Direct naar artikelinhoud
AchtergrondPsychologie

Met de vrijheid dreigt het ‘grotsyndroom’: alsof je uit een duister hol komt en het daglicht pijn doet aan de ogen

"Alle onderzoeken wijzen erop dat we het laatste jaar 'verslenst' geraakten, als een verwelkte bloem", legt klinisch psycholoog Elke Van Hoof uit.Beeld AFP

Stilaan keren we terug naar het langverwachte normaal. Ooit geraken we er, en maak je vooral geen zorgen als de overgang ook in je hoofd wat moeizaam verloopt. Volgens experten houdt sociaal contact ons brein fit en geraakten we het laatste jaar - euh - verslenst. Grote groepen, veel prikkels, smalltalk: kunnen we dat allemaal nog wel aan?

Als ik niet meteen opneem, bel ik zo snel mogelijk terug. Het geluid en trilsignaal van mijn gsm staan tegenwoordig af." Pakweg twee jaar geleden zou je hem op zo'n uitspraak niet betrappen. Maar sinds de coronacrisis heeft de 29-jarige Seb het gehad met geping, gepiep en gebel. Voordien lééfde hij ervan - hoe meer hoe beter. Hetzelfde voor zijn vrienden- en kennissenkringen.

"Ik was zo iemand die in de cafébuurt van de stad geen 100 meter kon wandelen zonder mijn naam in de verte te horen", vertelt de Kempenaar, tot voor kort werkzaam in de toeristische sector. "Dan schoof ik een stoel bij en waren we vertrokken. Ik was enorm goed in smalltalk, genoot ervan om mensen te laten lachen met mijn zotte verhalen. Mijn vaste vriendengroep wist: gingen we op stap - elke vrijdag en zaterdag zaten we in een danscafé of op een terras - dan waren ze me binnen de kortste keren kwijt aan andere mensen. De lichtjes, de muziek, het lawaai, de mensen rond mij: ze voelden als een verdoving voor pakweg een slechte werkweek. Ik haalde er mijn energie uit.”

En toen kwam corona. Zijn vrijheid en onbezonnenheid verliezen vond hij erg. Maar in tegenstelling tot alle verwachtingen bleek het geen zwart gat. Seb vond rust. Rust die hij nu weer dreigt kwijt te spelen.

"Het Overlegcomité over de versoepelingen voelde vreemd genoeg niet als een opluchting. 'Shit, de uitnodigingen en verantwoordelijkheden komen er weer aan', dacht ik. Al vrij snel voelde het immers als een verlossing om me niet meer altijd piekfijn te moeten opkleden - stel dat ik iemand zou tegenkomen. Maar dat ik dat sociale leven nu opnieuw moet opbouwen, bezorgt me stress. Ik wees al een paar uitnodigingen af met het leugentje dat ik geen tijd had - wat ik vóór corona nooit deed. Met mijn drie beste vrienden ging ik al een terrasje doen in Mol. Dat was fijn, maar stresserend tegelijk. Waar ik voorheen blij zou hebben rondgekeken of ik op het terras iemand herkende, hoopte ik nu om juist niemand te kennen. Waar zou ik het ook over hebben? Veel maken we niet mee, hé."

Grotsyndroom

Hoe we de laatste maanden ook uitkeken naar etentjes en feestjes, naar goedgevulde vergaderzalen en lange koffiepauzes, Seb is niet de enige voor wie een terugkeer naar een normaal sociaal leven contradictorisch genoeg wat beangstigend lijkt.

De laatste weken doken er zelfs termen op voor het fenomeen: zo werd in Amerikaanse media voor het eerst over het 'grotsyndroom' gesproken, alsof we uit een duister hol gekropen komen en het daglicht pijn doet aan de ogen. Weten we nog hoe dat moet, smalltalk? Kunnen we nog wel gespeeld enthousiast reageren op de verhalen van die ene collega? Of zal ons hoofd beginnen knetteren wanneer we op een feestje naar gelach en gejoel moeten luisteren met luide muziek op de achtergrond?

"Alle onderzoeken wijzen erop dat we het laatste jaar 'verslenst' geraakten, als een verwelkte bloem", legt klinisch psycholoog Elke Van Hoof uit. "Door ons sociaal netwerk kunnen we floreren, maar net als onze vrijheid kwam dat sterk onder druk te staan. Daardoor geraakten ons lichaam en brein overbelast. We hebben energie nodig voor sociale interactie, maar die is er niet. Het is dus begrijpelijk dat het lastig aanvoelt om terug op een terras of in grotere groepen te gaan zitten, zeker omdat er weinig is om over te praten. Daarenboven stonden we stil bij onze prioriteiten. Het onbezorgde gezever en geroddel dat normaal gezien de lijm in een groep vormt, viel weg, en we pikken dat moeilijk opnieuw op. Sommigen kozen er zelfs voor de smalltalk uit hun leven te bannen en eerder voor de diepgaande gesprekken te gaan, die misschien wat schaarser zijn. Er volgt nu een chaotische periode. Normaal gezien worden we blij van versoepelingen, maar nu ze bijna een definitief karakter krijgen, brengt dat ook veel onzekerheid met zich mee. Plots moeten we onze oude jas opnieuw aantrekken. Maar we weten niet goed of die jas nog zal passen en of die nog helemaal ons ding is."

