een Facebookpost over melocakes.

“Ik vergelijk het met het leren van een vreemde taal”, zegt Pulinx. “In feite is dat precies wat we vandaag aan het doen zijn: we leren een nieuwe, inclusieve taal. Dat heeft tijd nodig en vraagt veel geduld, zowel van de leerlingen als van de native speakers.”

Voor Orhan Agirdag, professor pedagogie aan de KU Leuven en de Universiteit van Amsterdam en auteur van het boek Onderwijs in een gekleurde samenleving, is de hele taaldiscussie het minste van zijn zorgen. “Ja, ‘wit’ is correcter dan ‘blank’. Maar verander je een machtsstructuur door je taal aan te passen? Je verandert helemaal niks. Het werkt omgekeerd. Verander je machtsstructuur en je taal zal automatisch volgen.”

Pedagogieprofessor Orhan Agirdag (KU Leuven): 'Verander je een machtsstructuur door je taal aan te passen? Nee, het werkt omgekeerd. Verander je machtsstructuur en je taal zal volgen.'Beeld Thomas Nolf

De hele vocabulariumdiscussie is een perfect excuus, vindt Agirdag. Een decoratieve, cosmetische ingreep om het vooral niet over de essentie te hebben en privileges onaangetast te laten, noemt hij het. “Negenennegentig procent van de schoolbesturen en lerarenkorpsen zijn wit. Dát is het probleem. Kijk naar uw eigen krant. Jaren geleden schrapten jullie de term allochtoon uit de kolommen. Maar waar is de kleur op uw redactie? Daar is nul evolutie. Dat vocabulariumactivisme gaat ons helemaal nergens brengen.”

Het zoeken naar alternatieven legt voor Agirdag vooral pijnlijk bloot hoe groot het gebrek aan raciaal vocabularium is in Europa. “Allochtoon, mensen met een migratieachtergrond, nieuwe Belg. Er wordt wanhopig gezocht naar eufemismen om maar te vermijden dat we ‘bruin’, ‘Aziatisch’, of ‘zwart’ moeten zeggen. In de VS is ras geen taboe, daar erkent men dat het een sociaal construct is, een verwijzing naar uiterlijke kenmerken van een groep. In Europa zindert op dat vlak WO II nog na.

“Maar als we hier niet over ras durven te praten, als we geen raciaal bewustzijn hebben, hoe kunnen we dan ooit racisme begrijpen?”

WONEN, WERKEN, ONDERWIJS: ‘Tijdens corona twee keer zoveel discriminatie op de woningmarkt’

“Aan de KU Leuven heb ik geen enkele zwarte professor gehad. De enige plek waar je diversiteit ziet is bij het technisch personeel, in het studentenrestaurant Alma. Ik zeg dit met het grootste respect voor deze onderbetaalde poetsmedewerkers, maar het is een probleem als je een gemeenschap vooral op dezelfde plekken ziet werken.”

Nozizwe Dube, studente rechten en gewezen voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad, legt de vinger op de wonde: veel zwarte mensen worden niet aangeworven omwille van hun huidskleur, constateert zij. “Belgen met Congolese, Rwandese en Burundese wortels hebben gemiddeld gezien een heel goede scholingsgraad, maar zijn oververtegenwoordigd in de werkloosheidscijfers. Nochtans wordt het ons in het onderwijs niet makkelijk gemaakt. Veel zwarte leerlingen worden systematisch op het spoor van andere richtingen gezet die niet overeenkomen met hun talenten en competenties. ‘Moet je niet gaan werken?’, krijgen ze te horen als ze advies vragen.”

Els Keytsman, directeur van Unia: 'Blijven we evolueren in het tempo van de afgelopen jaren, dan duurt het nog zestig jaar voor we gelijkheid hebben op de arbeidsmarkt.'Beeld Thomas Nolf

De bevindingen van Nozizwe worden bevestigd door diversiteitsbarometers en andere rapporten. De diagnose is allang gesteld, de remedie verre van toereikend. Uit de socio-economische barometer van gelijkekansenorganisatie Unia uit 2020: meer mensen van vreemde origine vinden een job. Maar: ze blijven daarmee nog heel ver onder het niveau van hun landgenoten met Belgische origine.

Els Keytsman, directeur van Unia, windt er ook vandaag geen doekjes om. “Blijven we evolueren aan het tempo van de afgelopen jaren, dan duurt het nog zestig jaar vooraleer we gelijkheid hebben op de arbeidsmarkt.” En daar zal Black Lives Matter het afgelopen jaar weinig aan veranderd hebben, vreest ze. Op die cijfers is het nog wachten tot volgend jaar: de barometer waarin de data van 2020 zelf vervat zitten, komt dan pas uit.

