Direct naar artikelinhoud
RecensieBoeken

En daar zit je dan, op een afgelegen boerderij, met de ouders van je man die nooit thuis is

Beeld EPA

Een man die nooit thuis is omdat hij het Woord Gods moet verkondigen, een vrouw die het lastig heeft omdat haar dochtertje ook haar échte vader nooit zal kennen... Ziedaar enkele ingrediënten van Edvard Hoems liefdevolle, familiekroniek-achtige roman.

In het Romsdal aan de Noorse fjordenkust ligt een gehucht dat Hoem heet. Buiten het dorp staat op een heuvel een klein, roodgeverfd schoolgebouw, waar in de jaren 30 van de vorige eeuw samenkomsten werden gehouden door de ‘Indremisjon’, de Binnenlandse Evangelisatiebond. Op een avond wordt een 14-jarige jongen gegrepen door de woorden van een rondreizende predikant. Knut staat op en roept: ‘Ik wil Zijn roeping beantwoorden en ten dienste van Hem staan!’

Zo begint Het verhaal van mijn vader en mijn moeder van de Noorse schrijver Edvard Hoem (1949). Het is een titel die bij een familiekroniek zou passen en dat is deze roman óók. Het is het verhaal van zijn ouders, zijn grootouders, voor zover Hoem dat heeft kunnen reconstrueren. De delen die openbleven heeft hij met zijn fantasie ingekleurd. Tegelijk is dit het verhaal van een kleine gemeenschap die door de grote gebeurtenissen van de twintigste eeuw wordt overrompeld.

Knut is de derde zoon van boer Hoem en zijn vrouw. Nadat de oudste zoon aan tbc is overleden en de tweede in het gekkenhuis is opgenomen, wordt Knut klaargestoomd om de boerderij over te nemen. In de wintermaanden mag hij Gods woord verkondigen. Dat doet Knut vol overgave en op een van zijn reizen ontmoet hij een jonge vrouw die erfgenaam is van een nog grotere boerderij. Hij vraagt haar ten huwelijk, zij accepteert op voorwaarde dat hij bij haar komt wonen.

Als Knut eindelijk de moed vindt om dit heugelijke nieuws aan zijn ouders te vertellen, wordt zijn moeder hysterisch. Het idee dat hun levenswerk, de boerderij, door geen van de zonen wordt voortgezet, is voor de ouders onacceptabel. De optie dat een van de dochters deze taak op zich zal nemen, veegt de vader meteen van tafel.

Verloving verbreken

Knut heeft geen keuze, hij moet de verloving verbreken en een vrouw zoeken die op zijn boerderij wil komen wonen. Om zeker te zijn van een goed verzorgde oude dag laten zijn ouders hem een contract voor een ‘lijftocht’ ondertekenen. De voorwaarden zijn zodanig dat Knut zijn leven lang financieel van hen afhankelijk zal blijven.

Kristine, de moeder van de schrijver, komt uit een ander milieu. Haar vader is timmerman en ook al is het oorlog, zij mag naar de huishoudschool. Ze vindt een baantje in een stad waar ze min of meer een eigen leven kan leiden. De misstap die haar een leven lang zal achtervolgen, heet Willi Schaeper, een vijftien jaar oudere Duitse officier op wie ze oprecht verliefd wordt, van wie ze een kind wil, maar voor het kind geboren is, is de oorlog ten einde en Willi vertrokken.

Auteur Edvard Hoem stelde zich de vraag: wat voor mensen waren mijn ouders voor ze mijn ouders werden.?Beeld Paal Audestad

Hoem heeft zich de vraag gesteld wat voor mensen zijn ouders waren vóór ze zijn ouders werden. Hij vertelt hun verhalen eerst in aparte hoofdstukken, laat deze steeds meer vervlechten tot de twee gekwetste zielen elkaars pad kruisen en besluiten dat een leven samen misschien zo gek nog niet is. Een leven waarin ze de ruimte vinden om elk hun geheim én hun verdriet te koesteren.

In zijn nawoord schrijft Hoem dat hij deze roman heeft gebaseerd op een honderdtal interviews met oudere mensen die zijn vader en moeder hebben gekend. Maar ook op de tientallen notitieboekjes die zijn vader op zijn jaarlijkse reizen bijhield. Want ja, Knut was elk jaar zeven maanden op pad om het Woord Gods te verkondigen, en dat veertig jaar lang. In die lange, donkere winters moesten zijn vrouw en kinderen de boerderij draaiende zien te houden. Alleen in de zomermaanden was Knut thuis, en dan liet hij zich van zijn onhandigste kant zien.

In het begin vraagt de nog jonge moeder zich soms af of ze wel de juiste keuze heeft gemaakt. Daar zit ze dan op een boerderij met de ouders van haar afwezige echtgenoot en een dochter die haar echte vader nooit zal kennen. Pas later, als er meer kinderen zijn geboren onder wie de ­auteur van dit verhaal, zal zij haar draai vinden.

Halverwege de jaren 50, de schrijver is pas 6 jaar oud, stelt hij de vraag: ‘Mama, hou jij van papa?’ Normaal antwoordt zijn moeder nogal afwezig op dit soort wijsneuzerige vragen, maar nu neemt ze de vraag serieus. De kleine jongen krijgt een antwoord dat hem altijd zou bijblijven en dat hem vijftig jaar later heeft aangezet tot het schrijven van deze knappe, liefdevolle roman.

Edvard Hoem, Het verhaal van mijn vader en mijn moeder, Oevers, 268 p., 20 euro. Vertaald door Paula Stevens.Beeld RV