Net dat overkwam ook Seb: "Tussen de eerste en de tweede golf was ik tijdelijk cocktailshaker in het vakantiepark waar ik werkte en entertainde ik de mensen de hele dag met grapjes en verhalen. Maar ik voelde toen al dat ik me moest opladen om dat met de volle goesting te doen. Heel gek wanneer ik me dat nu hoor zeggen, maar sociaal contact voelt nu als een inspanning, waarna ik enkel kan denken: 'Oef, ik kan naar huis.' Alsof mijn brein uitgeput geraakt, of zo."

Sociale dieren

Dat zou weleens kunnen kloppen. Volgens neuroloog Steven Laureys, verbonden aan de Universiteit van Luik en auteur van het 'No-nonsense meditatieboek', kan het dat onze hersenstructuur er nu anders uitziet dan voor de pandemie. Sociaal contact houdt immers ons brein fit.

Hij legt uit: "Het brein is plastisch en tot fantastische dingen in staat. Leren schaken, talen leren: het kan allemaal. Maar dat werkt ook in de andere richting. We zijn sociale dieren, onze geest en ons brein hebben prikkels nodig. En een Zoom-meeting kan een simpele handdruk of knuffel nu eenmaal niet vervangen. Op hersenscans zien we de impact van die chronische stress: de hersenschors wordt minder dik, de verbindingen minder sterk. De hippocampus, belangrijk voor ons geheugen, en de amygdala, onze emotionele kern, verdunnen als het ware. Ook bij ouderen zien we hoe gebrek aan sociaal contact een risicofactor vormt voor dementie. Wie nu van isolement meteen overschakelt naar grote drukte, kan daardoor zeker mentale moeheid en zogenaamde 'hersenmist' ervaren. Tijdens een ontmoeting worden alle zintuigen geprikkeld, het vergt concentratie en er komen ook emoties bij kijken."

"Zeker voor mensen die mentale problemen kregen of sowieso al wat moeite hebben met sociaal contact kan een terugkeer naar een normaal sociaal leven moeilijker verlopen", wil sociaal psycholoog Frank Van Overwalle nog toevoegen. "De langdurige angst van de afgelopen periode wissen onze hersenen niet zomaar uit."

Het komt goed

Toch zijn alle wetenschappers het erover eens: het komt wel weer goed. Het is ook niet zo dat we sociale vaardigheden verleerden.

Elke Van Hoof vergelijkt het met een gewassen jeans: "Wie die op hoge temperatuur waste - vergelijk dat met de strenge lockdown - zal enkele pasbeurten nodig hebben voor de broek weer soepel aanvoelt. Voor wie ze op correcte temperatuur wast, zoals de meerderheid doet, zal dat veel vlotter verlopen. Ik denk zelfs dat de aanpassing naar het oude leven heel organisch zal verlopen. Zeker omdat er vanaf juni méér mogelijkheden zijn - naar de fitness, een tuinfeest... - en er dus ook weer meer gespreksonderwerpen zullen komen. Ook de heropening van de bedrijven zal helpen. En voor wie het nog te onwennig aanvoelt, bouwt best eerst wat op voor hij of zij zich opnieuw naar het fitnesscentrum begeeft." 

Ze geeft wat tips. "Organisaties kunnen bijvoorbeeld met inspiratiebordjes voor collega's werken op informele plekken. Wat was je grootste inzicht tijdens de lockdown? Wat miste je het meest aan het werk? Onder familie net hetzelfde: gooi wat vragen op bierviltjes in een schaal en je bent vertrokken. En wat ik zelf al toepaste bij vrienden op een terras: UNO. Een spel voor kinderen, dus ieders verstand kan dat nog aan." Laureys vergelijkt het met een revalidatie: "Daar mag je ook niet té intens van start gaan, of je geraakt overbelast. Dus ga niet opnieuw in het rood door op één namiddag al je vrienden te willen zien. Al denk ik dat de gevolgen van de prikkelarmoede groter zijn dan die van overprikkeling. Door goed voor onszelf te zorgen - slapen, bewegen en mediteren - is ook dit voor ons brein van voorbijgaande aard."

“Wel belangrijk: zorg dat je een plan hebt", aldus nog Van Hoof. "Enkel zo ga je dat 'grotsyndroom' tegen en kom je in september niet plots tot het besef dat je nog steeds niets ondernam. Probeer twee keer per week te lunchen of wandelen met iemand die je lang niet zag, en zeker één sociaal event per weekend in te lassen." Ook Seb is nieuwsgierig naar de komende tijd: "Begrijp me niet verkeerd: ik was heel gelukkig en ben dat nog steeds. Ik volgde de maatschappij, die stilaan terugkeert naar vroeger, gewoon nog niet. Maar ik weet dat de mens flexibel is.”