En toch gelooft Keytsman dat er wel een effect bestaat. “Er is een groeiend bewustzijn, zeker. Er ook iets aan doen, dat is een ander paar mouwen. Daar proberen wij ondersteuning te bieden, bedrijven helpen om de werkvloer diverser te maken.”

Precies dat moet in het onderwijs ook gebeuren, zegt Keytsman. En dan niet alleen op het vlak van een gekleurder leraren- en bestuurkorps. “We weten uit onderzoek dat zelfs in de kleuterklas de juffen en meesters automatisch meer in gesprek gaan met de kindjes die al Nederlands kunnen. Zij worden zo extra gestimuleerd en krijgen meer aandacht. Terwijl de anderen het juist meer nodig hebben. En eigenlijk begint het nog veel vroeger: waar word je geboren, in welk gezin, in welke omgeving woon je?”

'Belgen met Congolese, Rwandese en Burundese wortels hebben gemiddeld gezien een heel goede scholingsgraad, maar zijn oververtegenwoordigd in de werkloosheidscijfers’, zegt Nozizwe Dube, gewezen voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad.Beeld © Eric de Mildt

En laat nu die woningmarkt ook zo’n klassieke hotspot voor discriminatie zijn. Dat bleek eind vorig jaar nog eens toen de stad Antwerpen haar langverwachte onderzoek naar discriminatie op de huurmarkt voorstelde. Het resultaat van een jaar lang praktijktests bij 280 makelaars: ruim 40 procent van hen bleek te discrimineren op basis van de herkomst van de kandidaat-huurder. Drieëntwintig procent deed dat af en toe, 18 procent systematisch.

Dat het afgelopen jaar daar veel soelaas heeft gebracht, is wensdenken. Professor sociologie Pieter-Paul Verhaeghe (VUB), die de praktijktests in Antwerpen coördineerde, registreerde vorig jaar nog een pervers corona-effect. Doordat de huisbezoeken tijdens de eerste lockdown een tijdlang waren opgeschort, had de vraag naar woningen zich opgestapeld, maar was het aanbod niet gevolgd. Makelaars moesten vervolgens selecteren wie ze nog uitnodigden: de discriminatie ging in die periode liefst maal twee. Sindsdien is de situatie weer “genormaliseerd”, zegt Verhaeghe. Dat wil zeggen: ze zit opnieuw op het niveau van voor corona.

Heeft BLM dan totaal geen effect gehad op de woningmarkt? Verhaeghe wikt zijn woorden. “Op de arbeidsmarkt zijn er onder impuls van minister van Werk Hilde Crevits (CD&V) eind vorig jaar sectorconvenanten afgesloten: bedrijfstakken gaan uitzoeken waar er discriminatie plaatsvindt en op welke gronden. Dat is een stap vooruit, ook al zijn er helaas geen sancties aan verbonden wanneer een bedrijf vervolgens beslist om niks te doen aan die discriminatie. Maar op de woningmarkt zien we zelfs dat niet. De bevoegde minister is dan ook van een partij (Matthias Diependaele, N-VA, red.) die tegen praktijktests is.”

En toch ziet de socioloog een sprankeltje hoop. Die 23 procent in Antwerpen, die af en toe discrimineert, die valt nog wel te overtuigen, denkt hij. “De laatste decennia zien we ook een positieve trend, heel geleidelijk aan daalt de discriminatie op de huurwoningmarkt op basis van herkomst. Op de arbeidsmarkt zien we die daling evenwel nog niet. Maar de groep die al radicaal tegen was, zoals die 18 procent die doelbewust huurders uitsluit, die gaan precies door het veranderende klimaat alleen nog maar verharden in hun standpunt.”

CULTUUR: ‘Het volstaat niet om zwarte mensen op de affiche te zetten. Laat ons zélf het programma samenstellen’

De protesten van Black Lives Matter zorgden het voorbije jaar alvast voor een groter zelfbewustzijn van de zwarte gemeenschap in de culturele wereld.

Waar de Oscars in het teken stonden van diversiteit, kwamen de Golden Globes onder vuur te liggen wegens gebrek aan mensen van kleur in de jury. Regisseur Chloé Zhao gebruikte de bekendheid die ze verwierf door haar film Nomadland om zich uit te spreken tegen de discriminatie van Aziaten in de VS. Cardi B klaagde racisme in de muziekwereld aan. In ons taalgebied kwam het tot een fel debat over de vertaalrechten van het gedicht ‘The Hill We Climb’ van Amanda Gorman, die tijdens de inauguratie van de Amerikaans president Joe Biden talloze mensen inspireerde. Het was een moment vol symboliek.

