Scherpschutters op het militaire vliegveld van Melsbroek, even voor de komst van de Amerikaanse president Joe Biden naar de Navo-top.  ©  REUTERS

De Navo na Trump: op zoek naar eenheid en vernieuwing

Op de eerste Navo-top met president Biden wil het militaire bondgenootschap weer eenheid uitstralen en werk maken van de grote veiligheidsuitdagingen van de volgende tien jaar. Ook de militairen zeggen China de wacht aan.

Op de vijfde dag van zijn reis door Europa stapt Joe Biden af aan het Navo-hoofdkwartier. Ook bij het militaire bond­genootschap zijn de verwachtingen hooggespannen, want de generaals zijn nog ­altijd aan het bekomen van vier jaar Trump-destabilisatie. De Europese bondgenoten zijn niet vergeten dat de voormalige Amerikaanse president openlijk twijfelde aan het nut van het ‘verouderde’ bondgenootschap en zich zelfs afvroeg of landen die te weinig betaalden wel recht hadden op de onvoorwaardelijke steun van het Amerikaanse leger.

Volgens secretaris-generaal Jens Stoltenberg biedt de eerste Navo-top waarop Joe Biden aanwezig is dan ook een “unieke kans” de trans-Atlantische banden aan te halen. Dat de verwachtingen aan Europese kant hoog zijn, werd gisteren al duidelijk toen het Brusselse stadhuis en Manneke Pis de Navo-kleuren en -symbolen kregen aangemeten. In de Brusselse metro hangen al dagen opvallende posters ter ere van het bondgenootschap.

De vraag is of de Amerikaanse president de verwachtingen kan inlossen. Is een wissel van de macht in Washington voldoende om een militair bondgenootschap dat de Franse president Emmanuel Macron in 2019 “hersendood” noemde nieuw leven in te blazen? “Het gevaar bestaat dat we te veel in een keer verwachten”, zegt een hoge ­diplomaat. “Het belangrijkste is dat Biden met de juiste boodschap komt. Dat hij duidelijk maakt dat de alliantie opnieuw de volle steun van de Amerikanen heeft. Dat er geen twijfel kan bestaan over artikel 5 van het handvest, dat wederzijdse bijstand ­garandeert.” Die boodschap zal hij zeker ­geven.

België bengelt achteraan

Bij Trumps shocktherapie hoorde ook een vier jaar lange tirade over te lage financiële bijdrages van de Europese landen. Die kritiek was terecht en miste haar uitwerking niet. In 2019 beloofden de dertig bond­genoten dat ze tegen 2024 hun militaire uitgaven optrekken tot de afgesproken 2 procent van het bnp. Ook in de praktijk zijn alle landen hun defensie-uitgaven aan het verhogen. Aan het eind van dit jaar zullen ze 260 miljard dollar meer hebben uitgegeven dan in 2014, maakt Stoltenberg zich sterk.

Toch zitten slechts negen landen al aan 2 procent en België bengelt nog altijd achteraan het peloton. Alleen Luxemburg doet het slechter. Biden zal op dit thema niet afwijken van Trump. Ook hij zal beklemtonen dat iedereen zijn best moet blijven doen om aan die 2 procent te raken. Alleen zal hij de boodschap iets diplomatischer formuleren.

Maar nog belangrijker voor de toekomst van de alliantie is het startschot dat de leiders zullen geven voor een hernieuwing van het Strategisch Concept. Dat is dringend nodig, want de vorige versie dateert van 2010 toen de wereld er nog helemaal anders uitzag. Rusland had de Krim niet geannexeerd, het opkomende China werd zelfs als een opportuniteit gezien en van cyberoorlog was nauwelijks sprake.

“Het wordt inderdaad hoog tijd dat we de Navo bij de tijd brengen. We moeten tonen dat de alliantie voorbereid is op de grote uitdagingen van het nieuwe ­decennium”, zegt een Navo-diplomaat. “Rusland en zeker China moeten extra aandacht krijgen, al betekent dat niet dat de Navo militair moet gaan optreden in de Zuid-Chinese Zee. Maar dat we extra alert moeten ­zijn voor Chinese investeringen in Europese havens of voor het Belt and Road-plan waarmee het zijn invloed in de wereld verder wil verhogen.”

Veiligheid in cyberspace

Stoltenberg zal negen punten aangeven waarop de alliantie op middellange terrein stappen vooruit kan zetten. Daarbij wordt gedacht aan meer gemeenschappelijke ­financiering van militaire operaties. Maar daar is niet iedereen even enthousiast over. Macron vreest dat er op die manier minder geld beschikbaar blijft voor het nationale defensiebudget.

Op het Navo-hoofdkwartier hopen ze vooral dat de leiders weer veel meer politieke consultaties houden. “We moeten niet bang zijn zaken bespreekbaar te maken waarover niet iedereen op dezelfde golflengte zit. De Navo moet een ontmoetingsplaats kunnen zijn van en voor gelijkgezinde democratieën. Dat betekent ook dat we onze samenlevingen op alle domeinen weerbaarder moeten maken”, zegt een ­diplomaat. Volgens Stoltenberg is het de bedoeling dat de leiders het eens raken over een nieuw veiligheids­beleid voor de cyberspace.

Maar als de Navo een ontmoetingsplaats is voor gelijkgezinde democratieën, wat moet er dan met het Turkije van president Recyp Erdogan gebeuren? Turkije botst al jaren met de andere Navo-partners. Dat ­Ankara besloot Russische S400 luchtdoel­raketten te kopen en de Koerden in Syrië die aan de zijde van de Amerikanen streden ­tegen IS, aan te vallen, deed de spanningen alleen maar oplopen. Washington legde de Turkse defensie-industrie sancties op.

Met de verkiezing van Biden kwam er geen dooi. Integendeel. Biden liet Erdogan drie maanden sudderen voor hij hem belde en dan erkende hij ook nog eens de ­Armeense ­genocide. De beide presidenten zullen elkaar vandaag spreken en dat ­belooft een lastige, ­diplomatieke oefening te worden. De plooien gladstrijken zal niet meteen lukken, al is er sprake van toenadering. Turkije scoorde punten door Turkse drones aan Polen en Oekraïne te verkopen. Biden weet ook dat de Navo, wil ze een sterke vuist kunnen maken op het wereld­toneel, Turkije nodig heeft. En Erdogan, economisch verzwakt, heeft zeker niets te winnen met een openlijke clash met Washington. Hij wil de problemen achter zich laten, zei hij gisteren.