Zambiaanse ex-president Kenneth Kaunda is overleden, een voorman van de strijd tegen kolonialisme

In het Afrikaanse land Zambia is voormalig president Kenneth Kaunda overleden. Kaunda was 97. Hij leidde zijn land in 1964 naar de onafhankelijkheid en regeerde tot 1991. In die periode bouwde hij een socialistische economie uit zonder veel succes en steunde hij de strijd voor onafhankelijkheid en tegen blanke minderheidsregimes in Zuid-Afrika, Rhodesië (Zimbabwe) en Zuidwest-Afrika (Namibië).

Kenneth Kaunda was sinds 1991 niet meer aan de macht, maar hij heeft wel een deel van de geschiedenis van zuidelijk Afrika geschreven. Kaunda zat in de jaren 50 een paar keer in de gevangenis wegens zijn acties tegen het Britse koloniale bestuur over wat toen Noord-Rhodesië (nu Zambia) heette. 

In 1960 ontmoette hij in Atlanta in de VS de zwarte dominee Martin Luther King. Kaunda organiseerde daarop protestacties van burgerlijke ongehoorzaamheid en het blokkeren van wegen, maar vaak kwam het ook tot rellen met de overheid in Noord-Rhodesië. Tenslotte hakte Londen de knoop door en verleende het in 1964 de onafhankelijkheid.

Noord-Rhodesië werd Zambia -genoemd naar de Zambezi-rivier- en Kaunda werd verkozen eerst tot premier, nadien tot president. Zuid-Rhodesië werd ook onafhankelijk, maar anders dan Zambia met een blank minderheidsbewind dat de naam Rhodesië (nu Zimbabwe) kreeg.

Frontlijnstaat tegen de apartheid

Dat was niet naar de zin van Kaunda die zijn land omvormde tot een "frontlijnstaat" of basis voor zwarte rebellengroepen tegen blanke regimes zoals dat van de Portugezen in Mozambique of Angola en de blanke apartheidsregimes in Rhodesië, Zuid-Afrika en Zuidwest-Afrika (nu Namibië). Die kregen er onderdak, training en opleiding. (Lees verder onder de foto).

Zwarte "broeders" tegen apartheid: Oliver Tambo (ANC), Sam Nujoma (SWAPO), Kaunda en Julius Nyerere (Tanzania) in 1976.

In eigen land wou Kaunda een socialistische economie uitbouwen en werden grote bedrijven genationaliseerd. Hij sloot tijdens de Koude Oorlog nauwe banden met het Sovjetblok en Oost-Europa. Kaunda was democratisch verkozen, maar evolueerde al snel naar een erg autoritair figuur. Tenslotte werden alle andere partijen behalve zijn linkse eenheidspartij verboden. In Afrika waar hij een icoon van de anti-koloniale strijd was, werd hij door velen bewonderd. 

De plotse neergang na de Koude Oorlog

De buitenlandse politiek van Zambia leek een succes toen achtereenvolgens Mozambique en Angola onafhankelijk werden, ook onder linkse regimes, en zeker nadat in 1979 de apartheid in Rhodesië werd afgeschaft en daar de zwarte rebellenleider Robert Mugabe na een vredesakkoord aan de macht kwam. (Lees verder onder de foto).

Kaunda ondertekent een akkoord met Samora Machel, president van het pas onafhankelijke Mozambique in 1976.

Economisch was het beleid van Kaunda geen succes, ondanks de bodemrijkdommen. Na de Koude Oorlog verloor hij zijn belang voor de Sovjet-Unie en droogde de steun op. Het regime kwam onder druk van de bevolking en Kaunda moest vrije verkiezingen toestaan die hij verloor, waarna hij ontslag moest nemen. Korte tijd verloor hij zelfs de nationaliteit van Zambia.

Daarna verdween Kaunda in de schaduw, net als de tijdsgeest van de jaren 60 en 70 toen hij Afrika vorm leek te geven, ver buiten zijn land. Zambia ging een andere richting uit met privatisering en een heroriëntering van het buitenlands beleid. De meest ironische ommekeer is dat blanken boeren wiens land jaren geleden onteigend was in Zimbabwe, een nieuwe start konden maken in Zambia. 

Witte cirkels: landen met vroeger blank minderheidsbewind

Meest gelezen