Cardi B klaagde racisme in de muziekwereld aan.Beeld RV

De Nederlandse curator, oprichter van socialemediaplatform Diversity Rules en zwarte activiste Janice Deul zet zich al sinds 2013 in voor inclusiviteit. Aanvankelijk alleen in de mode, daarna ook in media en kunst. Ze hekelde in een opiniestuk hoe uitgeverij Meulenhoff schrijver Marieke Lucas Rijneveld uitkoos. ‘Ze is wit, non-binair, heeft geen ervaring op dit gebied, maar is toch de ‘gedroomde vertaler’?’, schreef ze. ‘Een dergelijk blijk van vertrouwen wordt niet vaak aan mensen van kleur gegund. (...) Niets ten nadele van de kwaliteiten van Rijneveld, maar waarom niet gekozen voor een literator die – net als  Gorman – spokenwordartist is, jong, vrouw én: unapologetically Black?”

Enkele maanden later blikt Deul, als we haar bellen, terug op haar interventie. “De reacties die ik kreeg waren good, bad and ugly. Toch had dit vooral een heel positieve uitkomst. Rijneveld gaf de opdracht terug. De uitgever is dan toch in zee gegaan met een jonge uitgeverij (Wilde Haren, red.) die gerund wordt door twee zwarte activistes (D’Avellonne van Dijk en Loulou Drinkwaard, red.). Zij zoeken nu een spokenwordartist met eenzelfde profiel als Gorman voor de vertaling van het gedicht.”

Amanda Gorman draagt haar gedicht voor tijdens de inauguratie van Joe Biden. Wie mag het vertalen?Beeld Photo News

Deul juicht het toe dat mensen van kleur in de literaire sector nu een groter podium krijgen, maar waarschuwt dat de aandacht blijvend moet zijn. “Afgelopen zomer zagen we veel zwarte BLM-vakjes op sociale media, ook in de culturele wereld, maar ik hoop dat het daarmee niet eindigt”, zegt ze. “We blijven vaak te veel hangen in het tijdelijk tonen van zwarte gezichten, terwijl we daadwerkelijke inclusie moeten bereiken. Neem nu de podiumkunsten of musea. De beleidsmakers zijn doorgaans wit. Het volstaat niet om zwarte artiesten of kunstenaars te programmeren, nee, zwarte mensen moeten óók programmeren, produceren en cureren.”

Nadia Nsayi werd curator beeldvorming voor ‘100 x Congo’ in het Antwerpse MAS.Beeld Illias Teirlinck

In België is er op dat vlak ook verbetering. Zo werd Nadia Nsayi curator beeldvorming voor 100 x Congo in het Antwerpse MAS, en eind vorig jaar werd Melat Nigussie de nieuwe directeur van de Brusselse Beursschouwburg. Maar de weg is nog lang, ook in Nederland, erkent Deul. “Wij lopen niet voorop, hoor.”

Melat Gebeyaw Nigussie (m) werd in september 2020 algemeen artistiek directeur van de Brusselse Beursschouwburg. In maart kwam koning Filip langs.Beeld BELGA

Zelf is ze op dit moment cocurator van de grote modetentoonstelling Voices of Fashion: Black Couture, Beauty & Styles in het Centraal Museum van Utrecht. “Zwarte makers en culturen worden vaak gemarginaliseerd of gestereotypeerd, in en buiten de mode. Ik ben blij dat het Centraal Museum hier actief verandering in brengt. Onder meer door het initiatief Musea Bekennen Kleur. Ook kochten ze al een aantal stukken van deelnemers aan de Voices of Fashion-expositie aan, die nu permanent te zien zullen zijn.”

MEDIA EN RECLAME: ‘Reclame zal er de komende jaren helemaal anders uitzien’

Een zwarte vrouw die vrolijk aperitieft met haar twee jonge kinderen, terwijl een witte man met man bun glimlachend de groenten snijdt. Een blonde vrouw met vleestang in de hand, maakt plezier met haar Aziatische vriendin. Twee jonge gasten, een tegendraadse puber, een klassiek gezin. Vijftien seconden duurt de nieuwe barbecuereclame van Colruyt en ze bulkt van de diversiteit. Zeker in vergelijking met het melkfleswitte filmpje dat twee jaar geleden het grillseizoen moest inluiden.

Nee, dat is geen toeval, geven ze bij de supermarktketen na enig aandringen toe. “Dat betekent niet dat we daar vroeger geen aandacht voor hadden, maar wellicht gaan we er nu alerter en bewuster mee om.”

