Direct naar artikelinhoud
AchtergrondFear of missing out

‘Je denkt dan al snel: wat ben ik toch een saaie mens’: lijden we straks allemaal aan postcorona fomo?

De Vrijdagmarkt in Gent.Beeld Thomas Nolf

Het voorbije anderhalf jaar viel er weinig te missen. Maar nu horeca, bioscopen en theaters opnieuw open zijn, mogen we weer uit ons kot. En komt ook de fomo, de fear of missing out of angst om iets te missen, in alle hevigheid terug. ‘Dit wordt nog een hele uitdaging.’

Een al wat ouder koppel bij de reisagent. “We blijven liever thuis”, geven ze toe. “Maar door corona is dit jaar de sociale druk om te reizen te groot geworden.” De cartoon van Zak in de woensdagkrant vatte mooi samen wat velen intuïtief aanvoelen. Nu veel weer kan en mag, zal het moeilijker zijn om eraan te verzaken. Waardoor we wellicht met zijn allen een drukke tijd tegemoet gaan.

“Ja, er ligt hier ook al een hoop uitnodigingen”, lacht socioloog Ignace Glorieux (VUB). “Je merkt dat veel mensen een inhaalbeweging willen maken. Begrijpelijk, we hebben ook erg lang veel moeten missen. Al denk ik dat het wel kan meevallen met die sociale druk. Mensen die nooit naar het buitenland of op restaurant gingen, zullen dat nu wellicht ook niet doen. Maar wie dat wel deed, zal het er misschien wel eens extra van pakken, met een verre reis of een bezoek aan een sterrenrestaurant.”

Weg rust

Over de coronacrisis kun je veel zeggen, maar de regels gaven ook een zekere rust. Niets mocht, dus kon je ook niets missen. Onze fomo was stuk, zeg maar. Je kon eenvoudigweg niet meer door Instagram scrollen, zien dat een verre neef op het perfecte tropische eiland vertoefde en stilletjes zitten balen.

Die rust is nu voorbij. En de vrees is dat de fomo nog erger terugkomt dan voor corona. Een Nederlandse psychiater plakte er afgelopen week ook een term op: de postcorona fomo, volgens hem een soort van fomo in het kwadraat. Er zullen niet alleen meer beelden en verhalen circuleren van anderen die leuke of spannende dingen aan het doen zijn, we zullen door het overaanbod aan feestjes, weekendjes en concertplannen ook weer meer keuzes moeten maken. 

Dat vergroot de kans op fomo nog, stelt de Amerikaanse professor psychologie Sheena Iyenagar al langer. Ze deed in 2000 een ondertussen beroemd geworden experiment met jampotten. In een winkel bleken proefpersonen prima te kunnen kiezen uit zes soorten jam en was iedereen tevreden. Maar kiezen uit 24 potten ging een pak moeilijker. Meer nog, na het kiezen hadden de meesten het vervelende gevoel de verkeerde pot gekozen te hebben.

Weg rust
Beeld Thomas Nolf

Sociale media

“Het wordt inderdaad een hele uitdaging”, vindt ook professor psychologie Gina Rossi (VUB). En de sociale media zullen daar niet meteen bij helpen, vreest ze. Daar posten mensen enkel de leuke zaken, niet hun tegenslagen. “Van mensen die je kent, weet je dat zij ook wel eens een minder dagje of negatieve ervaringen hebben”, zegt ze. “Maar hoe meer vage kennissen je hebt, hoe minder je hun posts kunt checken op hun waarheidsgehalte.”

En hoe meer je de indruk krijgt dat iedereen leuke dingen aan het doen is en jij iets aan het missen bent. “Dat zagen we al bij de heropening van de terrassen”, meent professor Glorieux. “Het leek wel alsof iedereen constant op terras zat. Als jij er nog niet geraakt bent, dan denk je al snel: wat ben ik toch een saaie mens.”

Buddy

Het zal vooral belangrijk zijn om de komende weken en maanden realistisch te blijven, zeggen zowel Rossi als Glorieux. Geniet van de vrijheid maar hou het hoofd koel. En besef vooral dat sociale media maar een deeltje van de werkelijkheid tonen.

Wie zelf schrik heeft voor fomo, zoekt best een soort buddy, iemand die niet van plan is om op alle uitnodigingen in te gaan maar eerder wil doseren. “Mensen zijn sociale wezens”, legt professor Rossi uit. “Als ze de indruk hebben dat iedereen iets doet waar zij niet bij zijn, dan hebben ze het gevoel er niet meer bij te horen. Ze willen dus graag confirmeren. Maar uit onderzoeken weten we dat mensen minder geneigd zijn dat te doen als ze een gelijkgezinde hebben. Als ze niet meer alleen staan. Dat helpt fomo te voorkomen.”