Direct naar artikelinhoud
GetuigenisMarc Van Ranst

‘Ik zit gevangen in een safehouse, en hij krijgt een zogenaamde Prijs voor de Vrijheid. Dat vond ik wel wat ironisch’: het dagboek van Marc Van Ranst

Viroloog Marc Van Ranst (foto van voor de zaak-Conings): ‘Het voelt wel bizar en onfair dat ik in een safehouse zit omdat ik bedreigd word en er opeens publiek discussie ontstaat of ik niet beter mijn mond zou houden.’Beeld David Legreve

Al meer dan twee weken leeft hij, samen met zijn vrouw en zoon Milo, ondergedoken na de bedreigingen van militair Jürgen Conings. Maar hoe vult viroloog Marc Van Ranst zijn dagen? Een dagboek vanuit het safehouse.

Waar zit Jürgen Conings? Het is een vraag die Marc Van Ranst vanzelfsprekend bezighoudt. Al weken zit ’s lands bekendste viroloog ondergedoken op een onbekend adres dat de klok rond in de gaten gehouden wordt. “Het is onmogelijk om je hier niet veilig te voelen”, grapt Van Ranst. 

Het begon met een telefoontje, op dinsdagmiddag 18 mei.

Van Ranst: “Ik zat te werken in mijn labo in het UZ van Leuven, toen ik telefoon kreeg van de burgemeester van Willebroek. De boodschap was heel eenvoudig: bel de korpschef van de politie. Die vertelde me dat er een zeer concrete, aantoonbare dreiging was, en dat de politie me zou komen ophalen. Al vermoed ik dat ze op dat moment al op weg waren.” (lacht)

Ook zijn familie moet onderduiken. Zijn partner wordt op haar werk opgepikt, zijn zoontje wordt door een stel kleerkasten van de schoolbanken gehaald. De familie Van Ranst krijgt de kans om nog snel even wat spullen op te halen, maar moet daarna van de radar verdwijnen. De politie schetst hen de situatie: er is een gewapende man die het gemunt heeft op Marc Van Ranst, en die de vorige avond het huis van het gezin in de gaten hield.

Die maandagavond had zich een merkwaardig toeval afgespeeld. Meestal komt Van Ranst pas in de loop van de avond thuis – ergens tussen halfacht en halftwaalf. Met wat pech was de viroloog Jürgen Conings dus op straat tegen het lijf gelopen.

“Maar die maandag had ik een halve dag verlof, waardoor ik voor het eerst in achttien maanden al om halfzes thuis was. Nooit gebeurd in het laatste anderhalf jaar. Ik zat dus gewoon thuis. Als die man een beetje mijn routine kende, kon hij mij op eender welke andere dag gewoon staan opwachten. Dat is toch een akelige gedachte.”

20 mei, ‘Als 1 achter Jürgen’

In het safehouse valt het leven van Van Ranst, die op vraag van de veiligheidsdiensten vaag blijft over de werkwijze van zijn beveiligers, al snel in een vertrouwde plooi. Vergaderingen volgt hij noodgedwongen online, maar dat is sinds het begin van de pandemie niets meer dan business as usual. “Het vervelende, onbegrijpelijke moment kwam een paar dagen later, op donderdag, toen de ‘ik steun Jürgen Conings’-beweging opdook. Dan denk je wel even: euh, what the fuck. Er bestaan dus mensen die hem een held vinden? Raar.”

“Als je in die groepen gaat kijken, dan zie je dat het meer is dan steun voor Conings. Een deel van die mensen vindt het ook nog eens voor de hand liggend dat Marc Van Ranst eraan moet. Het bericht dat me nog het meest voor de ogen staat is er een waar een pronostiek werd gemaakt: wanneer, en met hoeveel kogelgaten zal Conings Van Ranst afmaken?”

Heeft hij nooit gedacht: is het dit allemaal wel waard? Heeft hij nooit overwogen om de handdoek in de ring te gooien, het coronabeleid aan een ander te laten en een tijdje terug te treden uit de schijnwerpers? “Neen. Dat lijkt me moeilijk. Om een of andere reden werkt dat soort intimidatie niet op mij. Ik word daar veeleer strijdvaardig van. Toegeven aan intimidatie werkt ook niet. Dat versterkt gewoon het idee dat intimidatie marcheert, en dat gun ik hen niet.”

22 mei, finale van het Eurovisie Songfestival

“Het ergste moest dan nog komen. Mijn familie heeft mij hier verplicht om naar het Songfestival te kijken. Zelfs naar de twee halve finales. Ik vond Frankrijk het beste liedje, maar België was ook niet slecht. Laten we zeggen dat ik met weemoed terugdacht aan de Songfestivals uit mijn jeugd, toen de kwaliteit gewoon beter was. Zie mij hier nu babbelen over het Songfestival. Je ziet, het gaat duidelijk niet goed met mij.”