Ja, er is iets gebeurd het afgelopen jaar, zegt Rachid Lamrabat, etnomarketeer en oprichter van strategisch marketing- en communicatiebureau Tiqah. “Merken hadden al langer aandacht voor diversiteit en inclusiviteit, maar nu is die focus heel duidelijk verscherpt. Van een merk als Nike verwacht je niet anders dan dat ze inclusief zijn. Zij kregen jaren geleden al veel over zich heen omdat ze Colin Kaepernick, de American footballspeler die knielde uit protest tegen het politiegeweld tegen zwarte mensen, als uithangbord contracteerden. Maar dat ook anderen hun nek uitsteken, dat is heel opvallend en echt niet toevallig.”

Lamrabat denkt dan aan Lego, dat vorig jaar vier miljoen dollar doneerde aan goede doelen die aandacht hebben voor zwarte kinderen. Of aan merken als Pepsi Co en Virgin. “Die wilden vroeger absoluut neutraal zijn. Vandaag maken ook zij politieke statements.”

Maar dat zijn voorbeelden ver van ons bed. Dichter bij huis ligt het toch iets moeilijker om heel goede voorbeelden te vinden. Deed het volgens Lamrabat recent wel goed: Albert Heijn. De supermarktketen kleedde zijn winkels de afgelopen maand als enige retailer in ramadanthema aan. Het grote punt, vindt Lamrabat, is dat de meeste merken vandaag wel inclusief proberen te zijn in hun reclame, maar niet intern, in hun eigen personeelsbeleid. En dan krijg je geforceerde resultaten, zegt hij. “Wat voor zin heeft het om het hele charter aan diversiteit in 15 seconden te laten zien? Daar kun je dan misschien mee naar Cannes om de prijs voor de meest diverse reclame weg te kapen, maar authentiek is het in ieder geval niet.”

Ramadan bij Albert Heijn.Beeld Facebook / Albert Heijn

Dat er toch íéts beweegt nu, is voornamelijk omdat bedrijven de sociale media in hun nek voelen hijgen, zegt Lamrabat. “Er is een hele generatie opgestaan die het echt heeft gehad met discriminatie. En ze laten het horen ook. Staat hen iets niet aan, dan posten ze het op sociale media. Zien ze iets dat ze niet vinden kunnen, maken ze er een filmpje van. Die tools zijn zo krachtig vandaag dat bedrijven er echt bang voor zijn. Ze willen niet meer te boek staan als niet-inclusief, dat is wat Black Lives Matter toch heeft teweeggebracht.”

Hanan Challouki, oprichter van strategisch communicatie­bureau Inclusified, onderschrijft de bevindingen van Lamrabat. “Ik durf te voorspellen dat we de komende jaren een echte shift gaan zien binnen de reclame. De eerste bouwstenen worden nu gelegd”, zegt zij. “Bedrijven erkennen vandaag dat ze blinde vlekken hebben. Dat is vooruitgang.”

Op het vlak van media, een ander stokpaardje van Challouki, is er minder goed nieuws te rapen. Is er meer aandacht voor de BLM-thema’s? Dat wellicht wel. Maar wordt dat ook door de media zelf uitgedragen? Challouki, die onder anderen meewerkte aan het VRT-jongerenprogramma wtFock, is categoriek. “Het gebrek aan diversiteit in het medialandschap is hoegenaamd niet opgelost door Black Lives Matter. Het is niet omdat je wat kleur hebt op tv, dat er ook echte diversiteit is. Ik mis het verschil in visie, de inhoudelijke diversiteit. Daar is nog heel veel werk aan de winkel.”

Maar ook louter op het vlak van kleur moeten de verschillende media het hoofd diep buigen. Zowel kranten- als tv-redacties zijn nog buitenproportioneel wit. En de eerste nog veel meer dan de laatste. Ook daar luidt het dat het bewustzijn er wel degelijk is – geen redactie die diversiteit vandaag niet met stip bovenaan de agenda heeft staan. Maar op een zwart schermgezicht, zoals weervrouw Cécile Djunga op RTBF (die overigens een stortvloed aan racistische opmerkingen te verwerken kreeg) of het Britse nieuwsanker Clive Myrie, is het hoe dan ook nog steeds wachten. Op een nieuwslezeres met hoofddoek, zoals de Britse Fatima Manji evenzeer.

Nozizwe Dube (ex-voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad): 'Een zwarte vrouw met afrohaar als nieuwsanker bij de VRT, dat ga ik in mijn leven niet zien.'Beeld Wouter Van Vooren

Of om het met Nozizwe Dube, ex-voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad, te zeggen: “Een zwarte vrouw met afrohaar als nieuwsanker op de VRT, dat ga ik in mijn leven niet zien. Ze bevinden zich ook niet op eindredacties, waardoor er over racisme altijd basisdebatten volgens een eurocentrische framing worden gevoerd.

