Direct naar artikelinhoud
AchtergrondMensenhandel

‘Ik kom uit Nigeria. Ik zou naar België komen en gelukkig zijn, maar het was niet zoals ik het me had voorgesteld’: deze opvangcentra helpen mensen weer op weg

Nicolai* (37) tijdens een werkbezoek van minister van Justitie Vincent van Quickenborne (Open Vld) aan het Antwerps slachtoffercentrum Payoke.Beeld Eric de Mildt

De regering voert de strijd tegen mensenhandel op door drie gespecialiseerde opvangcentra voor slachtoffers in Antwerpen, Brussel en Luik een groter budget te geven. Enkele slachtoffers met wie we konden spreken juichen dat toe. ‘Ik heb dankzij dit centrum weer een leven.’

“Ik en een aantal anderen van mijn dorp in Bulgarije, onder wie mijn vader, waren op zoek naar werk elders in Europa omdat ik maar 300 euro per maand verdiende.” Dat zegt Nicolai* (37) tijdens een werkbezoek van minister van Justitie Vincent van Quickenborne (Open Vld) aan het Antwerps slachtoffercentrum Payoke. Van Quickenborne kondigde tijdens dat bezoek aan dat de strijd tegen mensenhandel wordt opgevoerd met een structurele financiering voor de drie Belgische centra en een bijkomend jaarlijks budget van zo’n 50.000 euro per centrum. Hij hield ook een gesprek met enkele slachtoffers, onder wie Nicolai.

“We zochten en vonden via het internet een firma in de Kempen die mensen zocht om pallets te repareren”, vertelt de man. “In Bulgarije moesten we vervolgens naar een kantoor gaan, en daar werd ons verteld dat we een goed leven zouden hebben in België. De dame van het kantoor toonde ons twee filmpjes: een van mooie huizen in België, en een video van het bedrijf waar we terecht zouden komen. In die video zagen we machines en geautomatiseerde arbeid, en geen handenarbeid.”

Sigarettenpeuken

Nicolai en de anderen vertrokken met een bus naar België. “Enkele mensen die ik eerder al zag op dat bureau zouden meegaan. We kregen een telefoonnummer mee dat we moesten bellen bij aankomst.”

Nicolai kwam om 2 uur ’s nachts aan en belde het telefoonnummer, drie keer. Ze moesten uren wachten in de winterse kou alvorens ze werden opgehaald. Een man bracht de mannen naar een huis. Daar bleken nog een vijftiental anderen te wonen. “We vroegen waar onze slaapkamer was en ze zeiden dat we onder het dak moesten slapen. Op die kamer lagen zeker 2.000 sigarettenpeuken op de grond. We moesten dat zelf opruimen.”

Nicolai, zijn vader en een vriend sliepen de eerste drie dagen op de grond. “Zonder matras. We gebruikten een jas als kussen, en er waren muizen”, zegt hij. Het huis werd geregeld via de baas van de Kempense firma.

Ook het werk waarvoor hij naar België kwam, bleek geen lachertje. “Toen we er de eerste dag aankwamen, bleek dat ze geen werktafel hadden voor ons. Nochtans stond in de vacature op het internet dat ze ‘dringend werknemers’ nodig hadden. We hadden dus een week geen werk, en betaalden ondertussen alles zelf. Op een gegeven moment boden we aan om zélf een werktafel te maken in het bedrijf.”

Nicolai en zijn vader konden toen pas aan de slag. Het werk bestond uit het repareren van pallets, maar wel met de hand. Bovendien was zijn loon slechts een habbekrats. “Voor 300 gerepareerde pallets kreeg ik normaal 150 euro, maar dat klopte dus niet.” Na ongeveer drie maanden kregen hij én zijn vader slechts 195 euro, voor beiden, en in cash. Nicolai stapte naar de politie en kwam zo terecht in Payoke.

Nicolai: “De politie vertelde ons met een tolk dat we naar een centrum konden gaan. Ze zeiden ook dat ze ons zouden helpen.”

Ook Sara*, een slachtoffer van seksuele uitbuiting, heeft een moeilijk leven gekend in België. “Ik kom uit Nigeria. Ik zou naar België komen en gelukkig zijn, maar het was niet zoals ik het me had voorgesteld.” De politie wist haar te overtuigen om een verklaring af te leggen en in de procedure voor slachtoffers van mensenhandel te stappen. “Dankzij Payoke heb ik nu weer een leven.”

Payoke en twee andere centra in Brussel en Luik helpen mensen zoals Sara en Nicolai op weg, na de uitbuiting. Volgens Anthony Verhasselt,teamcoördinator van Payoke, doen de slachtoffers wel het meeste werk. “We geven hen eigenlijk een duwtje in de rug. We helpen hen de weg terug te vinden in het leven. Zo gaan we met hen mee naar andere instanties, brengen we hen in contact met mensen die hen kunnen voorthelpen en begeleiden.” 

Specifiek statuut

De extra middelen die nu dus zijn beloofd door Van Quickenborne komen dan ook zeker gelegen, zegt Klaus Vanhoutte, de directeur van Payoke. “Elk jaar opnieuw moesten we een financiering aanvragen, want een structureel budget was in het verleden niet opgenomen in de begroting. Nu heeft men eindelijk de knoop doorgehakt. Alles is nu wettelijk gerealiseerd, met indexering.”

Voor Payoke betekent dat concreet dat de extra middelen die er zullen komen integraal naar loonkosten zullen gaan. “Als die middelen jaren niet verhoogd worden, dan bouw je verlies op”, zegt Vanhoutte. “ En niet enkel financieel, maar ook op menselijk vlak. We hebben keuzes moeten maken in het verleden en hebben mensen moeten ontslaan. Het geld dat nu komt, is eigenlijk maar om onze basiswerking en het minimale normaal te laten verlopen.”

In 2020 werden 535 slachtoffers van mensenhandel opgevangen in de gespecialiseerde centra. De slachtoffers van mensenhandel krijgen in België een specifiek statuut dat hen beschermt tegen mensenhandelaars. Binnen dit systeem worden daders vervolgd voor de rechtbank terwijl slachtoffers bescherming krijgen en opvang.

De mensen die deze centra bereiken, vormen maar een fractie van het aantal personen dat het slachtoffer wordt van mensenhandel in ons land. In rapporten is er sprake van vele duizenden slachtoffers.

* Om veiligheidsredenen wordt niet de echte naam gebruikt. Echte naam bekend bij de redactie.