Dat weekend wordt duidelijk dat de klopjacht op Conings met een sisser afloopt. De zoektocht in het Nationaal Park Hoge Kempen wordt na een paar dagen afgeblazen. Zaterdagochtend gebeuren in de vroege uurtjes een tiental huiszoekingen verspreid over het land. Federaal procureur Frédéric Van Leeuw doet via de televisiejournaals een oproep aan de voortvluchtige militair om contact op te nemen met iemand die hij vertrouwt. Dat verraadt dat de veiligheidsdiensten na een week eigenlijk in het duister tasten.

“In het begin ga je er nog van uit dat ze die in een paar dagen wel te pakken krijgen. Zeker wanneer er zoveel volk in dat bos begint te zoeken. Maar dat blijkt dan toch niet zo makkelijk te gaan. Dan denk je wel eens: die kerel kan evengoed al in het buitenland zijn. Waarom zou hij ook in dat bos gaan zitten? Dat kruipt wel wat in je hoofd.”

Van Ranst klinkt opvallend gelaten over zijn verlengd verblijf in het safehouse. “It is what it is”, verzucht hij verschillende keren. Of: “Er zijn veel ergere dingen. Het is niet dat ik in de koolmijnen moet gaan werken.”

Vrijdag was er een nieuwe zoektocht naar Jürgen Conings nabij het Nationaal Park Hoge Kempen in Maasmechelen.Beeld BELGA

Het geeft de indruk van een man die in het defensief gedrongen wordt, bedreigd wordt, maar koste wat kost wil vermijden om over te komen als iemand die onder de indruk is wanneer een extremist met wapens voor zijn deur heeft postgevat.

Toch benadrukt Van Ranst dat hij zich niet stoer houdt voor de uiterlijke schijn. “Ik speel geen typetje. Natuurlijk zou ik liever thuis zitten. Maar doen alsof dit de grootste ramp ter wereld is, is ook overdreven. Vergeet ook niet: we staan al sinds juli vorig jaar onder politiebescherming. En ik heb tenminste de luxe om te weten dat er iemand met wapens rondloopt om mij te vinden. Er kunnen er ook veel zijn van wie we het niet weten.”

In het safehouse vindt het gezin Van Ranst ook een routine terug die sinds het uitbreken van de pandemie niet langer vanzelfsprekend was. Elke dag wordt er samen ontbeten, geluncht en gedineerd. Tussen de bedrijven door spelen vader en zoon potjes Risk, een gezelschapsspel dat urenlang kan duren en al in te veel huishoudens voor bitse discussies heeft gezorgd. “Maar Milo en ik spelen de facto in een alliantie tegen de computer, dan gaat het wel wat sneller. Het is hier niet alleen maar kommer en kwel.”

26 mei, ‘Tweede Golf Prijs’

Was het de sleur die toesloeg? In ieder geval wordt de tweede safehouseweek van Van Ranst er een waarin niet Jürgen Conings maar hijzelf in het oog van een mediastormpje verzeilt, in twee etappes.

Eerste etappe: gezondheidseconoom Lieven Annemans krijgt de Prijs voor de Vrijheid van de rechtse organisatie Libera. Het komt hem op een cynisch commentaar te staan van Van Ranst. “Proficiat Lieven, met je verdiende Tweede Golf Prijs”, klinkt het in De Standaard.

“Die uitspraak is mij natuurlijk niet in dank afgenomen. Maar ik vond het wel nodig om even de puntjes op de i te zetten. Want in mijn ogen is Lieven een van de mensen die ervoor verantwoordelijk zijn dat die tweede golf zo groot was. Kijk: wij zeiden dat er een tweede golf aankwam en dat het opletten geblazen was, hij zei – ik ga even kort door de bocht – dat er niks aan de hand was en dat we konden versoepelen. Niet veel later is er die tweede golf. Dat zou je een beetje introspectie verwachten, maar die is er niet.

“Ik zit gevangen in een safehouse, en hij krijgt een zogenaamde Prijs voor de Vrijheid. Dat vond ik wel wat ironisch. En als je de laudatio leest, dan blijkt dat hij die prijs deels krijgt omdat hij zich verzet heeft tegen virologen zoals Marc Van Ranst, tegen de mensen dus die gelijk hadden. Hij mag dat doen, maar dat heeft wel doden gekost, hé. Is hij daar persoonlijk verantwoordelijk voor? Neen. Maar hij heeft wel mee de sfeer geschapen waarin politici steun vonden om te versoepelen.”

27 mei, ‘Niveau nihil’

Tweede etappe: een nachtelijk bezoekje aan een steungroep voor Jürgen Conings op de berichtendienst Telegram. “Niveau nihil”, jent Van Ranst. Een opmerkzame journalist ziet de berichten van Van Ranst, en de volgende ochtend staat hij bovenaan op de website van VRT NWS.