“Een actueel voorbeeld is de berichtgeving over de Israëlische bombardementen op Palestina. Wij als zwarte mensen herkennen ons in de situatie van de Palestijnen omdat ze slachtoffer zijn van kolonialisme. Ik vind het frappant dat de meeste media dit niet als kolonialisme benoemen, maar dit vanuit een eurocentrisch westers perspectief omschrijven als een gewoon conflict met twee gelijke kanten.”

SPORT: ‘Zwarte Amerikanen vinden we cool. Europese zwarten zijn criminelen’

Vijf jaar, zo lang is het al geleden dat Colin Kaepernick op één knie ging zitten tijdens het Amerikaanse volkslied. De American footballspeler stelde zo het politiegeweld tegen zwarte burgers aan de kaak. En hij was niet de eerste sporter die in het verweer ging tegen racisme. Dat deed Mohammed Ali een halve eeuw geleden al.

En toch zie je sinds de dood van George Floyd een verschil, zegt professor sportsociologie Jeroen Scheerder (KU Leuven). “Voor het eerst werd het protest een collectief gegeven. Het Amerikaanse basket ging in staking en heel wat andere sporten volgden. Het tennis, bij uitstek een witte wereld, greep zelfs in: de Japanse Naomi Osaka weigerde vorige zomer de halve finales van het toernooi in Cincinnati te spelen nadat een zwarte man door de politie was neergeschoten. Vervolgens werd het hele toernooi een dag stilgelegd. Dat is ongezien. Zelfs Lewis Hamilton uit de geprivilegieerde F1-sport sprak zich heel duidelijk uit. Sport hoorde steeds apolitiek te zijn – herinner u ‘The Games Must Go On’, na de aanslagen tijdens de Olympische Spelen van München in 1972.”

Tennisster Naomi Osaka weigerde vorige zomer aan te treden in de halve finales van het toernooi van Cincinnati,nadat een zwarte man door de politie was neergeschoten.nisBeeld AP

Dat clubs en sportbonden zo lang stil bleven, is volgens Scheerder niet moeilijk te verklaren: de crux zit bij de sponsors, die politieke statements schuwden uit angst om klanten te verliezen. Vandaag hanteren ze de omgekeerde redenering. Met deze kanttekening, evenwel: Kaepernick heeft sinds 2016 geen professionele match meer mogen spelen.

Stel de vraag of er iets veranderd is het afgelopen jaar aan ex-voetballer Paul Beloy, en het antwoord is veel scherper. “Wat er gebeurd is, is dat Afrikaanse mensen zich eindelijk bewust geworden zijn van waarden en normen en hoe die in het verleden vertrappeld zijn. Jonge witte mensen beseffen dat nu ook. Maar laat u alstublieft niet vertellen dat er vooruitgang geboekt is. Dat is niet het geval. Ik ben helemaal niet optimistisch.”

Eigenlijk is Beloy zelfs verontwaardigd dat we hem de vraag stellen. “Ik ken u niet, maar ik hoor uw naam en uw stem: u hebt geen migratieachtergrond. En uw cheffen ongetwijfeld ook niet. Mocht dat wel zo zijn, zou u dit stuk niet schrijven. Dan zou u het antwoord weten. Mensen van kleur weten het, zij ervaren dit elke dag. Het is niet omdat er vorig jaar zoveel mensen op straat gekomen zijn, dat er iets veranderd is.”

Vijf jaar, zo lang is het al geleden dat Colin Kaepernick op één knie ging zitten tijdens het Amerikaanse volkslied. Sinds 2016 heeft hij geen professionele match meer mogen spelen.Beeld EPA

Hét bewijs, zegt ex-basketinternational en RTBF-commentator Duke Tshomba, is het feit dat de FIFA al twee decennia voor iedere Champions League- of Europa Leaguewedstrijd een ‘No To Racism’-filmpje toont.” In het basket is het overigens niet veel beter gesteld, zegt hij. “Ja, er is het voordeel dat zwarte spelers oververtegenwoordigd zijn in onze sport. Maar dat voordeel houdt op wanneer ze niet Amerikaans zijn. Zwarte Amerikanen, die vinden we cool. Dat zijn Obama, Will Smith, Michael Jordan. Maar Afrikaanse en Europese zwarten, dat zijn wife beaters, armoezaaiers, criminelen. En dat voelen we op het veld, van kleins af. Het is ook zoals Romelu Lukaku zegt: een zwarte speler zal om zijn kracht geprezen worden. Nooit om zijn techniek of intelligentie.”

