Videospeler inladen...

Vakbonden en werkgevers eens over hogere minimumlonen, overuren en eindeloopbanen: dit is er afgesproken

Vakbonden en werkgevers hebben vannacht een akkoord bereikt over hogere minimumlonen. Ook over de overuren en het einde van de loopbaan zijn afspraken gemaakt. De regering en de achterban van de sociale partners krijgen wel nog het laatste woord. 

De sociale partners - verenigd in de Groep van Tien - hebben na uren onderhandelen een ontwerpakkoord bereikt over een aantal belangrijke dossiers. "Het is echt wel een onderhandelingsmarathon geworden", vertelt VRT NWS-journalist Steven Dierckx. "Zowat alle knopen moesten nog worden doorgehakt in die dossiers. Dan is het finaal een kwestie van geven en nemen om een vergelijk te vinden. En daar komt ook veel cijferwerk bij kijken."

Zo is er ten eerste een deal over een verhoging van de minimumlonen, iets waar de vakbonden al langer op hamerden. Die verhoging gebeurt in stappen. Volgend jaar in april komt er maximaal 75 euro bruto per maand bij tot ruim 1.700 euro. Netto hopen de vakbonden dat van die opslag zo'n 90 procent zal overblijven. 

In 2024 en 2026 mikken de sociale partners nog eens op telkens 50 euro netto extra. De regering zou dat dan wel mee moeten ondersteunen met extra fiscale maatregelen voor de werkgevers. Ook in 2028 zou er een nieuwe verhoging kunnen komen, als het effect van de vorige verhogingen gunstig geëvalueerd wordt.

Belangrijk voor de werkgevers zijn de afspraken over soepelere overuren. De regering had overuren tijdens de coronacrisis makkelijker én goedkoper gemaakt in essentiële sectoren zoals voeding en transport. Die regeling wordt verlengd tot eind volgend jaar én uitgebreid naar alle sectoren. Tot eind 2022 worden 120 extra uren vrijwillig overwerk mogelijk aan een fiscaal erg gunstig regime voor zowel werknemers als werkgevers.

(Lees verder onder de foto)

Archiefbeeld: de Groep van Tien.

SWT vanaf 60

Ook over de eindeloopbanen raakten bonden en werkgevers het eens. SWT, het vroegere brugpensioen, blijft bestaan voor bedrijven in moeilijkheden. SWT kan vanaf 60, ook als een bedrijf herstructureert. "De bestaande regels voor brugpensioen worden dus in feite met 2 jaar verlengd", legt Dierckx uit. Wie op SWT gaat, moet tot 62 jaar beschikbaar blijven voor de arbeidsmarkt, of een loopbaan van 42 jaar kunnen voorleggen. 

Het wordt vooral uitkijken of alle vakbonden finaal zullen instemmen met het ontwerpakkoord

VRT NWS-journalist Steven Dierckx

Oudere werknemers kunnen vanaf 55 jaar minder gaan werken in landingsbanen, een vorm van tijdskrediet, om langer aan de slag te kunnen blijven. Ten slotte is overeengekomen om het aanvullend pensioen voor arbeiders en bedienden pas tegen 2030 gelijk te schakelen, vijf jaar later dan eerst gepland. Opvallend daar is dat een stuk van de toekomstige marge voor loonsverhogingen (0,1 procent) zal worden besteed aan die gelijkschakeling.

De sociale partners moeten later nog met hun ontwerpakkoord naar de regering en hun achterban. Dierckx ziet niet onmiddellijk al te grote problemen opduiken bij de federale regering. "Maar het wordt vooral uitkijken of alle vakbonden daarmee finaal zullen instemmen. De meeste partners gaan het akkoord 'verdedigen'. Alleen de socialistische vakbond ABVV gaat het 'voorleggen'. Al spreekt ook die van 'een vrij evenwichtig akkoord'."

Onze expert sociaal beleid Chris De Nijs zette zijn visie op het akkoord tussen vakbonden en werkgevers uiteen  in "Het Journaal":

Videospeler inladen...

Meest gelezen