Direct naar artikelinhoud
Interview

De wetenschap achter lange relaties: ‘Koppels die ruziemaken, dat is een goed teken’

De wetenschap achter lange relaties: ‘Koppels die ruziemaken, dat is een goed teken’
Beeld Levi Jacobs

We leven langer, gezonder én gelukkiger wanneer we lang bij ons lief blijven, schrijft de Duitse wetenschapper en gevierd auteur Werner Bartens. Hij geeft meteen ook de nodige tips mee: ‘Ruziemaken is een teken dat je de ander nog ziet staan.’

Wat is het geheim van een goede relatie? Wat is het recept voor de eeuwige liefde? Het zijn vragen waar zogenaamde damesbladen vol over geschreven worden en waar al eens lacherig over gedaan wordt, tenzij dan in de late uurtjes op café wanneer de Duvels en rosés de Grote Kwesties Des Levens mogen ontleden. Maar eerlijk, wie heeft het zich ook in nuchtere toestand nog niet afgevraagd? Zeker nu, in tijden waarin singles zich een ongeluk swipen, op zoek naar die ene onlinematch die toch nog iets interessanter, knapper, grappiger en liever is dan de vorige, en waarin ook de duurzaamste relaties onder coronahoogspanning kwamen te staan.

Ook Werner Bartens, bestsellerauteur en wetenschapsjournalist voor de Süddeutsche Zeitung, is mateloos gefascineerd door de wetenschap achter de (lange) liefde. Dat begon al toen hij zich als jonge arts begon te verdiepen in de psychosomatiek, ziektebeelden die zich lichamelijk uiten maar een psychische oorsprong hebben. Maar het werkt ook omgekeerd, schrijft hij in zijn jongste boek Lob der langen Liebe, vertaald als Het geheim van lange liefde.

Een stabiele, langdurige relatie is essentieel voor onze gezondheid, zegt u.

“Dat blijkt heel duidelijk uit onderzoeken. Lange relaties maken dat we langer leven, gelukkiger zijn en gezonder blijven. Vroeger was dat enkel een aanname van psychologen, intussen kunnen we dat medisch bewijzen voor zowat ieder orgaan in ons lichaam. Het hart blijft langer gezond, we krijgen minder snel herseninfarcten, mannen krijgen minder gezwellen aan de twaalfvingerige darm, vrouwen hebben een betere prognose bij borstkanker, het immuunsysteem is sterker, noem maar op. Een liefdevolle relatie biedt ons een onvervangbare houvast, ze is in staat om stressmoleculen onschadelijk te maken.

“De liefde zou op voorschrift bij de apotheek te halen moeten zijn. Zo werkt het helaas niet, en het is natuurlijk ook niet de reden om een relatie aan te gaan, dat je er gezonder van wordt. Maar zo belangrijk is ze inderdaad wel. De liefde is een enorm sterk medicijn.”

Waarom moet dat een langdurige relatie zijn? Wat is er mis met seriële monogamie?

“Scheiden doet iedere keer weer lijden. Iedere relatiebreuk vreet aan ons en laat sporen na. Nee, dan is dertig jaar een constante partner beter voor onze gezondheid dan iedere vijf jaar een nieuwe. Bovendien is de kans ook groot dat je in die nieuwe relatie opnieuw op jezelf botst en steeds weer in hetzelfde stramien vervalt. Beter oude liefde dan nieuwe problemen.”

Werner Bartens: ‘Dertig jaar een constante partner is beter dan iedere vijf jaar een nieuwe. Beter oude liefde dan nieuwe problemen.’Beeld BELGAIMAGE

Is dat niet een erg conservatief uitgangspunt?

(haalt schouders op) “Liefde is per definitie een antimodern, traditioneel, en statisch construct. Het staat haaks op onze huidige drang naar eeuwig leren, altijd maar nieuwe dingen beleven. Het gaat in tegen alle heersende voorschriften.”

Bartens schermt met de meer dan honderd onderzoeken waarop hij zijn boek heeft gebaseerd. Open relaties zijn zeker oké, wanneer beide partners daartoe besluiten, concludeert hij. Maar in de praktijk blijkt het optimistisch gesteld tot een zoektocht te leiden die in onzalige verwikkelingen uitmondt. Overspel analyseert hij als iets wat we doen “om de eigen schat aan ervaringen verder uit te breiden”. Avontuurtjes gelden niet zozeer als krenking van de partner, maar als een manier om de eigen persoonlijkheid te ontplooien.