En zo’n Lukaku, die kan dat racisme wel plaatsen, zegt Beloy. “Hij wordt gesteund, hij weet ook beter. Maar wat met de kleine Tarik, die de huid volgescholden wordt door een witte mama aan de zijlijn en wiens eigen ouders daar niet zijn omdat ze kansarm zijn en wel andere zorgen aan hun hoofd hebben dan naar het voetbal van hun zoontje te gaan kijken?”

Een studie naar discriminatie in het Belgische jeugdvoetbal van Scheerder en zijn collega’s bracht het probleem dit voorjaar voor het eerst in kaart. Zevenendertig procent van de jeugdspelers zegt daarin de afgelopen twee jaar te maken gehad hebben met een vorm van discriminatie. Eenendertig procent van die spelers zegt dat zijn of haar huidskleur daar de oorzaak van is.

Maar het probleem zit niet alleen daar. Zoals FC United, de documentairereeks op Canvas, de afgelopen weken blootlegde: voetbal mag in onze contreien dan wel de meest multiculturele der sporten zijn, de bestuurskamers zijn nog steeds wit. Het is een van de dingen die de Belgische voetbalbond wil aanpakken met een nieuw actieplan tegen racisme en discriminatie. Een ander actiepunt van de bond: het oprichten van een disciplinaire Kamer die vanaf komend seizoen meldingen van racisme moet behandelen. Nog een plan: het installeren van een Diversity Board, een adviesraad van ervaringsdeskundigen, zeg maar.

Ex-voetballer Paul Beloy: ‘Voetbal mag dan wel multicultureel zijn, van gelijkheid is ook daar totaal geen sprake.’Beeld Eric de Mildt

Een van de leden is Beloy. Hij weet alvast wat hij op tafel wil leggen. “Waarom hebben wij het hier over voetbal? Golf, tennis, hockey: zij hebben geen racismeprobleem. Maar daar zit dan ook geen kleur. En dat is niet omdat een zwarte jongen geen hockeystick zou kunnen vasthouden. De drempels om toe te treden zijn zo ongelooflijk hoog. En voetbal mag dan wel multicultureel zijn, van gelijkheid is ook daar totaal geen sprake.”

Beloy wijst naar de spelers in eerste klasse. “Hoeveel verdienen die gemiddeld? Zou niet ieder spelertje op onze velden de kans moeten hebben om dat ook te bereiken?” De hoge lidgelden voor de clubs zijn daar al een eerste obstakel, zegt Beloy. De opleiding een tweede. Spelers met talent worden nu al vroeg gedetecteerd en weggekaapt door de grote clubs. Maar die bevinden zich vaak ver van huis en het is lang niet in ieder gezin mogelijk om vier maal per week chauffeur te zijn voor zoon- of dochterlief.

Beloy pleit er daarom voor om meer uren sport op school te geven en onder meer voetbaltraining in het leerprogramma te integreren: “Op de GO! Campus Van Eyck in Maaseik kunnen jongeren van 10 tot 18 jaar nu kiezen voor vier uur voetbal of vier uur multisport. Ongeacht de richting die ze volgen. Installeer dat systeem overal en dan kunnen we misschien beginnen te spreken van gelijke kansen.”

DENKEN: ‘Veel mensen ontkennen zelfs dat er racisme is’

“De moord op George Floyd op 25 mei vorig jaar is een soort katalysator geweest om een aantal evoluties te versterken”, zegt moraalfilosoof Patrick Loobuyck (UAntwerpen/UGent). “Zijn dood heeft hier ons denken over antiracisme, dekolonisering en het gebruik van politiegeweld tegen minderheden op een nieuw spoor gezet. Alles komt samen in Black Lives Matter.”

Tegelijk blijft de zwarte gemeenschap in België wachten op concrete verandering. “Ik denk dat BLM slechts even op het denken in onze samenleving woog”, zegt Nozizwe Dube, gewezen voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad en Young European of the Year ’17. “Na Floyds dood struikelden bijna alle politieke partijen over elkaar heen met boodschappen dat ze ons belangrijk vonden. We zagen zwarte vuistjes op sociale media. Daarna niets meer... Veel mensen ontkennen zelfs dat er racisme is. Of ze erkennen het in de VS, maar zien het niet hier.”

“Black Lives Matter bleek een soort ‘eureka-moment’, en dat bedoel ik licht ironisch”, zegt Lieven Miguel Kandolo (27), covoorzitter van vzw Hand in Hand (tegen racisme) en coauteur van Yaya na Leki over de leefwereld van zwarte jongeren in België. “Door BLM werden de federale regering en de deelregeringen het in september vorig jaar na twíntig jaar eindelijk eens om een ‘Nationaal Actieplan Tegen Racisme’ uit te werken. Er zouden praktijktests komen. Is dit nu ernst of politieke profilering?