“Ik kon niet slapen, want ik was wat koortsig na mijn tweede vaccinatie. En mensen hadden mij gezegd: je moet daar eens gaan kijken, dat is pas een vorten boel. Maar zoals de pers daarover schreef, leek het wel alsof ik een theekransje verstoorde. Dat vond ik echt onbehoorlijke journalistiek. Waarom zou ik daar trouwens niet mogen gaan kijken? Dat is een openbare groep, en het ging daar duidelijk over mij. Ik wou daar wel even duidelijk maken: ik ben niet onder de indruk van jullie.

“De volgende ochtend vraagt Tom Van Grieken (Vlaams Belang-voorzitter, SK) dan op Twitter of ik te veel gedronken had. ‘Was je weer dronken, Marc?’ Dat was pas vilein. Daar heeft de pers dan geen enkele commentaar op, zo ver staan we dus al. Maar mocht Van Ranst zeggen: ‘Van Grieken, was je weer zat gisteren’ – om een of andere bizarre reden zou dát nieuws zijn. Trouwens: er is hier in het safehouse geen druppel alcohol.”

Coronacommissaris Pedro Facon besluit aan de rem te trekken. Hij vreest dat de aanhoudende heisa rond Van Ranst, die lid is van het expertencomité GEMS, de geloofwaardigheid van hun wetenschappelijk advies in gevaar brengt. In een interview op Radio 1 maakt hij tussen de lijnen duidelijk: misschien zou het goed zijn als Van Ranst iets meer vanuit de luwte werkt, en niet zo snel in de contramine gaat met mensen die hem rauw lusten.

Van Ranst: 'Toen die steunbeweging voor hem opdook, dacht ik wel even: euh, what the fuck.'Beeld BELGA

“Ik ben het daar niet mee eens, punt. Maar ik heb daar achteraf ook niet meer met hem over gesproken. Hij mag zijn mening hebben, maar dat gaat voor mij niets veranderen. Al voelt het wel bizar en onfair dat ik in een safehouse zit omdat ik bedreigd word en er opeens publiek discussie ontstaat of ik niet beter mijn mond zou houden.”

Maar waarom wekt Van Ranst zoveel meer aversie op dan andere gelijkgezinde GEMS-experts als Erika Vlieghe, Pierre Van Damme, of Geert Molenberghs? Zelf wijt de viroloog het aan zijn vocale verzet tegen alles wat naar radicaal- of extreemrechts neigt. “Ik ben consequent in mijn standpunten tegen racisme en xenofobie, ja. Als je daardoor vijanden creëert, accepteer ik dat. Vanaf het begin van de coronacrisis heeft het Vlaams Belang er een geconcerteerde actie van gemaakt om mij te diaboliseren. Ik ben er bijna zeker van dat daar ook geld aan uitgegeven is.”

“Heeft mijn gezin mij ooit gevraagd om mijn mond te houden? Neen, nooit eigenlijk. Ze kennen mij natuurlijk. Je kan een professor virologie zijn die braaf in zijn labootje blijft, dan ga je deze situatie niet tegenkomen, maar zo zit ik niet in elkaar.”

4 juni, Overlegcomité

Ook na twee weken blijft Jürgen Conings onvindbaar. Zit hij ergens verborgen, zijn moment af te wachten, of is niet meer eens meer in leven? De onzekerheid is groot, waardoor de potentiële dreiging voor het gezin Van Ranst nog altijd overeind blijft. De GEMS-vergadering in voorbereiding van het Overlegcomité doet de viroloog dus nog steeds vanuit het safehouse. 

Het helpt dat de acute fase van het crisisbeheer achter de rug is. Tegen de gewoonte in zijn de GEMS-experts in de dagen voor het Overlegcomité niet alomtegenwoordig in de media. Meer nog: ze hebben geen directe nieuwe vraag gekregen om de vergadering van topministers een nieuw advies te bezorgen. Alle adviezen over de versoepelingen zijn al binnen. 

“Het grote werk is gedaan. De curve gaat omlaag, de regering versoepelt. En we weten intussen: dat is het moment dat iedereen plots slim wordt en perfect wist hoe alles gedaan moest worden. Het vermogen om het verleden te voorspellen is bij sommigen indrukwekkend.”

Is Van Ranst er na het Overlegcomité gerust op dat we op het rijk der vrijheid afkoersen? “We nemen een risico. Dat wil niet zeggen dat het verkeerd zal lopen. Langs de ene kant duwt de vaccinatie de cijfers omlaag, het reisseizoen en de versoepelingen duwen ze naar omhoog. Het is gokken dat die eerste factor sterker zal zijn dan die tweede. Maar dat weten we niet zeker.”