Beter ongelukkig met twee, dan gelukkig alleen?

“Natuurlijk niet. Er zijn veel redenen waarom scheiden absoluut aangewezen is. Ook na lange tijd. Lange weile ist nicht lange Liebe, mensen durven dat nogal eens te verwisselen. Chronische relaties, zoals ik ze noem, moeten niet blijven aanslepen. De analogie met chronische ziekten is niet toevallig: ze duren lang en ze doen pijn. Lijden moet je niet blijven rekken.

‘Voordat de twijfel je relatie torpedeert, zou je je moeten afvragen: hey, wacht eens even, wat heb ik hier nu eigenlijk al in huis?'Beeld Levi Jacobs

“Maar er wordt ook vaak gescheiden simpelweg uit angst om iets te missen. Weet je wel, het idee dat het leven daarbuiten gebeurt en dat jij er niet bij bent? Dat er nog zoveel is dat je kunt doen, wil doen en alles geprobeerd wil hebben? Fomo, noemt de jeugd dat, fear of missing out. Een vriendin van me werd onlangs vijftig en ze liet me haar bucketlist zien. Ik viel achterover. Ze wil nog de gekste reizen maken, seks hebben met een andere vrouw...

“Dat principe zie je ook op de liefde toegepast worden, dat bucketlistdenken, en dat is extreem schadelijk. Als je ook over je partner begint te denken ‘dit kan toch niet alles zijn wat er is?’, word je zeer ongelukkig. Ik zie dat vooral bij de veertigers, vijftigers en zestigers gebeuren. Sinds de jaren 1990 is het aantal mensen dat na vijftien, twintig of nog meer jaren huwelijk scheidt, verdubbeld.

“Het gros van die grijze scheidingen wordt overigens door vrouwen aangevraagd. Dat is niet enkel omdat vrouwen economisch onafhankelijker geworden zijn, wat een goede zaak is uiteraard. Dat is zeker ook voor een belangrijk deel te wijten aan het feit dat mensen denken: er moet nog meer zijn. Zeker vrouwen die zich vaak jarenlang hebben weggecijferd voor het gezin en eindelijk aan zichzelf willen denken, nu de kinderen het huis uit zijn.”

Moet een vrouw die nog bergen beklimmen wil dan thuis blijven zitten bij haar man die niet verder dan 10 meter van de haard wil gaan? Misschien kan ze effectief nog meer uit haar leven halen?

“Kijk, zelfontplooiing is natuurlijk zeer belangrijk. Maar het ene staat het andere toch niet per definitie in de weg? We moeten ook niet alles van onze partner verwachten. Bovendien gaat dat om een redelijk oppervlakkige vorm van zelfontplooiing. Ik ben er rotsvast van overtuigd dat de constante zoektocht naar geluk ongelukkig maakt. We vragen ons toch ook niet constant af: ben ik nog wel gezond? Ben ik wel fit? Tenzij er natuurlijk symptomen zijn. Als je echt ziek bent, of wanneer je partner je slecht behandelt. Maar heel vaak zijn er die niet, en dan moet je je ook geen zorgen beginnen maken, want dat maakt juist heel veel kapot.

“Het ideaalbeeld dat we van de liefde hebben, is dat van bij het begin van een relatie. De eerste jaren van een relatie zijn de makkelijkste. Je bent nog verliefd, je wil elkaar veel aanraken, hebt veel zin in seks, wil zoveel mogelijk samen zijn. We zijn een brok euforie in die jaren, met dank aan de hormonen en biochemische processen in onze hersenen.

“Maar na gemiddeld vier jaar wordt dat heel wat minder. We spreken graag van de seven year itch, omdat veel koppels rond die tijd uit elkaar gaan, maar meestal begint het na vier jaar ongeveer te wringen. Dan neemt de lijfelijk gedreven liefde af. Dat is het moment dat je andere kwaliteiten naar waarde moet leren schatten. De geborgenheid die je bij elkaar vindt, de innerlijke kachel die je bij elkaar doet branden. Je leert elkaar en jezelf dan nog veel beter kennen. Dat is een zelf­ontplooiing die veel dieper gaat dan op een paard door Patagonië te willen trekken.”