Lieven Miguel Kandolo, covoorzitter van vzw Hand in Hand: 'Black Lives Matter bleek een soort ‘eureka-moment’, en dat bedoel ik licht ironisch.'Beeld Wouter Maeckelberghe

“Bij de zwarte gemeenschap blijven ­twijfels en heerst er diversiteitsmoeheid. Iedereen kent momenten waarvan we dachten, ‘aha, eindelijk verandering’, en dan gebeurt er niets. Echt verbeteren zal het maar als beleidsmakers ook durven hun beslissingsmacht te herverdelen. Ze moeten niet alleen naar ons luisteren, maar met ons handelen.”

Volgens Loobuyck heeft BLM het debat over diversere representatie versterkt, ook aan zijn universiteit. “BLM heeft ook de discussies verder aangevuurd over de dekolonisering van onze curricula en in hoeverre, maar ook hoe, we onze studenten perspectieven uit de niet-westerse wijsbegeerte kunnen bijbrengen”, zegt hij. “We zeggen er nu ook vaak explicieter bij dat bijvoorbeeld de Schotse filosoof David Hume opvattingen had die we nu racistisch noemen. De BLM-protestbeweging geeft voer om die oefeningen te maken.”

Protest aan het standbeeld van Leopold II in Brussel.Beeld REUTERS

Dube is sceptisch dat betere representatie op korte termijn het denken zal veranderen. “We gaan dit niet oplossen door morgen een zwarte vicerector aan te stellen. Eén zwarte persoon toevoegen gaat niet veel veranderen aan tafels gebouwd op racistische en andere uitsluitende principes.”

Ze noemt Kamala Harris een goed voorbeeld. Tijdens haar campagne gaf ze aan dat ze een eerlijker justitie wilde voor Amerikanen van kleur, maar als openbare aanklager in Californië verdedigde ze net zoals haar tafelgenoten de doodstraf en keurde ze een wet af die schietpartijen door agenten verplicht onderzoekt. Ook onze rechtspraak en rechtsleer over discriminatie is niet zo inclusief als men denkt. “Wie als slachtoffer van racisme naar de rechtbank stapt, wordt nu gedwongen één uitsluitingsgrond te kiezen. Maar wat doe je als je gediscrimineerd werd omdat je een zwarte vrouw bent of een lgbtq-moslima? Meerdere vormen van discriminatie die tegelijk plaatsvinden worden om die reden gewoon niet behandeld.”

VS-vicepresident Kamala Harris. Zal ons denken op korte termijn veranderen als er meer vrouwen op hoge en zichtbare posities komen?Beeld Getty Images

Dube vindt ook veel nieuwe bewustmakingscampagnes rond racisme nog te eurocentrisch bedacht. “De huidige aanpak verandert volgens mij niets. We moeten veel meer inzetten op het erkennen en aanpakken van de oorsprong van het racisme hier, de koloniale geschiedenis. Hoe zetten we dat recht? We kunnen om te beginnen wat gestolen of geplunderd is terugbrengen. Het is niet van ons. Je kunt daarvoor een wetgevend kader scheppen. Als dit niet gebeurt, zal de zwarte gemeenschap dat een blijvend onrecht vinden.”

Of dit lukt met de huidige generatie politici is maar de vraag. Dube: “Kolonialisme zit nog diep ingebed in het denken van het beleid. Kijk maar naar de ‘internationale samenwerking’ van België en Europa. Het achterliggende idee is nog steeds dat Afrikaanse landen ‘ontwikkeld’ moeten worden, en dat ze daarvoor een traject moeten volgen dat door landen hier wordt opgelegd. Het echte probleem is de globale machtsongelijkheid, ontstaan door de koloniale plunderingen. Kijk maar naar de covidvaccins nu. Westerse landen, ook wij, houden de vrijgave van levensreddende patenten voor Afrika tegen.”

POLITIEGEWELD: ‘Meldingen over racisme door politie verdubbelden in vijf jaar tijd’

“Voor de zwarte jongeren op straat is er niet veel veranderd in hun relaties met de politie, integendeel”, zegt Lieven Miguel Kandolo, die door zijn opbouwwerk veel contact heeft met zwarte jongeren. “Dat ik nu spontaan namen kan noemen van mensen die stierven onder verdachte omstandigheden tijdens politie-ingrepen is veelzeggend: Mawda, Adil, Ibrahima... In het voorbije jaar nam volgens mij de polarisatie toe, ondanks Black Lives Matter.

