Een bij op een paardenbloem. De bloem bleek de 'nectarkampioen' van Maai Mei Niet 2021.
Pedalito/Wikimedia Commons/Public domain

Maai Mei Niet groot succes: actie geeft 5 miljoen bijen elke dag eten

De organisatoren van Maai Mei Niet noemen de actie een groot succes. De wilde bloemen in de gazons die in mei niet gemaaid werden, zorgden elke dag voor voedsel voor 5 miljoen bijen. Bovendien zal de actie ook op langere termijn nog effect hebben, omdat veel deelnemers en ook steden en gemeenten zeggen dat ze voortaan minder vaak hun gras zullen maaien. 

Met de slogan 'Doe niets voor de natuur' riep het magazine Knack, samen met de KU Leuven, de Bond Beter Leefmilieu, Velt en Het Ministerie voor Natuur (een privé-organisatie, geen ministerie), op om een maand lang het gazon niet of minder te maaien. 

De reden daarvoor is dat niet maaien een eenvoudige manier is om van je tuin een wapen te maken in de strijd tegen de klimaat- en milieucrisis. Langer gras waarin wilde bloemen mogen groeien, heeft vele voordelen. Het houdt meer vocht op, wat de verdroging tegengaat, meer koolstof en voorziet in eten voor bestuivers als bijen en andere nuttige insecten. Die beestjes vormen een van de pijlers van ons ecosysteem.

Meer dan 6.200 mensen schreven zich in voor Maai Mei Niet, 2.200 deden ook mee aan het Bloementelweekend. Zij telden in 1m² van hun lange gras de bloemen, gaven dat resultaat door en kregen een persoonlijke nectarscore. Die drukt uit hoeveel bijen er konden eten van het ongemaaide gazon. Al die nectarscores werden door professor ecologie en natuurbehoud Koenraad Van Meerbeek (KU Leuven) samengeteld tot de nationale nectarscore.

Maai Mei Niet toonde aan dat vele kleintjes een groot verschil kunnen maken, zegt hij deze week in Knack. "Samen werd zo’n 145 hectare tuingazon ingevoerd. Naar Vlaamse normen is dat een groot natuurreservaat. Alle Maai Mei Niet-gazons samen produceerden elke dag 56 kilogram nectarsuiker. Een dagelijks buffet voor iets meer dan 5 miljoen bijen." 

Het gaat dan in hoofdzaak om gazons in de tuinen van privé-personen, de 853 hectare openbaar gazon die steden en gemeenten ongemaaid lieten, werden hier nauwelijks in verrekend.

Overigens is het telformulier nog niet afgesloten wegens het succes van de actie. Deelnemers kunnen nog steeds een telresultaat indienen en een persoonlijke nectarscore krijgen.

Een honingbij vliegt weg van een bloem met aan haar achterpoten duidelijk zichtbaar stuifmeel of pollen.
John Sullivan/Wikimedia Commons/Public domain

Paardenbloem is nectarkampioen

De telling van de wilde bloemen in de ongemaaide gazons van particulieren en steden en gemeenten leverde in totaal 187.500 bloemen op. 

De koploper met 69.545 getelde exemplaren was het madeliefje, maar de absolute nectarkampioen was de paardenbloem. Die produceerde gemiddeld genomen 11 milligram nectarsuiker per dag, meer dan de rest van de top vijf samen. De vier ander planten die het meeste nectar produceren, zijn kruipend zenegroen, gewoon biggenkruid, gewone margriet en hondsdraf.

In Aalst had de actie nog een onverwacht resultaat: daar dook de zeldzame gulden boterbloem voor het eerst opnieuw op, op een plek waar de stad  normaal het gazon maait. 

De wilde bloemen zorgden niet alleen voor nectar, ze leverden ook stuifmeel aan de bijen. 

Philip Duts, de voorzitter van de Vlaams imkerbond, zag de impact van de actie bij zijn bijen. "Als ik kijk naar mijn kasten, zie ik dat haast iedere bij stuifmeel aan haar poten heeft hangen. Voordien kwam 70 tot 80 procent van de bijen binnen met stuifmeel. Nu is dat al 95 procent", zo zei hij op Radio 1. 

Insectenexpert Wim Veraghtert van Natuurpunt, die de Maai Mei Niet-insectenlijst opstelde, is zeker dat ook wilde insecten en bijen baat hadden bij de actie. "Dat kun je niet in cijfers uitdrukken, omdat het over wilde beestjes gaat. Maar dat alle beetjes helpen, staat buiten kijf. En Maai Mei Niet was echt wel meer dan een beetje."

Philip Duts (Vlaamse Imkerbond) legt in deze reportage van "Het journaal" uit wat Maai Mei Niet betekend heeft voor zijn bijen:

Videospeler inladen...

Beluister hier het gesprek uit 'De ochtend' op Radio 1 van 30 mei met Philip Duts, een imker uit Tessenderlo en de voorzitter van de Vlaamse imkerbond.

Koude meimaand zou zonder actie een ramp geweest zijn

Er was één domper op de feestvreugde: mei was, net zoals maart en april, zo’n 2 graden kouder dan normaal. Dat resulteerde bij veel Maai Mei Niet-deelnemers in sappige graspartijen zonder veel bloemen. 

"Deze mei had sinds 1991 het laagste aantal lentedagen, dagen van minstens 20 graden", zegt professor Van Meerbeek deze week in Knack. "Meteorologisch gezien was deze meimaand de slechtste in 30 jaar tijd om Maai Mei Niet te lanceren."

Philip Duts van de imkerbond zegt zelfs dat als er geen Maai Mei Niet geweest zou zijn, deze hele koude meimaand een ramp voor de bijen geweest zou zijn. De bijen hebben nu maar 2 uur per dag gevlogen in plaats van 10 uur, zo zei hij aan VRT NWS. Als gevolg daarvan zijn de bijen heel agressief en snel geneigd om te steken, omdat ze te weinig voedsel hebben binnengehaald. 

Drukte op de aanvliegplank van een bijenkast.
©Eric Tourneret/Wikimedia Commons/CC BY-SA 4.0

Gevolgen op langere termijn

De gevolgen van de actie blijven niet beperkt tot deze maand mei, het maatschappelijk momentum blijkt groter te zijn. 

Ook veel steden en gemeenten waren immers heel enthousiast over Maai Mei Niet. Met 60 namen ze deel aan de actie, goed voor 8,5 miljoen m² ongemaaid openbaar gazon. 

Antwerpen heeft eind mei een maaiplan afgerond waarin de nadruk voortaan op extensief maaien zal liggen en dat bijgestuurd zal worden op basis van wat 100 duo’s groenmedewerkers aan bloemen geteld hebben tijdens de actie. Steden als Oudenaarde en Roeselare geven te kennen dat Maai Mei Niet een opstap wordt voor een ander maaibeleid.

Ook bij de individuele deelnemers blijkt Maai Mei Niet een blijver. 72 procent van de deelnemers zag meer leven in haar/zijn tuin en 92 procent zal ook in de toekomst minder maaien. En dat is goed voor de natuur, want niet enkel in mei hebben de insecten, bestuivers en vogels onze tuinen nodig als nectarstation, schuil- of nestplaats.

Meest gelezen