Toxische vragen, noemt Bartens het. Muizenissen zoals: is mijn lief wel de avontuurlijkste, de plezantste, de meest attente, die ik krijgen kan? “Vrouwen hebben ergens toch het idee dat hun ideale man een mix is tussen Elon Musk, Robert Redford en die leuke buurman van een paar huizen verder. Mannen willen een mix van Moeder Teresa, Penélope Cruz, Christine Lagarde en een sexy lingeriemodel. Dat is natuurlijk onmogelijk. De kapitalistische reflex, noem ik dat. Constant de minnen tegen de plussen afwegen en zich afvragen: krijg ik hier eigenlijk nog wel waar voor mijn geld? Als je zo denkt, zal je altijd iemand vinden die knapper is, of grappiger, of succesvoller dan je eigen partner. Liefde is geen kosten-batenanalyse.

“Voor je het zover laat komen dat je die twijfel je relatie doet torpederen, zou je je eens moeten afvragen: hey, wacht eens even, wat heb ik hier nu eigenlijk al in huis? Ook wie verliefd wordt op een ander tijdens een relatie zou dat moeten doen. Want word je verliefd, dan zie je alles wat een persoon heeft, maar knijp je een oogje toe voor alles wat hij of zij niet is. Na verloop van tijd, en zeker in een lange relatie, durft dat te keren en komt de focus al eens te liggen op alles wat die ander niet zegt, doet of is. Of begin je je te ergeren aan alles wat je ooit zo leuk vond. Je man die altijd diezelfde belegen grappen maakt, je vrouw die altijd alle aandacht naar zich toetrekt.

“Het probleem ligt dan niet bij die partner, die is altijd zo geweest. Wel bij jou, die er ineens anders naar kijkt. Dan is het tijd om eens de balans op te maken en opnieuw te kijken naar je wederhelft zoals je dat helemaal in het begin deed, de positieve kanten weer naar waarde schatten. Dat kan een heel ander inzicht geven.”

Dat klinkt bijzonder simplistisch. De werkelijkheid is toch veel complexer?

“Zeker. Het kost ook veel moeite om er tegenin te gaan. Maar probeer het eens: wanneer de ergernissen zich weer opstapelen en je lief wéér eens te laat komt, pareer die spanning in huis dan eens met een vriendelijkheidsaanval in plaats van met bitsheid. Op dag één zal je partner geërgerd zijn, want dat is een vreemde reactie. Op dag twee zal hij het wel aangenaam vinden, dat je zo vriendelijk bent, en op dag drie heeft hij die houding overgenomen en wordt het leven voor jullie allebei heel wat leuker. Dat is geen gemakkelijke oefening, maar ze werkt echt wel om uit die vicieuze cirkel van ergernissen te breken.

‘Er wordt vaak gescheiden uit angst om iets te missen. Bucket­listdenken wordt ook op de liefde toegepast, en dat is schadelijk.’Beeld Levi Jacobs

“Natuurijk kan het ook zo zijn dat je in het begin zo verblind bent van verliefdheid, dat je na verloop van tijd tot de vaststelling komt dat je echt niet bij elkaar past. Maar in dat geval moet je ook de illusie van de lange liefde niet koesteren. Er zijn ook zeker mensen die bij voorbaat de kortstondige, steeds wisselende contacten nastreven. Ook prima, hoor. Maar voor heel veel mensen is het romantische ideaal nog lang niet dood.”

Komen we tot de cruciale vraag: als het ons zoveel voordelen kan opleveren, waarin schuilt het geheim van de lange relatie dan precies? Hoe zorg je ervoor: mijn lief en ik, wij krijgen levenslang? Alvast niet door iets te beginnen met je tegenpool. ‘Opposites Attract’ mag dan wel een vette hit geweest zijn in de jaren 1980, het idee dat het ook goed relatieadvies is, mag intussen wel naar de prullenbak.

Nee, dan ben je een heel wat beter af met een partner die een vergelijkbare sociaal-economische achtergrond heeft, wist sociaal wetenschapper en onderzoeker naar de kwaliteit van liefdesrelaties Catrin Finkenauer van de Universiteit Utrecht onlangs nog in de Volkskrant te vertellen. Dat, plus wederzijds begrip, of minstens de illusie dat de ander je begrijpt, en weten dat de ander je zal opvangen wanneer je valt, noemt zij de belangrijkste voorspellers van een geslaagde relatie.