Els Keytsman, directeur van gelijkekansencentrum Unia, bevestigt dat het aantal raciale incidenten toenam, zowel met als zonder geweld. “Er werden vorig jaar 99 dossiers geopend na meldingen wegens racisme door politie en justitie. Het kan daarbij gaan over discriminatie, hatespeech of hatecrime door een agent tegen een burger, een burger tegen een agent, of agenten tegenover elkaar. In vergelijking met 2015 (41 dossiers) spreken we over een verdubbeling”, zegt ze.

Agenten dwingen een demonstrant tegen de grond tijdens BLM-protesten in Brussel.Beeld BELGA

Keytsman sluit niet uit dat de stijging te maken heeft met de aandacht voor de dood van Floyd en BLM. “Er zijn een aantal betogingen geweest waar mensen omwille van hun huidskleur of herkomst disproportioneel hard zijn aangepakt.” Zo werd de vrouw van Arno, Sophie Dewulf, in juni vorig jaar in de marge van een manifestatie hard tegen de muur geduwd door twee agenten. Zij diende klacht in.

“Ofwel is het racisme onder de politie effectief toegenomen of er komen meer meldingen omdat de drempel om klacht in te dienen is verlaagd. Het bewustzijn nam door de zaak-Floyd in elk geval enorm toe”, zegt Keytsman. “Maar er was hier in 2020 ook de uitspraak in de zaak-‘Mega Toby en Sproetje’, waarbij enkele Antwerpse agenten veroordeeld werden voor geweld en discriminatie. Nog een frappant voorbeeld: Pierrette Herzberger-Fofana, een Duits Groen Europarlementslid werd hardhandig opgepakt in Brussel aan het Noordstation omdat ze zwart was.”

Keytsman leidt uit de meldingen ook een raciale tendens af in de beboeting van corona-inbreuken. “Het valt op dat de politie méér optrad in dichtbevolkte buurten van grootsteden waar veel mensen met migratieachtergrond wonen. Zodra ze buitenkwamen, werd hun gedrag als crimineel gezien.”

Miguel Kandolo verwijst naar de dood van Adil en Ibrahima. “Adil ging in april vorig jaar gewoon uit verveling buiten rijden op zijn brommertje, tot hij werd achtervolgd en doodgereden. Of denk aan Ibrahima Barrie, die in januari opgepakt werd na de avondklok voor hij in het commissariaat stierf aan een hartstilstand. Ik spreek niet goed dat er daarna rellen uitbraken maar als je zulke verhalen hoort, moeten we vragen waarom jongeren de politie wantrouwen.”

Gelijkaardige geluiden krijgt jurist Yassine Boubout te horen, die voor het European Network against Racism meewerkt aan een onderzoek naar politiegeweld. “Ik zag veel beelden van excessief geweld maar dat komt ook omdat de zaak-Floyd dit zichtbaarder maakte. Mensen gaan veel sneller agenten filmen als ze denken dat er iets fout loopt. Wij spraken ook met agenten zelf, en zij klaagden dat ze nu ‘niets meer goed kunnen doen’ omdat ze worden gecontroleerd door de burger.”

Jurist Yassine Boubout: 'Er heerst in politiekorpsen nog te veel een omerta.'Beeld © Stefaan Temmerman

Betekent dit dan dat er binnen de politie door BLM toch een cultuurwijziging bezig is? Boubout: “Nee, die is er niet. Dat hoor ik ook van mijn contacten. Hier en daar zijn er wel kleine stappen, zoals strengere regels rond etnisch profileren of specifieke training voor de aanpak van mensen met een psychisch delirium - zoals de Slovaak Jozef Chovanec (die in 2018 in zijn cel werd verstikt, red.).”

Grotere diversiteit in de korpsen is volgens Boubout goed maar niet de mirakeloplossing. “De zaak-Floyd is daar het beste bewijs van: daar keken twee agenten met een andere kleur gewoon toe. Dat gebeurt hier ook. Er heerst in politiekorpsen nog te veel een omerta. Er is een betere bescherming nodig voor klokkenluiders, die nu weggepest worden. Er is echt een grote cultuuromslag nodig, want zelfs goede politiemensen nemen nu ontslag.”

Kunnen bodycams voor agenten intussen een rem zetten op racisme en geweld? Boubout is kritisch. “Er zijn studies die aantonen dat het gedrag van burgers of agenten niet verandert. In Antwerpen mogen de agenten zelfs kiezen of ze de cams aan- of uitzetten. Belachelijk toch?” Keytsman is wel voorstander. “Bodycams kunnen zowel burgers én agenten beschermen maar er moeten dan wel duidelijker regels komen.” Volgens haar is het nu aan de politie- en justitietop om aan moral management te doen. “Investeren in ethische vaardigheden van agenten is cruciaal, en niet alleen tijdens de opleiding.”