Bartens voegt er daar nog een paar aan toe. Nieuwsgierig blijven naar elkaar. Aandacht, emotionele betrokkenheid en respect ook. Koppels die ruziemaken, dat is bijvoorbeeld een goed teken, zegt hij. “We zijn zo vaak jaloers op die schijnbaar harmonieuze stellen waar nooit een onvertogen woord valt. Niet doen. Ruziemaken is een teken dat je tenminste nog geeft om wat de ander zegt of doet. Dat je elkaar nog ziet. Die zogenaamd perfecte paren, dat zijn degenen voor wie we moeten vrezen.”

Kun je ook actief werken aan een goede relatie? Of is het vooral geluk hebben?

“Nee, je kunt er zeker wat aan doen. Blijf altijd met elkaar praten. Bots je op problemen, zoek dan samen naar een oplossing. En om nog een concrete tip te geven: schrap veralgemenende woorden uit je vocabularium. Door elkaar te verwijten dat de ander nu eens áltijd zijn sokken laat slingeren of nóóit eens uit zichzelf kookt, dan geef je de ander ook geen kans meer. Het oordeel is al geveld, de ruimte voor verbetering is bij voorbaat geschrapt. Zo blijf je ter plaatse trappelen.

“Samen ervaringen opdoen, is ook belangrijk. En dat hoeft echt niet bergbeklimmen in de Andes te zijn. Je samen engageren voor een vrijwilligersproject, samen sporten of reisjes maken, dat diept een relatie uit. Ook wanneer je al twintig jaar samen bent. Zeker dan, in feite, is het belangrijk om te zeggen: laten we eens samen leren skiën. Of bij een politieke partij gaan.”

Maak van donderdag datedag, bezwoer gewezen Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) ons vijf jaar geleden. Had hij gelijk?

(lacht) “Dat klinkt een beetje onnozel, dat snap ik. Maar in de kern is dat een goed plan. Maak tijd voor elkaar. Net zoals seks inplannen in je agenda. Daarom móét het nog niet gebeuren, maar het helpt je wel om je ervan bewust te zijn dat je tijd moet spenderen aan de ander en elkaar.”

Die inzichten zijn allemaal zeer fijn voor wie in een relatie zit. Maar de realiteit is dat een op de drie volwassenen vrijgezel is. In steden is dat zelfs een op de twee. Zijn zij dan in feite gedoemd tot een ongelukkiger, ongezonder en korter leven?

Bartens knippert niet eens met de ogen wanneer hij zijn antwoord formuleert. Ja, zegt hij, dat zijn ze. “Het is bovendien ook een mythe dat singles meer seks hebben. Dat is niet zo. Ze zijn daarenboven eenzamer dan wie een relatie heeft.

“We weten wel dat singles langer leven wanneer ze een kat in huis halen, of vol overgave voor hun planten zorgen. Maar het effect is toch niet hetzelfde als bij een relatie met een andere mens. We hebben wederkerigheid nodig. Nog meer dan onder psychisch of fysiek geweld, lijdt de mens onder volledig genegeerd te worden. En de communicatie van een huisdier, laat staan die van een potplant, is al bij al toch zeer beperkt.” (lachje)

Snel aan de datingapp dan maar?

“Kijk, dat vind ik nog niet zo’n slecht idee. Ik geloof in de verste verte niet in algoritmen die mensen matchen op basis van hobby’s en interesses, dat is dikke quatsch. Maar ik geloof wel heel sterk dat daten werkt. Simpelweg omdat beide partijen door zich in te schrijven vooraf het signaal gegeven hebben: ik wil iemand leren kennen, ik sta hiervoor open, en je weet dat de ander daar hetzelfde over denkt. Dat weet ik natuurlijk niet wanneer ik dadelijk een leuke vrouw zie in de supermarkt. Natuurlijk moet het vervolgens ook minstens een beetje klikken en blijft de stap zetten enorm spannend. Je moet je kwetsbaar durven opstellen, je moet om kunnen met de onzekerheid: gaat hij of zij mij ook wel leuk vinden? Maar een relatie willen, daar je best voor willen doen, dat is de start.

“Er bestaat een Duits boek genaamd Liebe dich selbst, und es ist egal wen du heiratest, zie jezelf graag en het maakt niet uit met je trouwt. Het boek is middelmatig, maar de titel is werkelijk geniaal. Het is uiteraard wat overdreven, maar of een relatie werkt, heeft heel vaak meer met jezelf te maken dan met die ander. Dat is steeds goed om te onthouden.”

Werner Bartens, Het geheim van lange liefde, Uitgeverij Nieuw Amsterdam, 304 p., 22,99 euro.